Malinees gerecht opent onderzoek naar bloedbad in Moura

Malinese soldaten. Het Afrikaanse land kreunt al langer onder jihadistische aanvallen

Het Malinese gerecht heeft woensdagavond aangekondigd dat het een onderzoek opstart naar een bloedbad in de centraal gelegen stad Moura. Eind maart vond daar, volgens getuigen, een massale executie plaats van burgers door Malinese soldaten en buitenlandse, waarschijnlijk Russische, huurlingen. Mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW), dat met verschillende getuigen sprak, schat het aantal geëxecuteerden op 300.

Het gerecht opent nu een onderzoek ‘op vraag van de minister van Defensie’, aldus een persbericht van de procureur bij de militaire rechtbank in Mopti, een grote stad nabij Moura. Bedoeling is zo ‘de aantijgingen op te helderen’. De procureur begeeft zich ‘heel binnenkort’ ook naar Moura, samen met speurders en een wetsdokter. Bij de militaire junta die het West-Afrikaanse land leidt, werd al herhaaldelijk aangedrongen op een onafhankelijk onderzoek naar de feiten, in een regio die een van de belangrijkste geweldhaarden is in de Sahel. Volgens HRW en journalisten vonden de feiten plaats tussen 27 en 31 maart.

De versie van de feiten die de autoriteiten in Bamako geven, staat diametraal tegenover die van pers en ngo’s. Volgens het leger werden 203 ’terroristen’ omgebracht tijdens een grote operatie, maar de getuigen maken melding van een massaal aantal standrechtelijke executies van burgers, verkrachtingen en plunderingen door Malinese soldaten en de naar alle waarschijnlijkheid Russische strijders. HRW maakt gewag van de allerergste gruweldaad in het nu al tien jaar durende gewapende conflict in het land. Mensen uit de streek met wie HRW kon spreken, melden sinds januari de aanwezigheid van blanke, Fransonkundige gewapende mannen die deelnemen aan militaire operaties in en rond centraalgelegen steden zoals Sofara, Mopti en Diabaly. Ze menen dat het om Russen gaat.

Partner Content