De PVV diende een motie van wantrouwen in tegen de Nederlandse premier Mark Rutte, die met 43 stemmen voor en 101 tegen verworpen werd. De partij van Geert Wilders neemt het de premier kwalijk dat hij de Tweede Kamer niet direct heeft geïnformeerd over de leugen van minister Halbe Zijlstra.
Zijlstra stapte dinsdag op omdat hij had gelogen over zijn aanwezigheid in het buitenhuis van Vladimir Poetin, waar de Russische president uitspraken zou hebben gedaan over een “Groot-Rusland”.
Rutte noemt twee momenten waarop hij de situatie heeft onderschat. De eerste keer was toen De Volkskrant in oktober al een keer over de kwestie schreef. De tweede keer was onlangs, toen Zijlstra de leugen aan aan hem opbiechtte. Rutte maakte toen naar eigen zeggen de inschatting dat het ‘een zonde, maar geen doodzonde” was en dat Zijlstra met een goede uitleg wel door zou kunnen. ‘Ik heb het behoorlijk fout ingeschat, de impact’, aldus Rutte.
PvdA-leider Lodewijk Asscher eiste dinsdag dat Rutte eerlijk vertelt of hij al vroeger op de hoogte was van de kwestie en of hij de zaak met anderen heeft besproken. ‘Bij mijn beste weten heb ik het gehoord in de week van 29 januari’, aldus Rutte over het moment dat hij door Zijlstra werd ingelicht. ‘Ik heb niet precies scherp met wie ik het wel of niet besproken heb. Ik durf het niet met zekerheid te zeggen.’
PVV-leider Geert Wilders noemt het ‘onaanvaardbaar’ dat Rutte de Tweede Kamer niet meteen inlichtte over het nieuws. Volgens de PVV had de premier de plicht om de Kamer te informeren. Dit gaat over de ‘kern van het functioneren’ van de Kamer, meent Wilders.
De PVV diende daarom een motie van wantrouwen in tegen de premier, die met 43 stemmen voor en 101 stemmen tegen verworpen werd. Naast de PVV stemden ook de fracties van SP, 50Plus, Partij voor de Dieren, Forum voor Democratie en Denk voor.
