Nog altijd geen ‘ernstige dialoog’ tussen strijdende partijen in Libië

Sergej Lavrov

De twee strijdende partijen in het Libische conflict, de regering in Tripoli en de regering die gesteund wordt door generaal Khalifa Haftar, zijn er ook in Berlijn niet in geslaagd een ‘ernstige dialoog’ op te starten. Dat merkt de Russische minister van Buitenlandse Zaken Sergej Lavrov op na afloop van de conferentie over Libië, zondag in Berlijn.

Lavrov maakt zondagavond gewag van een ‘kleine stap vooruit’ in vergelijking met de ontmoeting in Moskou, afgelopen maandag. Haftar was begin deze week uit Moskou vertrokken zonder het staakt-het-vuren te tekenen.

‘De conferentie is zeer nuttig geweest, maar het is duidelijk dat we er voorlopig niet in geslaagd zijn een ernstige en stabiele dialoog op te starten tussen de leider van de regering van nationale eenheid (GNA) Fayez al-Sarraj, gesteund door de VN, en de sterke man van het oosten, Khalifa Haftar’, zei Lavrov.

Net zoals in Moskou was er ook in Berlijn geen ontmoeting tussen al-Sarraj en Haftar, volgens Merkel vanwege de ‘omvang van de verschillen’ tussen de twee.

Pompeo: ‘Vooruitgang geboekt, maar er is nog veel werk’

Toch heeft de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Mike Pompeo er vertrouwen in dat er in Libië in de toekomst minder geweld zal zijn. Volgens hem is er vooruitgang geboekt in het overleg over een staakt-het-vuren, maar er is nog een lange weg te af te leggen.

Er blijven volgens Pompeo nog een aantal zaken onbeantwoord, zoals hoe de situatie effectief opgevolgd kan worden. ‘Het is een complex slagveld’, klinkt het.

Volgens de buitenlandminister heeft het overleg er in ieder geval voor gezorgd dat er minder wapens en strijdkrachten in de regio zullen zijn. Hij is ervan overtuigd dat alle deelnemers een politieke oplossing voor het conflict willen.

De wereldleiders die samenkwamen in Berlijn zijn tot een slotakkoord met 54 punten gekomen. Daarin roepen ze onder meer alle partijen in Libië op om het internationaal humanitair recht en de internationale mensenrechten te respecteren om burgers en burgerinfrastructuren zoals luchthavens te beschermen. Verder steunen de leiders ook de oprichting van een verenigde nationale dienst voor veiligheid, politie en het leger.

Partner Content