Olieprijs keldert tot historisch dieptepunt: ‘De Verenigde Staten en Rusland zijn de grote verliezers’

Donald Trump en Vladimir Poetin © Reuters
Kamiel Vermeylen

Maandagavond kelderde de prijs voor een vat Amerikaanse olie onder nul. ‘Voor België is dit op langere termijn zeker geen goed nieuws’, vertelt professor internationale politiek David Criekemans.

‘Historische tijden’, is het eerste wat professor internationale politiek David Criekemans (UAntwerpen) zegt wanneer hij maandagavond de telefoon opneemt. De prijs voor een vat Amerikaanse olie is enkele minuten voordien onder nul gezakt.

Dinsdagochtend herstelde de olieprijs opnieuw een beetje: de prijs van een vat Amerikaanse olie bedraagt dan ongeveer 1 dollar, wat nog steeds een historisch lage prijs is.

Nu de vraag naar olie omwille van de coronacrisis is afgenomen en de olielanden hun productie amper hebben teruggeschroefd, krijg je bij wijze van spreken geld als je binnenkort aan de pomp de benzinetank vult. Hoewel dat in realiteit nooit zal gebeuren. Tijd voor een analyse.

De olieprijs kelderde maandagavond onder nul. Wat is er precies gebeurd?

David Criekemans: Ruim anderhalve maand geleden besloten Rusland en Saoedi-Arabië al om de olieproductie niet terug te schroeven. Dat was onder meer een poging om de Verenigde Staten uit de oliemarkt te duwen. Veel heeft te maken met de zogenaamde break-evenpoints: enkel voorbij de productieprijs van een vat ruwe olie kan men uit de kosten geraken. Die verschilt doorgaans van olieveld tot olieveld. Maar die kostprijs ligt in Saoedi-Arabië doorgaans lager dan in de Verenigde Staten, waardoor het makkelijker kan overleven als de olieprijs zakt. Rusland heeft olieprijzen boven de 40 dollar nodig, ook de VS.

Toch bleven Saoedi-Arabië en Rusland aan volle kracht oppompen, in een poging om hun marktaandeel te verdedigen en mogelijk ook de Amerikaanse producenten te raken. Enkel de Saoedi’s hebben het laagste break-evenpunt van alle olievelden ter wereld: tussen de 15 en de 20 dollar. Met iets minder dan 500 miljard aan dollarreserves kunnen zij ook het langst de rit uitzitten. Trump wilde twee weken geleden de schalie-industrie in zijn land redden door de olieproductie terug te schroeven waardoor de prijs terug omhoog zou gaan. Uiteindelijk gingen Saoedi-Arabië en Rusland akkoord met een afname van de productie van zo’n 10 miljoen vaten omdat ook hun energiesector pijn leed, en de nationale valutareserves te snel daalden.

Het is niet ondenkbaar dat veel groene projecten nu worden afgeblazen en we een tijdlang zullen terugkeren naar de fossiele brandstoffeneconomie.

David Criekemans, professor internationale politiek (UAntwerpen)

Waarom is dat niet gelukt?

Criekemans: Omdat de vraag naar olie veel sterker is gedaald dan die tien miljoen vaten ruwe olie. De afgelopen weken hebben veel landen onder impuls van de lage olieprijzen hun strategische reserves wellicht aangevuld. Maar intussen lijkt het verzadigingspunt bereikt. Momenteel dobberen volgeladen olietankers op zee rond die hun koopwaar nergens meer kwijt kunnen. Er is straks letterlijk geen plekje meer over waar men nog met de olie naartoe kan. Het enorm overaanbod doet de prijs kelderen.

Met andere woorden moet de olieproductie dringend omlaag om de prijzen terug te doen stijgen?

Criekemans: De markt dwingt de politiek daar nu gewoonweg toe. De aandelenkoersen van de kleine Amerikaanse schalieoliebedrijven en pijplijnondernemingen gaan er flink op achteruit. Een aanzienlijk stuk van het Amerikaanse economische weefsel wordt hierdoor bijzonder hard geraakt. Het was trouwens dat weefsel dat de Verenigde Staten tijdens de financieel-economische crisis in 2008 boven water heeft gehouden. Daardoor bleef Washington relatief onafhankelijk van andere landen en kon het een zelfstandige politiek blijven voeren ten opzichte van het Midden-Oosten. Enkele Amerikaanse Staten – waaronder North en South Dakota – zijn enorm afhankelijk van de schalie-industrie die door deze ontwikkelingen helemaal dreigt om te vallen. De bedrijven die onvoldoende cashreserves hebben opgebouwd, zullen dit in combinatie met de coronacrisis niet doorstaan.

De gezondheid van de Amerikaanse economie kan een president maken of kraken, hoor je soms. Zit Trump nu in een lastig parket, met het oog op de verkiezingen in novemer?

Criekemans: Tot hiertoe was de staat van de Amerikaanse economie inderdaad vaak bepalend voor de uitslag van de presidentsverkiezingen. Maar dit zijn geen gewone tijden. Het is voorlopig nog onduidelijk welk effect het coronavirus zal hebben op de populariteit van de Amerikaanse president – voor wie de oude spelregels ook niet altijd lijken te gelden. Ik verwacht niet dat de ineenstorting van de olieprijs in zijn voordeel zal uitdraaien, maar met zekerheid kan je zoiets momenteel echt niet zeggen. De weg is nog lang. Veel hangt ervan af of in de komende weken en maanden een ‘nieuw normaal’ kan gevonden worden, vandaar dat Trump zo aanstuurt op een ‘heropening’ van de VS.

Ook andere landen zijn enorm afhankelijk van olieproductie en -inkomsten. Verwacht u daar politieke aardverschuivingen?

Criekemans: Vooral voor Rusland is dit een ernstige zaak omdat een hogere olieprijs nodig heeft om uit de kosten te geraken. Het is niet ondenkbaar dat de roebel hierdoor zal verzwakken, net als de positie van Moskou op het internationale toneel. Maar Moskou kocht de afgelopen jaren meer goud en dumpte al zijn dollarreserves, waardoor het via een afdekkingsstrategie zichzelf staande tracht te houden. Het Kremlin onderschatte het coronavirus en nam enorme risico’s door de afgelopen weken te blijven pompen. Dit toont ook de gevaren aan van een economie die onvoldoende gediversifieerd is: de Russische economie is immers voor zo’n 80 procent afhankelijk van olie en gas.

De winnaar zou wel eens Saoedi-Arabië kunnen zijn omdat het land het minst zou verliezen van alle olieproducerende landen. Het land heeft nog zo’n 440 miljard dollar aan reserves dat het kan inzetten om de klap te incasseren. De vraag is vooral of de olieproducerende landen samen tot een gecontroleerde verlaging van de olieproductie zullen komen. Als het ieder voor zich wordt, dan krijgen we asymmetrische schokgolven waarvan de effecten momenteel onmogelijk in te schatten zijn.

De Verenigde Staten zullen hierdoor mogelijk terug afhankelijker worden van de rest van de wereld. Het is maar de vraag hoe ze daarmee willen omgaan.

Maar zolang de economische gevolgen van de coronacrisis om zich heen grijpen, zal de vraag niet spectaculair omhoog gaan?

Criekemans: De olieproductie is gebouwd op een wereldeconomie die op volle toeren draait. Zolang die capaciteit niet opnieuw wordt bereikt en de productie omlaag gaat, zal er een structureel overaanbod blijven. Van het kapitalisme wordt natuurlijk verwacht dat het zichzelf corrigeert. De bedrijven die overkop gaan zullen spotgoedkoop overgenomen worden door andere ondernemingen die vervolgens minder zullen produceren. Maar dit is natuurlijk een uitgesproken politieke kwestie. De Verenigde Staten zullen hierdoor mogelijk terug afhankelijker worden van de rest van de wereld. Het is maar de vraag hoe ze daarmee willen omgaan.

Is de implosie van de olieprijs voor België eerder voor- of nadelig? De consument spaart geld uit aan de oliepomp waardoor die meer kan uitgeven aan andere zaken, toch? Anderzijds teert de haven van Antwerpen wel op de petrochemische nijverheid.

Criekemans: Op korte termijn kan dit inderdaad een hefboom vormen voor de Belgische economie. Onze koopkracht zal afnemen door de economische impact van de coronacrisis, maar dat wordt ten dele gecompenseerd door de lage olieprijs. Voor de olieverwerkende sectoren is dit op korte termijn natuurlijk goed nieuws omdat ze hun basisproduct goedkoop kunnen aanschaffen. Voorwaarde is natuurlijk wel dat er in een volgende fase voldoende vraag moet zijn, want anders komen ze in de problemen en staan er een heleboel banen op de tocht. Goed nieuws is dit niet. Ook op internationaal vlak heeft dat verstrekkende gevolgen: de olie-intensieve economieën zoals China en veel Afrikaanse landen staan er op dit moment een stuk beter voor dan anderen.

Net als China zit ook de Europese Unie in een transitiefase naar hernieuwbare energiebronnen. Fnuikt een lage olieprijs die overgangsperiode?

Criekemans: Ik vrees van wel. Op termijn zullen hernieuwbare en groene technologie wel aan het langste eind trekken: zonnepanelen en batterijopslag worden met de dag efficiënter en dus ook voordeliger. Eigenlijk zaten we momenteel stilaan op een breekpunt waarop hernieuwbare energie gemiddeld genomen goedkoper werd dan fossiele brandstoffen. Het is niet ondenkbaar dat veel groene projecten nu worden afgeblazen en we een tijdlang zullen terugkeren naar de fossiele brandstoffeneconomie. Veel hangt ervan af hoe lang de coronacrisis duurt. Als de vraag deels terugkomt, kunnen de kaarten weer herschud worden. Maar voor de komende maanden zal de volatiliteit aanhouden, waardoor de economische naschokken van corona nog een tijd zullen blijven nazinderen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content