Na Qatar en Pakistan telt België meeste Arabische IS-sympathisanten op sociale media

© BELGAIMAGE
Wided Bouchrika
Wided Bouchrika Freelancejournaliste

Enkel in Qatar en Pakistan is er meer Arabische steun voor Islamitische Staat op sociale media dan in België. Dat terwijl Arabieren in het controlegebied van Islamitische Staat zelf vijandig staan tegenover de groepering.

Italiaanse academici gingen gedurende drieënhalf maanden – vanaf juli 2014 – de inhoud van meer dan twee miljoen Arabische publicaties op sociale netwerken Twitter en Facebook na. Volgens The Guardian was dat de eerste grootschalige analyse van voor- en tegenstanders van de extremistische soennitische beweging.

België 35% pro, Syrië slechts 8%

En uit dat grootschalig onderzoek blijkt uiteindelijk dat Arabische Europeanen op sociale media meer content plaatsten die sympathie voor IS uitte, dan de Arabische gebruikers te midden van het conflict dat deden.

Hoewel IS veel terrein veroverd heeft in Syrië en Irak, lijkt het in vergelijking minder harten te veroveren onder de bevolking daar. Meer dan 92 procent van de Syrische tweets, blogposts en reacties op fora waren vijandig tegenover de militanten.

Toch lijkt de geoliede propagandamachine van de terreurbeweging wel effect te hebben buiten het Syrische grondgebied. De steun voor IS – hoewel met 20 procent van de 2 miljoen geanalyseerde publicaties nog steeds in de minderheid op het wereldwijde web – neemt er volgens de Britse krant aanzienlijk toe: in Qatar was 47 procent van de bestudeerde tweets positief jegens IS, in Pakistan was dat 35 procent en België staat als westers land zelfs op een derde plaats met 31 procent online-sympathisanten. Ook het Verenigd Koninkrijk (24 procent), Frankrijk en de Verenigde Staten (beiden rond de 21 procent) vervoegen het westerse lijstje.

Syriëstrijder
Syriëstrijder© Reuters

Meer lokaal lijken minder Arabieren het voor de islamistische militanten te hebben. In Jordanië ligt het cijfer positieve tweets net onder de 20 procent, in Saoedi-Arabië ook (19,7) en hetzelfde geldt voor Irak (19,8).

‘Het onderzoek bewijst dat wie IS van dichtbij kent en ervaart, geneigd is vijandig tegenover de beweging te staan’, zegt Luigi Curini in The Guardian. De dokter is lid van Voices from the Blogs, een bedrijf van academici van de Universiteit van Milaan dat gespecialiseerd is in grootschalige analyses van online-opinies.

‘Religie als dekmantel’

De studie ging dieper in op de inhoud van de publicaties. Het team van politieke wetenschappers, vertalers en statistici legde zo ook een vraagstelling bij de gebruikers bloot over de religieuze legitimiteit van de Islamitische Staat.

In het grote aandeel negatieve IS-publicaties, uitte een op de drie (32,8 procent) kritiek op het misbruik van de islam door de terreurbeweging. Volgens die gebruikers haalt IS religie aan als dekmantel voor eigen doeleinden zoals het vergaren van macht.

Bijna een derde (29 procent) van de anti-IS-commentaren waren dan weer gericht tegen de gewelddadige methodes die door de groep gehanteerd worden. Een andere 17 procent vreesde de vijandigheid van IS tegenover politieke en religieuze vrijheid.

En dat is volgens Curini in The Guardian goed nieuws. ‘Het feit dat IS massaal onder vuur ligt omdat het beweert islamitisch te zijn, geeft aan hoe zwak hun theologisch standpunt lijkt voor moslims in de online-wereld. Ik zou me pas zorgen maken als ze enkel het terroristische en gewelddadige aspect aankaarten en het religieuze links laten liggen.’

Aan de andere kant loofde de kleine groep IS-aanhangers de beweging voor het verdedigen en verenigen van de globale geloofsgemeenschap en het verspreiden van hun religie. Slechts 8,3 procent van de pro-IS-commentaren steunde de vijandigheid van de groep jegens het Westen.

‘Geweld leidt tot vijandigheid’

Uit de studie bleek nog dat geweld mensen mobiliseert tegen de daders. Zo volgden op de onthoofding van de Britse hulpverlener David Haines op 13 september volgens de Britse krant enorm veel anti-IS-reacties. De start van de bombardementen door de internationale coalitie van de VS op IS-stellingen in Syrië op 23 september werd dan weer gevolgd door een lading reacties die zich achter de terreurbeweging schaarden.

David Haines
David Haines© /

Toch mag volgens Curini uit de schijnbare wijziging in opinies niet noodzakelijk worden afgeleid dat mensen van gedacht veranderen. Het toont veeleer een mobilisatie van bevestigde aanhangers of tegenstanders aan na belangrijke gebeurtenissen. ‘De berichtgeving erover neemt toe, dus mensen gaan online en plaatsen meer reacties’, verklaart hij in The Guardian.

Van 1 juli tot 22 oktober ging het onderzoek sentimentswijzigingen na over de meest dramatische gebeurtenissen in het Syrische conflict het afgelopen jaar. Voorbeelden waren de aanval van IS tegen de jezidische minderheid en de veroveringen in het westen van Irak, de publicatie van onthoofdingsvideo’s, bombardementen op IS-stellingen door de VS en Arabische bondgenoten en de bezetting van de Koerdische stad Kobane.

‘Geen homogeen pro- of anti-IS-gevoel’

Aan de hand van zoektermen als Syrië, kalifaat en de naam van IS-leider Abu Bakr al-Baghdadi verzamelde het Italiaanse team in totaal 2.195.000 publieke Arabische posts op sociale media. Daarvan werd 93 procent op Twitter geplaatst, de overige 7 procent was verspreid op Facebook, fora en blogs. Publicaties die geen duidelijke opinie weergaven, werden genegeerd.

Het team verzamelde en analyseerde ook meer dan 90.000 Arabische nieuwsberichten om die vervolgens te vergelijken met de commentaren op sociale media. De onderzoekers kwamen tot de conclusie dat nieuwsberichten in negen op de tien gevallen vijandig waren tegenover Islamitische Staat. Bovendien was er geen statistisch verband tussen beide, wat suggereerde dat officiële en vaak door de staat gecontroleerde media de opinies op het internet niet in de hand hebben. Curini besluit daaruit dat ‘door sociale media te analyseren, duidelijk wordt dat er geen homogeen pro- of anti-IS-gevoel is.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content