Opnieuw naar de oorlog: Kenia dwingt Somalische vluchtelingen om terug te keren

Kinderen en jongeren in het Dadaabkamp in Kenia © REUTERS

De Keniaanse autoriteiten zetten vluchtelingen onder druk om terug te keren naar het door oorlog getroffen Somalië. Daar lopen zij risico te worden verwond of gedood. Dat meldt Amnesty International in een rapport, waarin ook de internationale gemeenschap kritiek krijgt.

In het Keniaanse kamp Dadaab wonen meer dan 280.000 vluchtelingen. De meesten van hen komen uit Somalië. Vanwege de veiligheid, het milieu en economische redenen wil Kenia het kamp sluiten. Aan de internationale gemeenschap had het land beloofd dat alle repatriëringen van vluchtelingen vrijwillig, veilig en respectvol zouden verlopen.

Volgens onderzoekers van Amnesty is dat allerminst het geval. Zij stelden vast dat overheidsfunctionarissen vluchtelingen overhaalden om terug te gaan naar Somalië, op dit moment verwikkeld in de oorlog tussen regeringstroepen en de gewapende rebellengroep Al-Shabaab. ‘Keniaanse regeringsambtnaren vertellen hen dat ze tegen het einde van de maand moeten weg zijn. Anders zullen ze tot een vertrek worden gedwongen, zonder hulp’, zegt Michelle Kagari, Amnestydirecteur voor Oost-Afrika, de Hoorn en de Grote Meren.

Onder de 91 getuigen die Amnesty in augustus sprak, persoonlijk en in groepsgesprekken, zitten twee broers van 15 en 18 jaar die in januari naar Somalië waren teruggegaan. Vier maanden later keerden ze terug naar Dadaab. Ze vertelden dat ze hun vader in Somalië gedood zagen worden. De jongens werden daarna ingelijfd door Al-Shabaab. Ze wisten te ontsnappen en naar Kenia terug te gaan.

De risico’s van terugkeer naar Somalië zijn groot. Veel vluchtelingen krijgen achterhaalde informatie over de tocht van VN-Vluchtelingenorganisatie UNHCR en andere ngo’s. Binnen Somalië zijn momenteel meer dan 1 miljoen bewoners op de vlucht geslagen. Het land heeft dan ook geen middelen om een grootschalige terugkeer van vluchtelingen uit Kenia aan te kunnen. De meeste vluchtelingen willen dan ook niet terug naar Somalië, maar Kenia of de internationale gemeenschap bieden hen geen alternatieven aan. Naast de veiligheid maken mensen zich ook zorgen om het gebrek aan basisvoorzieningen in Somalië en om discriminatie.

Mouna, moeder van een gehandicapt kind, getuigt in het rapport: ‘Er zijn geen faciliteiten voor andersvaliden in Somalië. Als vluchtelingen komen we overal op de laatste plaats. Met gehandicapte kinderen zullen we opnieuw achteraan in de rij moeten staan als het op hulp aankomt.’

Door het gebrek aan internationale steun zitten de inwoners van Dadaab nu in een benarde situatie. Kenia vangt nu al met slechts negen andere landen de helft van alle vluchtelingen ter wereld op. Er zitten zo’n 500.000 vluchtelingen in Kenia, waaronder 260.000 in het Dadaabkamp.

Amnesty vraagt dan ook de internationale gemeenschap met Kenia aan een langetermijnoplossing werkt. Dat kan door in andere landen meer hervestigingsplaatsen te bieden voor kwetsbare vluchtelingen. Maar is er meer, zegt Kagari. Zo vraagt ze dat Kenia de rechten van vluchtelingen respecteert en met de internationale gemeenschap instrumenten ontwikkelt om hen op te nemen in de maatschappij. (JVL)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content