Sven Biscop

‘Rusland en Oekraïne: een gevaarlijk zwaktebod van een militaire supermacht’

Sven Biscop Docent UGent en programmahoofd Egmont – Koninklijk Instituut voor Internationale Betrekkingen

Professor Sven Biscop (UGent, Egmont Institute) staat stil bij de recente ontwikkelingen in Oekraïne en onzekerheid over de toekomstige relaties met Rusland. ‘Een tanende grootmacht, die op militair vlak nog steeds een supermacht is, kan een heel gevaarlijke speler zijn.’

Wat is Rusland met nog een stuk Oekraïens grondgebied erbij? In onze logica past geen veroveringsoorlog meer, maar in die van President Poetin wel. Hij beoogt Rusland blijvend te positioneren als een grootmacht waarmee rekening gehouden moet worden en een invloedssfeer te herstellen in de voormalige Sovjet-Unie. Wat Poetin als de grootste bedreiging ziet, is niet zozeer de mogelijkheid dat Oekraïne tot de NAVO zou toetreden, maar dat het door de nauwe relatie met de EU volledig zou verwestersen. En als dat lukt in één zo’n grote voormalige Sovjetrepubliek, wie weet waar de bevolking zich dan nog tegen de autoritaire leiders zal keren…

Het is omdat het nieuwe regime in Oekraïne een verregaand vrijhandelsakkoord met de EU ging sluiten, dat Poetin in 2014 een eerste keer aanviel. Wat misschien nog het zwaarst doorweegt in zijn motivatie vandaag, is dat die invasie in feite een mislukking was. Rusland annexeerde weliswaar de Krim, maar tegen de verwachtingen in keerde daardoor de rest van het land zich volledig van Moskou af. Alleen in een kleine regio in het oosten kon Rusland enkele gewapende separatisten voor zijn kar spannen. Eigenlijk probeert Poetin dus zijn eigen falen goed te maken.

Rusland en Oekraïne: een gevaarlijk zwaktebod van een militaire supermacht.

En wij staan erbij en kijken ernaar? “De sterken doen wat ze kunnen en de zwakken ondergaan wat ze moeten”, schreef de Griekse historicus Thucydides al in de oudheid. Dat is ook vandaag helaas nog vaak de harde realiteit van de wereldpolitiek. Wanneer een grootmacht beslist tot oorlog tegen een ander land, kunnen de andere grootmachten weinig of niks doen om dat te voorkomen. Tenzij ze bereid zijn om zelf de oorlog te verklaren, maar een rechtstreekse oorlog tussen nucleaire machten is zo gevaarlijk, dat niemand zich daaraan wil wagen als hun eigen grondgebied niet rechtstreeks bedreigd wordt. Eens Poetin besloten had Oekraïne binnen te vallen, was een invasie dan ook niet meer te voorkomen (net zoals niemand de VS kon stoppen zodra die in 2003 voor zichzelf beslist hadden Irak binnen te vallen).

Dat betekent niet dat het fout was onderhandelingen met Rusland aan te gaan: bloedvergieten proberen te vermijden is nooit verkeerd. Vandaag kunnen we echter aannemen dat Poetin eigenlijk al quasi bij aanvang van de huidige crisis beslist had hoe dan ook tot militaire actie over te gaan (maar misschien nog niet op welke schaal). Misschien had hij dit zelfs als jaren geleden besloten en wachtte hij enkel het in zijn ogen juiste moment af. Een falen van de diplomatie is dit niet. Als twee partijen willen praten en desondanks zonder akkoord uit elkaar gaan, is dat een mislukking. Maar als blijkt dat één partij sowieso tot geen enkele toegeving bereid is en de diplomatie enkel gebruikt om zijn plannen te versluieren (om te liegen tegen zijn gesprekspartners dus), zijn er eigenlijk nooit echte onderhandelingen geweest.

Nu Poetin voor oorlog gekozen heeft, is er voor diplomatie weinig ruimte meer. Allicht komen de geregelde gevechten over afzienbare tijd tot stilstand en komt een nieuwe demarcatielijn tot stand, als Rusland al niet heel Oekraïne bezet. De EU en de VS kunnen het resultaat van deze aanvalsoorlog op geen enkele manier legitimeren. Er zal dus geen vredesconferentie zijn waar nieuwe grenzen overeengekomen worden. Hoogstens misschien een wapenstilstand tussen Rusland en wat van Oekraïne overblijft.

Wat brengt de toekomst dan wel: harde sancties vanwege de EU en de VS, en de bevriezing van onze relaties met Rusland voor wellicht vele jaren. Dat gaat Oekraïne niet meteen helpen: Rusland gaat de sancties incasseren en zich niet terugtrekken, en de sancties gaan ook ons pijn doen. Maar ze zijn noodzakelijk om de hele wereld een signaal te geven: de basisregels van de wereldorde overtreden is niet zonder gevolgen. Anders worden de regels almaar meer uitgehold en blijft er op de duur geen orde meer over. Op energievlak zal het afbouwen van de relatie de EU het hardst raken, maar het kan. Een argument temeer om de groene transitie te versnellen. Rusland heeft grote reserves opgebouwd en heeft de inkomsten van de gasverkoop aan Europa nu niet nodig, maar het kan dat gas ook niet aan iemand anders verkopen – die gasvelden zijn enkel aan ons gelinkt.

Heeft Poetin daarom gewonnen, of probeert hij eerder niet te verliezen? De oorlog in Oekraïne zal Ruslands binnenlandse problemen niet oplossen en de economische vooruitzichten nog verslechteren. En de invloedssfeer die Poetin zogezegd verdedigt, moet hij nu al delen met China, dat in alle ex-Sovjetrepublieken een economische machtsfactor is. De militaire verovering van Oekraïne is in die zin een zwaktebod: een positief project dat landen uit vrije wil kan aantrekken heeft Rusland niet. Dat geldt ook voor de Russische interventies in Afrika en het Midden-Oosten: voldoende om onze plannen te dwarsbomen, zoals in Mali waar het militair regime de Europeanen buiten kegelt, maar niet om een eigen project op te bouwen. Onrechtstreeks ondermijnt het Russisch militair avonturisme ook de Chinese, vooral economische strategie. Daarom houdt China zich vandaag eerder op de vlakte: het zal Rusland nooit openlijk veroordelen, maar ook niet altijd openlijk steunen.

Niettemin kan een tanende grootmacht, die op militair vlak nog steeds een supermacht is, net een heel gevaarlijke speler zijn. De EU zal zich dan ook grondig moeten beraden over de te volgen strategie. In de eerste plaats moeten we onze eigen territoriale verdediging opwaarderen. De laatste decennia hebben vele Europese strijdkrachten zich vooral op buitenlandse operaties gericht. Dat blijft nodig, maar tegelijk moeten de Europeanen de eigen conventionele afschrikking opbouwen. De VS spelen weliswaar hun leidersrol binnen de NAVO, maar wat als er tegelijk een crisis in Azië zou zijn, of mocht Trump vandaag in het Witte Huis gezeten hebben? Een onderdeel van onze defensie dat de EU dringend moet opbouwen, is afschrikking van hybride acties. Rusland gaat die ongetwijfeld opvoeren: cyberaanvallen, desinformatie, chantage… België is als gastland van de EU en de NAVO een primair doelwit, zoals de Nationale Veiligheidsstrategie die de federale regering in 2021 aannam erkent. We moeten tegen hybride acties durven terugslaan, cybertegenaanvallen incluis. De EU moet ook een volledig nieuwe strategie uitwerken voor Noord-Afrika, om voldoende invloed te bewaren.

Dit is niet het einde van de Europese veiligheidsarchitectuur. Rusland kan de EU en de NAVO niet ten val brengen – dat kunnen alleen onze eigen antidemocratische extremisten, die zich maar al te vaak als nuttige idioten ten dienste van Rusland opstellen. Maar de relaties met Rusland zullen opnieuw zeer koud worden en we zullen noodgedwongen meer moeten investeren in defensie. Tegelijk moeten we blijven investeren in ons eigen positief project, de EU, en in multilaterale samenwerking met alle staten, ook de dictaturen, op alle vlakken waarop onze belangen samenvallen. Samenwerken waar het kan, terugduwen waar het moet. De wereld bij elkaar houden in één orde, waarin alle staten zich kunnen vinden: dat is de uitdaging voor de wereldpolitiek in de 21ste eeuw. Rusland heeft zichzelf voor enige tijd buiten die orde gezet, maar heeft niet de macht om ze omver te werpen. China zou dat wel kunnen, maar opteert vooralsnog voor een assertieve economische eerder dan een militaire strategie. De VS begrijpen hopelijk dat ook zij, naast hun militaire bijdrage waarvoor Europa dankbaar moet zijn, een positief project voor de wereld moeten voorstellen. Geen enkel land kan alleen, en met militaire middelen alleen, zijn samenleving veiligstellen. Ook een grootmacht niet.

Ten slotte, iedereen met een beetje kennis van krijgsgeschiedenis herkent de namen. Kiev, Odessa, Kharkiv: dat zijn de namen van grootschalige, bloedige veldslagen, waar Sovjet soldaten en burgers tegen de Nazi’s vochten. Vandaag is het waar Vladimir Poetin Ukraïne aanvalt.

Prof. Dr. Sven Biscop doceert aan de Universiteit Gent en leidt het programma “Europa in de wereld” aan het Egmont – Koninklijk Instituut voor Internationale Betrekkingen in Brussel. Hij is de auteur van Hoe de grootmachten de koers van de wereldpolitiek bepalen (Kritak, 2021).

Partner Content