Bart Staes (Groen)

Voor een sociaal Europa: een dat beschermt en niet bedreigt

Bart Staes (Groen) Europees parlementslid voor Groen

Het grote deficit van Europa is dat het te lang – en als we de euro-sceptische recepten volgen steeds meer – een eenzijdig economisch project is zonder stevige sociale fundamenten. Dat schrijft Europarlementslid Bart Staes (Groen).

Kon het meer symbolisch? Griekenland werd per 1 januari voorzitter van de Raad van Ministers. Het land houdt zelf een gigantische kater over aan de financiële crisis en tijdens hun mandaat vinden de Europese parlementsverkiezingen plaats. Hun grootste uitdaging wordt hoe we de Europeanen terug winnen voor het Europese project. Winnen extreemrechts en eurosceptici het alom? Of slagen de Grieken er in samen met het Europees Parlement de meest dringende problemen zoals werkgelegenheid, de uitvoering van de bankenunie en de prangende migratiethematiek aan te pakken om zo burgers terug warm te krijgen voor het Europa van de 21ste eeuw?

In 2004 traden tien nieuwe lidstaten toe tot de Europese Unie. Iedereen had schrik voor de Poolse loodgieter. U herinnert het zich ongetwijfeld. Tien jaar later stellen we vast dat de Poolse economie sneller groeit dan die van het Verenigd Koninkrijk. Ondertussen keerden vele Polen terug naar huis, want het gaat intussen zoveel beter in eigen land.

In 2007 traden Roemenië en Bulgarije toe tot de EU. Wij hebben toen onze Belgische markt angstvallig dicht gehouden terwijl 19 lidstaten wel hun grenzen open stelden. Ze kwamen niet met duizenden. Maar met veel meer. Zowat drie miljoen Roemenen en Bulgaren waagden hun geluk die eerste jaren in ons rijke Westen. Vanaf 1 januari zijn ook zij vrij om bij ons te komen wonen en werken. Maar niet zonder meer. Voor elke inwoner van een EU-lidstaat geldt dat je pas langer dan drie maanden in een andere lidstaat mag verblijven als je over voldoende inkomen beschikt om in je eigen levensbehoeften te voorzien of als je iemand hebt die daarvoor instaat. Je kunt dus niet rechtstreeks op sociale tegemoetkomingen terugvallen.

Vrij verkeer is een fundamenteel recht

De vrees dat een massale migratie op gang zou komen nu de grenzen verplicht open gaan, is onterecht. Wie zijn gok waagde, deed dat vijf jaar geleden al. En ja, er zijn bij die miljoenen nieuwkomers enkele duizenden (een recente studie spreekt van 0,7% van de totale Europese bevolking en 3% in België) die extreem arm zijn, geen werk hebben en toch proberen hier onderkomen te vinden. Het zijn soms minderheden zoals Roma en Sinti, soms van Bulgaarse of Roemeense afkomst. En ja, volgens Europese wetgeving, mogen ze hier eigenlijk niet zijn. Maar kan je hen dat kwalijk nemen?

Het zorgt soms voor samenlevingsproblemen, zeker in bepaalde regio’s of steden zoals Gent, maar deze specifieke situatie vraagt om een specifieke aanpak en mag niet leiden tot veralgemening of discriminatie tout court. Het vrij verkeer van personen blijft een fundamenteel recht in de Unie, dat je overigens niet kunt loskoppelen van die andere vrijheden voor goederen, diensten en kapitaal. En laat net daar het kapitaalschoentje ontzettend knellen. Niet het vrij verkeer van mensen is het probleem van Europa, wel de huidige economische crisis.

Het grote deficit van Europa is dat het te lang – en als we de euro-sceptische recepten volgen steeds meer – een eenzijdig economisch project is zonder stevige sociale fundamenten. Dát is de ware crisis vandaag.

De EU kwam er om welvaart te creëren voor iedereen. En dat doe je niet door te dereguleren of door alle zogenaamd hinderlijke wetgeving – zoals arbeidsrecht en sociale bescherming – weg te werken en dan te hopen dat de boel zichzelf wel regelt.

Een sociaal Europa is mogelijk

Maar even terug naar de komst van de nieuwe Europeanen nu de grenzen verplicht open moeten. Populisten proberen tonnen garen te spinnen uit de situatie. Allerhande argumenten worden kwistig rondgestrooid. Gure mannen uit het voormalige Oostblok komen zogenaamd om te profiteren van onze welvaart. Ze veroorzaken massale werkloosheid door de sociale dumping. We krijgen bedelaars en prostitutie… En de grote schuldige is Europa.

Cijfers tonen nochtans aan dat het merendeel van de migranten vooral bijdraagt aan de groei van ons eigen binnenlands product. In het Verenigd Koninkrijk hebben EU-migranten in het fiscaal jaar 2008/2009 tot 37% meer bijgedragen via directe of indirecte belastingen dan ze ontvangen hebben aan publieke goederen of diensten. Het zijn met andere woorden netto-bijdragers. De eerste Roemeense migrant sinds 1 januari is er zelfs in no time een nationale vedette geworden!

Dezelfde studie zegt dat er geen aantoonbaar cijfer is dat ze meer gebruik zouden maken van sociale tegemoetkomingen in het land van bestemming dan de eigen ingezetenen. In 2012 was het aandeel werkzoekenden onder EU-migranten in België 11,2 % (voor Belgen is dit 6,5%). Noteer dat van onze totale bevolking ongeveer 7% migrant van binnen de EU is, mede door het karakter van Brussel, als Europese hoofdstad.

Deze cijfers relativeren dus sterk het migratie-doembeeld.

Het bashen van Oost-Europeanen moet stoppen, vindt ook een overgrote meerderheid van de Europarlementsleden, zo bleek uit een stemming. Een meerderheid stemde voor een resolutie die zich keert tegen de uitlatingen van de Britse premier David Cameron en andere politici in Duitsland en Nederland om het vrij verkeer van werknemers in te perken. De resolutie is ook een reactie tegen het steeds sterker wordende feitenvrije en populistische debat over EU-arbeidsmigratie en signaleert dat de problemen eerder bij de regels over het vrij verkeer van diensten liggen.

De trend om te roepen dat het vrij verkeer en de rechten van EU-inwoners op sociale zekerheid ingeperkt moet worden is zorgwekkend. Het suggereert eerste- en tweederangs Europeanen. Specifieke problemen zoals verdringing, uitbuiting of fraude met uitkeringen kunnen en moeten opgelost worden zonder aan het recht op vrij verkeer te tornen.

Het vrij verkeer is een hoeksteen van de Europese samenwerking waarvan burgers, inclusief de duizenden Belgen in andere EU-landen, én de economie profiteren. De groenen willen dat het principe van non-discriminatie van EU-burgers beter wordt nageleefd. Een ongelijke behandeling tussen nationaliteiten, zoals het beperken van sociale zekerheid of het beperken van de toegang tot de arbeidsmarkt, vergroten de problemen. Het recht op vrij verkeer van werknemers wordt onterecht als oorzaak gezien voor problemen die bestaan met uitbuiting, onderbetaling of verdringing van werknemers. Als EU-arbeidsmigranten daadwerkelijk gelijke rechten hebben, prijzen ze lokale werknemers niet langer uit de markt.

Werk aan de winkel

We willen graag dat Europa als project opnieuw geloofwaardig is, dat Europa het opneemt voor de bescherming van de mensen en niet uitsluitend de wetten (of wetteloosheid?) van de vrije markt laat gelden.

En daar debatteren we over in het EP. Zo stemden we halverwege januari 2014 een rapport over arbeidsinspectie en het verbeteren van de arbeidsomstandigheden in Europa. Sociale inspectie mag dan wel in eerste instantie nationale bevoegdheid zijn, een betere samenwerking tussen de lidstaten dringt zich op. Wetten werken enkel als er toezicht is op de uitvoering ervan. Een goed uitgebouwde internationale samenwerking is cruciaal en dat is precies waar dit rapport op doelt.

Schijnzelfstandigen, zwartwerkers, misbruiken bij detacheringen en interim arbeid moeten streng worden aangepakt. Ze ondermijnen de sociale zekerheid en zadelen de lidstaten op met budgettaire tekorten, maar ook met ontevreden werknemers. We steunen met de Europese Groenen deze aanpak en versterkten zelfs de oorspronkelijke tekst. Sancties moeten hoger zijn dan de winsten die malafide netwerken en ondernemers halen met het omzeilen van de wetgeving. We willen dat er minstens 1 inspecteur is per 10.000 werknemers.

Dat is een doelstelling die ook de Internationale Arbeidsorganisatie, ILO, vooropstelt. Inspecteurs moeten in alle vrijheid hun werk kunnen uitvoeren. Zo botsten we met de Europese Commissie die de controles wou beperken omdat die discriminerend zouden zijn tegenover buitenlandse bedrijven. Waanzin! Voor ons is het belangrijker dat werknemers niet uitgebuit worden, dat de arbeidsomstandigheden verbeteren en dat de interne marktwerking fair wordt!

Schijnzelfstandigheid, detachering en trucs met uitzendbureaus zijn allemaal zaken die legaal mogelijk zijn onder de Europese regels voor vrij verkeer van diensten. Laten we het EU-arbeidsmigranten gemakkelijk maken om in reguliere arbeidscontracten te werken tegen dezelfde voorwaarden als binnenlandse werknemers en de bedrijven die misbruik maken van de regels hard aanpakken.

In januari 2014 regelden we ook de rust- en rijtijden in het wegtransport. De onderhandelingen met de ministers van transport sleepten meer dan een jaar aan. Een harde noot om kraken! Het resultaat is relatief bevredigend, omdat we erin slaagden enkele cruciale punten in de eindtekst op te nemen. Zo zullen de rijtijden automatisch geregistreerd worden op de tachograaf, samen met de gereden snelheid. Belangrijk is ook dat niet de chauffeur, maar het tewerkstellende bedrijf verantwoordelijk zal gesteld worden bij overtreding van deze wet. Jammer dat de inwerkingtreding allicht nog 5 jaar op zich zal laten wachten.

Alleszins, als we dit soort wetten kunnen blijven stemmen, hoop ik dat het vertrouwen in Europa terugkomt. Het Europese avontuur dat na de Tweede Wereldoorlog begon, heeft stukje bij beetje vertrouwen tussen de vroegere “erfvijanden” gecreëerd en geldt als een vredesproject bij uitstek. Het is goed daaraan te denken, honderd jaar na het begin van die andere -de Groote- oorlog. Maar om het vertrouwen van de Europeanen te bewaren, moet het huidige beleid wel op vele vlakken worden bijgesteld. Europa moet groener, socialer én dus ecologischer. Daar vecht ik elke dag voor.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content