Portugese leger kiest kant van volk

De Nationale Vereniging van Onderofficieren (ANS) in Portugal laat weten dat zij de kant van het volk zullen kiezen als massale onrusten uitbreken.

De ANS sluit daarbij een confrontatie met de ordetroepen van de politie niet uit, zo staat te lezen op de nieuwssite Gewoon-nieuws.nl, die de Portugese krant Economico citeert.

De militairen zijn naar eigen zeggen niet akkoord met de nieuwe besparingsoperaties die de Portugese regering aankondigde, omdat die nieuwe bezuinigingen de bevolkingsgroepen treffen die het nu al moeilijk hebben. Zij zouden daardoor in nog grotere, niet te overkomen problemen komen, klinkt het.

De militairen kunnen zich daar niet bij neerleggen en benadrukken dat zij dan wel niet mogen staken, maar wel mogen demonstreren. In dat geval is de kans niet gering dat ze oog in oog komen te staan met de ordetroepen van de Portugese politie. Een mogelijkheid die de ANS zelf niet uitsluit.

‘Wij zijn niet te gebruiken om onlusten de kop in te drukken’

De woordvoerder van de ANS noemt het de plicht van het leger om het volk te beschermen. Van hen kan dan ook niet verwacht worden dat ze private, financiële instellingen dienen, zegt hij. “Laat niemand denken dat het leger gebruikt kan worden om de kop in te drukken van onlusten die door deze maatregelen kunnen ontstaan”, aldus nog de woordvoerder.

Die maatregelen zijn een overtreden van de grondwettelijke rechten van de soevereiniteit van Portugal, vinden de militairen. Premier Passos Coelho gaat volgens hen zijn boekje te buiten. De hele politiek krijgt trouwens een sneer: zij wordt naar hun zeggen gegijzeld door kredietbeoordelaars en speculanten.

Anjerrevolutie bis?

Als Coelho de geschiedenis van zijn land kent, neemt hij deze ‘bedreiging’ ernstig, schrijft de nieuwssite. Het Portugese leger bewees immers eerder al dat het harde confrontaties met een regering niet schuwt: 25 april 1974 pleegden ze een zo goed als geweldloze coup – de zogenaamde ‘Anjerrevolutie’ – op het regime van Marcello Caetano, die dictator António de Oliveira Salazar was opgevolgd. (SD)