Bert Bultinck

‘Hebben de Democraten opnieuw de verkeerde kandidaat gekozen?’

Bert Bultinck Hoofdredacteur van Knack

‘De nationale peilingen gaven Biden tot op het laatste moment een flinke voorsprong, maar iedereen kon ondertussen weten dat die algemene enquêtes niet zoveel te betekenen hebben’, schrijft Knack-hoofdredacteur Bert Bultinck. ‘Het duel wordt tijdens de Amerikaanse presidentsverkiezingen uitgevochten staat per staat.’

Het werd heel spannend dinsdagnacht in de Verenigde Staten, en dat is zonder meer tragisch. Elke Belg die woensdagochtend vroeg was opgestaan in de hoop een nieuwe Amerikaanse president te mogen begroeten, was eraan voor de moeite. De strijd tussen Republikein Donald Trump en Democraat Joe Biden bleef op de verkiezingsdag zelf onbeslist. Wie een makkelijke overwinning voor Biden had verwacht — bijvoorbeeld omdat hij de belangrijke staat Florida zou terugwinnen — was niet veel minder naïef dan zij die in 2016 tot diep in de nacht bleven denken dat Hillary Clinton het zou halen.

Donald Trump, een voltijds liegende en moreel corrupte president, maakte de afgelopen maanden een onoverzienbare knoeiboel van de coronacrisis, maar ook dat kon de Democraten niet aan een vroege, duidelijke overwinning helpen. Het blijft voorlopig kijken en omzien voor beide partijen, en het heeft er alle schijn van dat de strijd ook de komende dagen nog zeer nerveus zal blijven. De Republikeinen hebben geen slechte kaarten in handen, maar ook de Democraten kunnen nog winnen — al zal het in elk geval géén aardverschuiving worden. In essentie zijn deze verkiezingen in verrassend grote mate een herhaling van de verkiezingen in 2016 — heel weinig staten wisselden van kant –, met het cruciale verschil dat de winnaar toen ’s nachts wél al bekend was.

Hebben de Democraten opnieuw de verkeerde kandidaat gekozen?

Dat de Democraten tegen zo’n president, met zo’n parcours, het ook dit keer zo moeilijk zouden hebben, moet hen tot gewetensonderzoek nopen. Hebben ze opnieuw de verkeerde kandidaat gekozen? Was het kleurloze centrisme van Biden te zwak om onbesliste kiezers binnen te halen? De massale opkomst in de stemlokalen doet vermoeden van niet. Of waren Biden-stemmers voornamelijk anti-Trump-stemmers? De hoop van de Democraten, die luimig de dag van de verkiezingen ingingen, bleek vooral geïnspireerd door de ‘confirmation bias’ — het fenomeen dat mensen vooral de feiten onder ogen zien die in hun kraam passen, en de rest negeren. James Carville, een bekende en invloedrijke strateeg van de Democraten, had vooraf voorspeld dat zijn partij ’s avonds al zou kunnen feestvieren: ‘Dit wordt geen nek-aan-nekrace.’ Het was een pijnlijke vergissing. Zeker ook bij een aantal Europese medestanders bleek de wens de vader van de gedachte.

De nationale peilingen gaven Biden tot op het laatste moment een flinke voorsprong, maar iedereen kon ondertussen weten dat die algemene enquêtes niet zoveel te betekenen hebben: het duel wordt tijdens de Amerikaanse presidentsverkiezingen uitgevochten staat per staat. En net als in 2016 spelen de staten van de ‘blue wall’ – blauw omdat die staten traditioneel naar Democraten gingen – een cruciale rol. De uitslagen in Michigan, en vooral de twintig kiesmannen van Pennsylvania, zouden de komende dagen een cruciale rol kunnen spelen, net als de rechtszaken die op vele plekken aangespannen zullen worden.

De les van deze verkiezingen is duidelijk: ongeveer de helft van de Amerikanen vindt brutale leugens helemaal niet erg.

Tijdens de verkiezingsnacht claimde Trump de overwinning. ‘Wat mij betreft hebben we al gewonnen’, zei hij, en die ‘wat mij betreft’ was de grootste blijk van terughoudendheid die hij kon opbrengen. Nog erger was dat hij ook aankondigde dat hij het Supreme Court, het Amerikaanse Hooggerechtshof, zou vragen om het tellen te stoppen. Op verkiezingsnacht benadrukte hij nog maar eens dat de verkiezingen vervalst zijn. Dat was, zoals zoveel van wat deze president de afgelopen jaren zei, een brutale leugen. Maar de les van deze verkiezingen, net als van de afgelopen vier jaar, is duidelijk: ongeveer de helft van de Amerikanen vindt brutale leugens helemaal niet erg. De verontwaardiging daarover is terecht, maar ook tevergeefs. Met verontwaardiging zal de strijd tegen Trump, en tegen kopieën van Trump elders in de wereld, niet gewonnen worden.

In 1960, in de zeer spannende race van Richard Nixon tegen John F. Kennedy, duurde het lang voordat Nixon zijn nederlaag toegaf. In de populaire verbeelding leeft het idee dat Nixon dat deed om de stabiliteit van het land te garanderen. De facto voerden de Republikeinen een verbeten juridische strijd tegen de overwinning in maar liefst elf staten. Nixon was klaar om de overwinning alsnog te claimen als die rechtszaken het tij nog hadden kunnen keren. Maar één ding deed hij niet: de instellingen van de Verenigde Staten van Amerika publiekelijk onder de bus gooien. Dat deed Trump dit keer wél, en al weken vooraf. De komende dagen zal blijken wie president wordt. Maar de aanslag van Trump op de ruggengraat van Amerika zal in elk scenario blijven nazinderen.

Partner Content