‘Libië kreunt onder een zware economische crisis en heeft amper de middelen om de IS te bestrijden’

Het enige goede nieuws uit Libië: 'Er zijn weer gesprekken over de regering van nationale eenheid.' © BelgaImage
Joanie De Rijke
Joanie De Rijke Medewerkster Knack

Veel IS-strijders verschuilen er zich niet meer in de Libische woestijn. ‘Maar ze blijven een gevaar, ook voor Europa.’

Nadat de kuststad Sirte begin dit jaar werd heroverd op de IS, leek dat de doodsteek voor de Libische tak van de terreurbeweging. Maar een handvol strijders trok zich terug in het dorre woestijngebied bezuiden de stad, en blijkt daar nog altijd te zitten. Ook in de afgelegen streek ten zuidwesten van Tripoli hebben IS-strijders zich verscholen. Salman Abedi, de dader van de aanslag in Manchester op 22 mei, zou onlangs nog in Libië geweest zijn. Op 24 mei werden zijn vader en broer Hashem in Tripoli gearresteerd. Hashem zou naar verluidt een IS-lid zijn, met plannen om in de hoofdstad een aanslag te plegen. Gevreesd wordt dat Libië, dat sinds de val van kolonel Khaddafi in 2011 onder een burgeroorlog kreunt, weleens de nieuwe uitvalsbasis van de IS zou kunnen worden.

Er wordt haast geen aandacht geschonken aan beveiliging, aan het buitensporige wapenbezit van de duizenden milities, aan re-integratie van geradicaliseerde jongeren

‘Sinds de bevrijding van Sirte is de IS in Libië gedecimeerd’, zegt Mohamed Eljarh, analist van denktank Atlantic Council. ‘Van de duizenden strijders zouden er nog zo’n vijfhonderd over zijn. Die zouden samenwerken met aan Al-Qaeda gelinkte groeperingen, klinkt het. Ik denk niet dat het zo’n vaart zal lopen: de rivaliteit tussen al die groepen is groot. Behalve de IS zijn in Libië heel wat andere jihadistenbewegingen actief, ook al heeft Ansar al-Sharia – gelinkt aan Al-Qaeda – juist zijn ontbinding bekendgemaakt. In totaal zijn ze zeker drieduizend man sterk. Die staan niet allemaal klaar om in actie te schieten, maar ze vormen wel degelijk een bedreiging, de IS voorop: ze zouden niet alleen in Libië en buurlanden aanslagen kunnen plegen, maar ook in Europa.’

Eljarh: ‘Feit is dat er weinig zal veranderen zolang de chaos in Libië aanhoudt. Talloze spelers dingen naar de macht, maar niemand is sterk genoeg om die macht volledig te grijpen. Daardoor houden ze elkaar in stand.’

Volgens Sami Zaptia van de Engelstalige krant Libya Herald overleeft de IS in Libië momenteel door pure bluf: ‘Propaganda is altijd hun sterkste wapen geweest. Ze houden zich schuil op diverse plaatsen in de woestijn en roepen dat ze met honderden zijn, terwijl het vaak om hooguit vijftig man gaat. Af en toe voeren ze hit-and-runoperaties uit om te laten zien dat ze nog bestaan. Zolang ze in de woestijn verblijven, zijn ze redelijk geïsoleerd. Maar als we ze hun gang laten gaan, bestaat de kans dat ze opnieuw groeien en toeslaan. We moeten alert blijven, hen constant in de gaten houden, hen tegenhouden, opjagen en hun toevoerroutes afsluiten.’

‘Het probleem is’, besluit Zaptia, ‘dat Libië daarvoor amper de middelen heeft. Het land kreunt onder een zware economische crisis, het grootste deel van het budget gaat op aan de uitbetaling van achterstallige lonen, de inflatie is hoog. Er wordt haast geen aandacht geschonken aan beveiliging, aan het buitensporige wapenbezit van de duizenden milities, aan re-integratie van geradicaliseerde jongeren. Het enige goede nieuws is dat er weer gesprekken zijn over de regering van nationale eenheid, onder bemiddeling van de Verenigde Naties. We houden dus hoop.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content