Olielek in Californië leidt tot vraag: waarom boren we nog naar olie?

De olievlek bij Californië in de Grote Oceaan, 3 oktober 2021. © Reuters

Voor de kust van Zuid-Californië ontstond deze week een groot olielek. Hoe kon dat gebeuren, en waarom gebruikt de Amerikaanse staat – voorloper op gebied van schone energie – eigenlijk nog zoveel olie?

Olie spoelde deze week aan op de stranden van Newport Beach en Huntington Beach, kuststeden in het rijke Orange County, ten zuiden van Los Angeles. Een team van 60 mensen probeert aanspoelende brokken ruwe olie op te ruimen voordat dieren getroffen worden. Ondertussen zijn de autoriteiten bezig de olievlek in de oceaan op te ruimen, een proces dat nog weken in beslag kan nemen, waarschuwt men. Begin volgende week wordt er flinke wind verwacht, die de olievlek richting de stad San Diego zou kunnen duwen. Met ruim 545.000 liter gelekte, ruwe olie gaat het om een van de grootste olierampen in de geschiedenis van Californië – maar komt de ramp niet in de buurt van het Deepwater Horizon-drama dat in 2010 in de Golf van Mexico plaatsvond. Daarbij kwam bijna 500 miljoen liter olie in zee terecht.

De gebarsten oliepijpleiding loopt van de haven van Long Beach zo’n 29 kilometer over de oceaanbodem naar een boorplatform op zee dat Elly heet. Het werd in 1980 gebouwd door Shell, samen met een aantal andere olieboorplatformen die het zuiden van de staat Californië van olie voorzien. De eigenaar van de platforms is Beta Operating Company, onderdeel van Amplify Energy.

Naar aanleiding van de olieramp rijzen twee vragen onder de Californische bevolking: hoe kon er zoveel olie lekken, en waarom boort de klimaatbewuste staat eigenlijk nog naar een fossiele brandstof?

Druk havengebied

De kustwacht in Californië voert op dit moment onderzoek uit naar het olielek. Een van de voornaamste hypotheses daarbij is dat één van de tientallen vrachtschepen die voor de havens van Long Beach of Los Angeles liggen te wachten, per ongeluk z’n anker op het verkeerde punt heeft laten vallen en daarmee de pijpleiding heeft beschadigd.

Duikers vonden namelijk dat een deel van de pijpleiding over een lengte van zo’n 32 meter verschoven zijn. Er zat ook een grote scheur van zo’n 33 centimeter over de lengte van de pijpleiding, waaruit de olie vrijelijk kon stromen voordat Amplify Energy zaterdagnacht de leiding droog legde.

De afgelopen maanden is het havengebied zelfs zo druk, dat er op zo’n beetje elk moment van de dag of nacht tientallen schepen buiten de haven op zee liggen te wachten tot ze de haven in kunnen om gelost te worden.

De haven van Los Angeles, en in mindere mate die van Long Beach, zijn druk. Het is het drukste havengebied van de VS, waar veel vrachtverkeer vanuit Azië aankomt. De afgelopen maanden is het havengebied zelfs zo druk, dat er op zowat elk moment van de dag of nacht tientallen schepen buiten de haven op zee liggen te wachten tot ze de haven in kunnen om gelost te worden. Die drukte is al maandenlang de schuldige voor toeleveringsproblemen in verschillende Amerikaanse sectoren. Maar nu is het mogelijk ook de oorzaak van de olieramp.

Duits schip

Want hoewel de havenautoriteit van LA en Long Beach strenge regels hebben over waar de vrachtschepen wel en niet voor anker mogen gaan, zou het daar nu toch fout gelopen kunnen zijn. De kustwacht ging woensdag aan boord van het Duitse schip Rotterdam Express. Dat had namelijk in de buurt van de pijpleiding voor anker gelegen terwijl het wachtte op een plekje in de haven. Donderdag werd bekend dat het schip niet verdacht wordt, omdat er gekeken wordt naar een schip dat z’n anker over de zeebodem heeft laten slepen terwijl het in vaart was. De Rotterdam Express heeft bewijs geleverd dat het stil lag en diens anker de pijpleiding dus niet geraakt kan hebben.

Mensen ruimen ruwe olie op die aanspoelt aan de Californische kust, 7 oktober 2021.
Mensen ruimen ruwe olie op die aanspoelt aan de Californische kust, 7 oktober 2021.© Reuters

De kustwacht is volgens de LA Times nog op zoek naar andere schepen die zich de afgelopen tijd rond de pijpleiding bevonden hebben, maar wordt daarin bemoeilijkt door het feit dat het nog niet precies weet wanneer de pijpleiding door een anker geraakt zou kunnen zijn. Het is mogelijk dat dat al enige tijd geleden gebeurd is, maar dat de pijpleiding pas vorige week barstte door toegenomen druk in de leiding. De volledige gang van zaken wordt nog onderzocht.

Dure olie

Inwoners van Californië, zowel aan de kust als meer landinwaarts, beginnen zich nu af te vragen waarom er nog naar olie geboord wordt in de staat. De staat heeft immers vooruitstrevende klimaatdoelstellingen: het wil in 2030 40 procent minder broeikasgassen uitstoten dan in 1990 en ligt op schema om dat doel te halen. In 2030 moet ook 60 procent van de energie uit hernieuwbronnen komen en in 2045 moet alle energie CO2-vrij zijn.

Inwoners van Californië, zowel aan de kust als meer landinwaarts, beginnen zich nu af te vragen waarom er nog naar olie geboord wordt in de staat.

Maar weinig mensen beseffen dat Californië ook nog een belangrijke olieproducerende staat in de VS is – al is het in recente jaren wel uit de top 5 van het land verdwenen. Wie door het zuiden van de staat rijdt, zal links en rechts overal kleine ja-knikkers zien staan die actief olie oppompen. En offshore zijn er nog 23 platforms die naar gas en olie boren.

Dat is grotendeels een erfenis van het verleden. Vooral de offshore platforms, goed voor zo’n 20 procent van de jaarlijkse olieproductie in de staat, staan er al decennia. Die mogen zolang blijven opereren als ze willen – doorgaans tot het economisch niet logisch meer is het te doen. Dat punt zou mogelijk eerder bereikt kunnen worden dan gedacht: uit een recente studie van onderzoekers van Stanford University is Californische olie het duurste om te produceren ter wereld. Dat is grotendeels omdat alle ‘goede olie’ decennia geleden al opgepompt is.

‘Niet in onze achtertuin’

De roep om geen nieuwe vergunningen meer te verlenen aan offshore platforms, klinkt harder nu er een olieramp van deze omvang heeft plaatsgevonden.

Onder de roependen ook gouverneur Gavin Newsom, die dinsdag tijdens een persconferentie in het zwaarste getroffen Huntington Beach z’n kans greep zich politiek te profileren op fossiele brandstoffen. ‘Die verdomde platforms en fossiele brandstoffen… Het is niet zo ingewikkeld. We moeten opgroeien en onze afhankelijkheid afschudden… Ik wil dat de mensen van de Trump-regering, en alle Republikeinen die denken dat het antwoord op ons brandstofprobleem meer offshore platformen zijn, weten: niet in onze achtertuin. Dat gaat niet gebeuren.’

Daarmee lijkt Newsom te suggereren dat hij geen nieuwe vergunningen zal verlenen aan offshore boorplatforms. Maar non-profit organisaties wijzen erop dat er onder Newsoms gouverneurschap 138 vergunningen geleend zijn voor offshore oliebronnen. De meeste om werk te verrichten aan bestaande bronnen, maar vijf voor nieuwe. Wel zijn er al decennia geen nieuwe boorplatforms bij gebouwd, maar bestaande platforms mogen dus soms nog wel nieuwe bronnen aanboren.

De non-profits wijzen er ook op dat op dit moment zo’n twee miljoen Californiërs op minder dan een kilometer van een actieve oliebron (op land of op zee) wonen. Zeven miljoen wonen binnen een straal van 1,5 kilometer. Er zijn vooralsnog geen regels over hoeveel afstand er moet zijn tussen een oliebron en de woonplaats van mensen. Het is hoog tijd dat die er komen, aldus de organisaties.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content