Vijftien mensen doodgeschoten in Haïti, onder wie journalist en activiste

ARCHIEFBEELD Demonstranten en voetgangers in Port-au-Prince rennen weg nadat de nationale politie traangas gebruikt.

In Port-au-Prince, de hoofdstad van Haïti, zijn in een nacht tijd 15 mensen doodgeschoten, onder wie een journalist en een activiste van de oppositie. Dat heeft politiechef Léon Charles woensdag gemeld.

Charles spreekt van represailles door sympathisanten van de woordvoerder van een politievakbond SPNH-17 die enkele uren eerder door een gewapende groep gedood werd.

De aanhangers van de agent openden het vuur in de wijk Delmas 32. Het is niet duidelijk of de slachtoffers opzettelijk gedood werden, aangezien het allen vreedzame burgers waren, aldus Charles. Vakbond SPNH-17 is in conflict met de leiding van de nationale politie en het komt regelmatig tot geweld.

Volgens het agentschap van de Verenigde Naties voor de coördinatie van de humanitaire hulp (Ocha) wordt momenteel zowat een derde van Port-au-Prince getroffen door geweld, door naar schatting 95 gewapende groepen. Sinds begin mei is de strijd rond de controle van de wijken in de stad geëscaleerd. Er vielen al talrijke dodelijke slachtoffers en er vonden al heel wat verkrachtingen plaats. Veel huizen werden bovendien geplunderd en in brand gestoken. Op 22 juni waren al meer dan 13.600 mensen op de vlucht geslagen.

Het geweld en de daarmee gepaard gaande wegblokkades verlammen volgens Ocha de economische activiteiten in het arme Caraïbische land en leiden tot problemen met de toeleveringsketens. In de gezondheidscentra in de getroffen gebieden kan amper gewerkt worden, en dat op een moment dat het overbelaste gezondheidssysteem te lijden heeft onder een toename van het aantal coronagevallen. Een spoedkliniek van de ngo Artsen Zonder Grenzen moest tijdelijk de deuren sluiten nadat ze onder vuur werd genomen.

Partner Content