De twee vrijgelaten Pussy Riot-vrouwen willen zich inzetten voor een verbetering van de extreme omstandigheden in de Russische gevangenissen.
Pussy Riot-lid Maria Aljochina is, na 20 maanden in de gevangenis, niet van plan te stoppen met haar protestacties tegen het Kremlin. Dat zegt ze in een interview met de Duitse krant Die Welt.
In de Siberische stad Krasnojarsk ontmoette ze het ander vrijgelaten Pussy Riot-lid, Nadjezjda Tolokonnikova, om te praten over hun toekomstplannen.
Alvorens ze naar huis gaat om haar familie en zoontje te zien, zei Aljochina dat ze mensenrechtenactivisten wilde ontmoeten om haar volgende stappen te plannen. “We gaan samenwerken en ik hoop dat ik de vrouwen in het (gevangenis-)kamp kan helpen”, zei ze. “In de gevangenis waar ik zat, worden de rechten van andere vrouwen geschonden.”
In de gevangenis gebleven
Aljochina en Tolokonnikova werden opgesloten voor “hooliganisme gemotiveerd door religieuze haat” nadat ze in 2012 in een kathedraal in Moskou een lied hadden gebracht dat kritisch was voor president Vladimir Poetin. Ze zouden normaal in maart vrijkomen.
Ook Tolokonnikova zal naar eigen zeggen verder blijven vechten tegen het autoritaire systeem in Rusland. “Na mijn vrijlating uit de gevangenis, ben ik klaar om aan het werk te gaan”, zei Tolikonnikova.
Aljochina zei aan Die Welt dat het nooit in haar was opgekomen om amnestie te vragen. Eerder vertelde ze al aan journalisten dat als ze de keuze had gekregen, dat ze in de gevangenis was gebleven. Al gaf ze wel toe dat dat niet het geval zou zijn geweest als ze een veel langere straf had gekregen. (Belga/TE)
