Tony van der Togt

‘Rusland is een schizofrene grootmacht op zoek naar zijn plaats op het wereldtoneel’

Tony van der Togt Senior onderzoeker Rusland, Nederlands Instituut voor Internationale Betrekkingen Clingendael

Tony van der Togt, senior onderzoeker Rusland van het Instituut Clingendael, neemt de relatie tot Europa van Rusland onder de loep: ‘Vandaag rest Rusland niets anders dan de zoektocht tussen West en Oost verder te zetten als een zwalkende en schizofrene grootmacht.’

Niet voor niets is het symbool van Rusland de tweekoppige adelaar – een erfenis van Byzantium – die Rusland dwingt steeds naar twee kanten tegelijk te kijken: naar het Latijns-christelijke Westen en het Aziatische Oosten.

Hoe past Rusland hiertussen en hoe heeft Rusland na 1991 geprobeerd een eigen identiteit te ontwikkelen tussen een door de Europese Unie gedefinieerd Europa en een snel opkomend China in het Oosten?

Rusland is een schizofrene grootmacht op zoek naar zijn plaats op het wereldtoneel.

De relatie tot Europa is in Rusland al eeuwenlang een onderwerp van discussie. Het debat in Rusland tussen de Slavofielen en de Westerlingen ging al in de negentiende eeuw over Russische eigenheid versus modernisering en het streven om Rusland deel te laten uitmaken van het bredere Europa.

Dit debat is nu in alle hevigheid en in een nieuwe vorm teruggekeerd. De zoektocht onder Jeltsin naar de ‘Russische idee’, het opkomende nationalisme en de nadruk onder Poetin op traditionele, Russisch-Orthodoxe waarden bepalen een nieuw Russisch ‘narrative’, waarbij de eigen identiteit centraal staat.

Het Russische intellectuele debat over de relatie tot Europa gaat momenteel twee kanten op:

  • Enerzijds is er een stroming die de geschiedenis interpreteert als een evolutie waarbij alle goeds steeds uit de Russen zelf is voortgekomen en alle slechte zaken uit het buitenland. De huidige minister van cultuur Medinski is hiervan een vertegenwoordiger. Dit is goed terug te zien in zowel zijn boeken over de ‘mythen in de Russische geschiedenis’ als in een discussiestuk van zijn ministerie, getiteld ‘Rusland is niet Europa’. De eigen identiteit van Rusland staat steeds voorop en van enige aandrang tot ‘Europeanisering’ van Rusland is geen sprake.
  • Anderzijds bestaat ook een denkrichting die Rusland net afschildert als het ‘ware Europa’. Ze bouwt voort op het al in de middeleeuwen ontwikkelde idee van Moskou als het ‘Derde Rome’: nadat Rome als centrum van het Christendom ten onder was gegaan en Byzantium onder Turkse heerschappij was gekomen werd Moskou het nieuwe centrum van het ‘ware geloof”. Conservatieve en nationalistische denkers in hedendaags Rusland die zich inschrijven in deze strekking proberen ook aansluiting te vinden bij verwante en populistische bewegingen in Europa, die zich afkeren van een supranationale en federale Europese Unie en een gedegenereerd ‘Gay Europe’.

De samenwerking tussen de Europese Unie en Rusland ligt intussen sinds de Oekraïne-crisis grotendeels stil. Van de ooit zo ambitieuze plannen om gemeenschappelijke ruimtes en een vrijhandelszone te scheppen ‘van Lissabon tot Vladivostok’ komt voorlopig niets terecht.

Zodra duidelijk werd dat Rusland niet langer bereid was zich aan te passen aan het in Brussel bepaalde Europese model van een moderne liberaal-democratische rechtsstaat was hierin ook al eerder de klad gekomen.

Zeker na de ‘kleurenrevoluties’ in Georgië en vooral Oekraïne, wilde Rusland paal en perk stellen aan westerse bevordering van democratie en ondersteuning van revoluties van onderop. Van dergelijke revoluties heeft het Kremlin de buik vol en het is zeker niet de bedoeling dat dit soort gedachtengoed ook nog eens overwaait naar Rusland zelf.

De houding tot de Europese Unie wordt in Ruslands antiwesterse ‘narrative’ thans vooral bepaald door een officieel uitgedragen superioriteitsgevoel, waardoor er voorlopig weinig toenadering te verwachten valt.

Mede als gevolg van de conflictueuze relatie met het Westen zoekt Rusland zijn heil tegenwoordig steeds meer in een wending naar het Oosten en een hechte relatie met een rijzend China. Dat is de andere kant van de tweekoppige adelaar. Het voordeel van China als strategische partner is hierbij ook dat Beijing zich niet wil bemoeien met de interne politieke ordening in Rusland zelf.

En zo zien we dat sommige Russische denkers tegenwoordig weer meer aansluiting zoeken bij een Euraziatisch denken, waarbij Rusland een aparte beschaving belichaamt tussen Europa en Azië. Deze stroming is vooral sterk beïnvloed door Russische intellectuelen die na 1917 in ballingschap woonden in Europa en voor wie Eurazianisme nauw verbonden was met het herstel van het Russische Rijk.

Wanneer tegenwoordig Alexander Doegin bepleit dat Euraziatisch Rusland als centrale continentale macht de strijd aan moet gaan met de Atlantische zeemachten is dit voor landen als Kazachstan echter een weinig aanlokkelijk perspectief. Hun Eurazianisme gaat immers niet uit van Russische dominantie of van een mondiale strijd tegen het Westen.

Van de ooit zo ambitieuze plannen om gemeenschappelijke ruimtes en een vrijhandelszone te scheppen ‘van Lissabon tot Vladivostok’ komt voorlopig niets terecht.

Al in 2013 stelde president Poetin dat zijn plannen om een Euraziatische Unie te vestigen met landen van de voormalige Sovjet-Unie ook een fundamentele keuze voor een bepaalde vorm van beschaving zijn.

Maar binnen deze kring van landen bestaan heel verschillende ideeën over de gemeenschappelijke normen en waarden die hieraan dan ten grondslag zouden moeten liggen. Het enige wat deze landen momenteel bindt is de erfenis van een gemeenschappelijk Sovjetverleden.

Deze erfenis wordt daarbij heel verschillend beleefd en ingevuld. En ook de relatie van andere post-sovjet staten tegenover Europa en het Westen wordt meer bepaald door (economisch) eigenbelang dan door een veronderstelde ideologische verwantschap.

Zo rest Rusland voorlopig niets anders dan de zoektocht tussen West en Oost verder te zetten als een zwalkende en schizofrene grootmacht, die maar niet kan bepalen of het met Europa verbonden moet zijn of zich ervan moet afkeren in een drastische wending naar het Oosten.

Het Westen kan voorlopig weinig anders doen dan afwachten hoe Rusland uiteindelijk zichzelf zal hervinden en Moskou blijven aanspreken op beginselen van internationaal recht die het ook zelf heeft onderschreven. Een autoritair systeem, gedragen door nationalisme en assertief of agressief optreden tegenover de buurlanden zal zo voorlopig voor spanningen blijven zorgen en vragen om een eenduidig Europees antwoord.

Op woensdag 8 november geeft Tony van der Togt een lezing aan de KU Leuven in het kader van de lezingenreeks ‘1917-2017: de Russische (R)evolutie’. In een reeks van tien lezingen maken academici uit verschillende disciplines de stand van het land op: waar staat Rusland 100 jaar na de Russische Revolutie? Het volledige programma raadplegen en inschrijven doet u hier.

Partner Content