Na corona: hoe voetbalbanken Europese topclubs in de tang houden

Antoine Griezmann De 120 miljoen euro voor zijn transfer naar Barcelona kwam van 23 Capital. Ook de grootste clubs hebben amper reserves. © GETTY IMAGES

Europese topclubs als FC Barcelona en Schalke 04 hebben voor honderden miljoenen euro’s aan kortetermijnleningen lopen bij de Britse minibank 23 Capital. Door de coronacrisis kunnen ze dat geld onmogelijk terugbetalen. Dreigt het faillissement?

In amper een paar uur schijnt het te zijn beklonken. Begin juli 2019 gaven de advocaten van FC Barcelona groen licht: ze waren er vrij zeker van dat hun club niet de maximale uitkoopclausule hoefde te betalen aan Atlético Madrid. Voor 120 miljoen euro konden ze de Franse international Antoine Griezmann transfereren – men vond dat goedkoop. Maar zo veel cash had Barcelona niet. Bij de Spaanse banken kon de club niet aankloppen. Ze had nog voor 550 miljoen euro aan leningen uitstaan en sinds de financiële crisis zijn banken voorzichtig met moeilijke betalers, zoals voetbalclubs. Maar er was tijdsdruk: Barça zou op een lucratieve tournee door Japan en de Verenigde Staten vertrekken. Toch niet zonder de nieuwe topaankoop?

Een telefoontje naar Londen bracht redding. 23 Capital, een kleine zakenbank gevestigd in het Londense West End, regelde diezelfde dag nog een overbruggingskrediet ter waarde van Griezmanns transferbedrag. ‘We staan er niet om te springen om deals op het nippertje te fixen, zeker niet als het om zulke bedragen gaat. Maar onze band met lenende clubs is intens en we vertrouwen hun kredietwaardigheid’, vertelde Jason Traub in een uitzonderlijk interview aan de BBC, vlak voor de coronacrisis uitbrak. Samen met de Australische zakenbankier Stephen Duval leidt Traub het belangrijkste voetbalbedrijf waar u nooit van hebt gehoord.

De verkopende club wil graag meteen geld zien, zodat ze een andere speler kan kopen. De kopende club wil de betaling juist spreiden. Wij overbruggen het verschil.

Je zou 23 Capital kunnen omschrijven als een durfkapitalist of zakenbank, maar eigenlijk is het de Leemans Kredieten – ‘Lenen bij mevrouw Leemans is lenen bij een vriendin’ – van het topvoetbal. De Britse minibank bestaat sinds 2014. Sindsdien keerde ze voor 3,1 miljard euro aan leningen uit, schrijft ze op haar website, en deals ter waarde van 4,3 miljard zitten nog in de pijplijn. Ze telt zestig werknemers en heeft een actieve kredietlijn van 2,75 miljard euro, direct beschikbaar wanneer de omstandigheden daarom vragen.

Goochelen met leningen

Voetbalfans zal het misschien verrassen dat een multinational als FC Barcelona snelkrediet nodig heeft. De club rapporteert een jaarlijkse omzet van bijna 1 miljard euro en spelerstransfers zijn geen onverwachte kosten. Voor de overgang van Antoine Griezmann was bovendien minstens een half jaar onderhandeld. ‘De verkopende club wil graag meteen geld zien, zodat ze een andere speler kan kopen. De kopende club wil de betaling juist spreiden. Wij overbruggen het verschil’, verklaarde Jason Traub van 23 Capital. ‘Gewone banken zijn ook niet zo beslagen in het inschatten van immateriële activa, zoals de waarde van topvoetballers.’

Maar dat is niet het hele verhaal. Voetbalclubs, ook de grootste, hebben amper reserves. Ze leven van recette tot recette, van transferperiode naar transferperiode. Sinds een jaar of vijf zijn kortetermijngeldverstrekkers zoals 23 Capital in dat gat gesprongen. Zij pompen geld in de markt en maken miljoenentransfers eenvoudiger. Misschien wel té eenvoudig.

Het voetbal is verslaafd geraakt aan kortetermijnleningen, het meest nog aan de top. Door een datalek kon Der Spiegel de financiële wandel van Atlético Madrid voor het seizoen 2016-2017 nagaan. In dat ene seizoen sloot de club vijf kortlopende leningen af. Het ging om bedragen tussen 12,5 en 100 miljoen euro. De leningen dienden niet alleen om transfers te betalen, maar ook voor de dagelijkse werking. Toen al vroeg Der Spiegel of de boekhouding van Atlético wel realistisch was, en of dat goochelen met leningen wel gedekt werd door reële inkomsten.

23 Capital en concurrenten als Vibrac (gevestigd op de Britse Maagdeneilanden) of Macquarie Group Limited (Australië) vangen voor hun leningen een rente van 6 tot 9 procent. Het systeem vertrekt van de veronderstelling dat de inkomsten altijd maar groeien: dat transferbedragen blijven klimmen, dat sponsorcontracten ongebreideld in waarde toenemen en televisierechten oneindig duurder worden. Maar door de coronacrisis zijn er geen wedstrijden, is er geen ticketverkoop, en raken sponsors zelf in moeilijkheden. Als er een transferperiode komt, zullen de prijzen fors zakken. De enige resterende zekerheid: al die kortlopende leningen moeten worden afbetaald.

Gewone banken zijn ook niet zo beslagen in het inschatten van immateriële activa, zoals de waarde van topvoetballers.

Soms wordt de lening gedekt door televisierechten. Soms betalen clubs met toekomstige transfersommen – over de legaliteit daarvan bestaat al discussie: het zou de zakenbank via een omweg ‘eigenaar’ maken van de speler, terwijl third-party ownership verboden is. Door de huidige crisis zijn beide geldbronnen onzeker, en het risico ligt bij de voetbalclubs. ‘Ik ken clubs die hun vaste inkomsten van de komende tien jaar al hebben verpand’, vertelt een Duitse voetbalbons paniekerig in Der Spiegel. ‘Als het seizoen niet snel wordt hervat, vrees ik dat vijf, zes Duitse clubs over de kop gaan.’

Onder andere Schalke 04, Fortuna Düsseldorf en Hertha BSC horen bij de risicogevallen. Als dat het scenario is voor de Bundesliga, financieel de stabielste van de grote competities, wordt het in Spanje, Italië of Engeland nog veel nijpender.

Bloedzuigende kangoeroe

Waar haalt 23 Capital zijn geld vandaan? Het startkapitaal kwam van de Hongaarse miljardair George Soros, maar hij is niet meer rechtstreeks betrokken, benadrukt de voetbalbank. Ze hanteert een systeem dat herinnert aan de rommelkredieten die in 2008 tot de financiële crisis leidden: ze herverpakt de voetballeningen tot obligaties, die ze aanbiedt op de beurs van de Kaaimaneilanden. Amerikaanse institutionele beleggers zijn de voornaamste kopers. Wie een obligatie koopt, weet niet om welke club het gaat; alle leningen zitten in één pakket. De rente van de laatste uitgifte bedroeg 3,7 procent. Dat is ongeveer de helft van de rente die voetbalclubs betalen op hun kortetermijnleningen.

Bloomberg heeft de analist van het ratingbureau geïnterviewd die het risico van deze obligaties inschat. Cecil Smart gaf toe weinig van de voetbalwereld te kennen, maar dat hield hem niet tegen een A-rating te geven: ’90 procent van die leningen is verzekerd tegen wanbetaling.’ Benieuwd hoe Smart daar vandaag naar kijkt.

Misschien maakt het ratingbureau zich niet eens zo veel zorgen. Dat voetbalbanken efficiënt zijn in het terugvorderen van hun geld, weet de Nederlandse gemeente Enschede. In 2016 kreeg de lokale voetbaltrots FC Twente financiële problemen. De eerste schuldeiser was 23 Capital. Er stond nog een lening van 8 miljoen euro open. Doordat de betalingsdeadline werd gemist, trad een strafclausule in werking: Twente moest 100.000 euro per maand ophoesten, boven op de aflossing zelf. 23 Capital dreigde de Koninklijke Nederlandse Voetbalbond en de stichting achter de Eredivisie aansprakelijk te stellen voor geleden schade, waardoor Twente zijn proflicentie bijna verloor. Met tegenzin maakte het gemeentebestuur noodkredieten vrij. Andere schuldeisers visten achter het net, 23 Capital verdíénde zelfs aan de martelgang van FC Twente.

Als het seizoen niet snel wordt hervat, vrees ik dat vijf, zes Duitse clubs over de kop gaan.

In de Premier League is veel te doen rond Macquarie Group Limited. De concurrent van 23 Capital verdient goed aan de Engelse degradatiestrijd. Macquarie verstrekt gul leningen aan kleinere Engelse clubs die met supertransfers in de Premier League hopen te blijven. Dat veroorzaakt een opbod. Uiteindelijk zullen er toch clubs degraderen, en vaak beginnen dan de problemen. Macquarie vordert de leningen genadeloos terug. Clubeigenaars zien het niet meer zitten, verkopen hun team, waarna de nieuwe eigenaar op zijn beurt met Macquarie in zee gaat. Er waren seizoenen dat zowat alle degradanten plus de teams die zich nipt hadden gered een lening aanvroegen bij de Australiërs. Macquarie is tegelijk een incassobureau: het koopt onbetaalde schuld op, vooral nog niet betaalde transferbedragen, en gaat dan verbeten achter het geld aan. De bijnaam van de Australische voetbalbank zegt veel: The Vampire Kangaroo.

Zulke praktijken leiden nu tot klamme handen in de bestuurskamers. Nooit ging er zo veel geld om in het topvoetbal, maar hoeveel van die hausse is opgepompt door schuld? De clubs bidden dat de bal zo snel mogelijk weer zal rollen, opdat de put niet dieper wordt. Maar wat als de zenders tv-geld terugeisen van matchen die nooit werden gespeeld? Wat als niemand deze zomer hoge transfersommen kan betalen, bedragen die al verrekend zijn in de boekhouding? De schuldeisers zijn bikkelhard.

De hamvraag is: denken bedrijven als 23 Capital meer geld te verdienen aan het faillissement van clubs en te profiteren van de reddingsprogramma’s die overheden zullen uitwerken? Of wordt de oplossing… nieuwe leningen, voor hogere bedragen en tegen hogere rentes, verstrekt door diezelfde voetbalbanken?

En in België?

23 Capital is actief in de Engelse, Duitse, Spaanse, Italiaanse, Franse, Portugese en Nederlandse competitie. In België voor zover bekend niet. 23 Capital werkt alleen met clubs die leningen afsluiten van minimaal 20 miljoen pond (21,7 miljoen euro). Voor Belgische clubs is dat een groot bedrag. Zij regelen hun kredieten doorgaans via de grootbanken, die door sponsordeals stevig verankerd zijn in het Belgisch voetbal. De licentiecommissie, het orgaan binnen de voetbalbond dat controleert of clubs solvabel zijn, ziet scherp toe op kortetermijnleningen, ook al zijn die vaak een moeilijk te ontwarren kluwen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content