De inwoners van Peking klagen al jaren over de torenhoge vastgoedprijzen en kosten voor levensonderhoud die het wonen in de Chinese hoofdstad steeds moeilijker maken. Maar nu wordt ook sterven onbetaalbaar.
Volgens de Chinese krant Legal Weekly stijgen de prijzen voor een plekje op de begraafplaatsen in Peking met meer dan 30 procent per jaar.
Om ruimte te besparen in de steden en gemeenten roepen de autoriteiten al lang op om lichamen te cremeren. Maar zelfs het vinden van een plaats om de as van een overledene te begraven wordt meer en meer een beproeving wegens te duur.
Zo kan de prijs van percelen in de meer populaire kerkhoven oplopen tot 51.000 euro per vierkante meter, schrijft de krant. Wie in vrede wil rusten naast de talrijke politieke leiders en hoogwaardigheidsbekleders op het beroemde kerkhof van Babaoshan moet al snel 121.000 euro betalen.
Begrafenis op zee
Experts wijzen met een beschuldigende vinger naar het gebrek aan regelgeving in de Chinese uitvaartindustrie. Zo zouden lokale overheden de prijs van percelen opdrijven om zo hun eigen winsten te verhogen.
Maar in plaats van het probleem van de hoge prijzen aan te pakken, probeert de Chinese overheid de bevolking aan te zetten om andere uitvaartmogelijkheden in overweging te nemen, zoals bijvoorbeeld een begrafenis op zee. (TE)
