Proces aanslagen Parijs: Abdeslam zet drie medeverdachten uit de wind: ‘Ze wisten van niets’

Salah Abdeslam getekend door de gerechtstekenaar bij de start van het proces over de aanslagen in Parijs.

Op de tweede dag van het assisenproces over de aanslagen in Parijs heeft hoofdverdachte Salah Abdeslam opnieuw het woord genomen. Hij zette drie van de medeverdachten uit de wind. ‘Ze leverden me een dienst, maar ze wisten niks van wat ik deed in het leven’, klonk het geëmotioneerd.

‘Zullen de slachtoffers die er in Syrië en Irak waren, kunnen spreken’, stak de enige terrorist die de aanslagen in Parijs overleefde van wal. ‘Wijsheid zegt dat we een man pas moeten straffen als hij veroordeeld is, niet ervoor. Wordt men niet verondersteld onschuldig te zijn?’

‘Ook al sta ik niet achter uw rechtspraak, er zijn andere slachtoffers. In Molenbeek is er veel vrijgevigheid. Zo zijn er Mohammed Amri, Hamza Attou en Ali Oulkali die mij gunsten hebben verleend, hoewel zij niets wisten van wat ik voor de kost deed. Ze hebben me uit de goedheid van hun hart op een bepaalde plaats afgezet zonder iets te vragen, vandaag zitten ze in de gevangenis, ze hebben niets misdaan’, aldus een huilende Abdeslam.

De voorzitter van de jury herinnerde Abdeslam eraan dat het nu niet het juiste moment is om een betoog te doen. ‘U hebt vijf jaar de tijd gehad om te spreken. U wilt het nu doen, dat is prima, maar dit is niet het moment. We zitten in een technisch debat’, klinkt het.

Uiteindelijk werd beslist om de micro van Abdeslam uit te schakelen en werd de zitting enkele minuten geschorst.

Partner Content