Europese stem voor N-VA is kat in de zak kopen

Wil je als burger een vinger in de Europese pap hebben, dan gebeurt dat via het Europees parlement. Daar kunnen de grote politieke fracties wegen op het beleid. Daarom viel het ook op dat één partij niet wil vertellen tot welke fractie ze wil behoren. Dat wijst volgens Europees parlementslid Kathleen van Brempt op een gebrek aan politieke visie op Europa. “Kiezers mogen wel stemmen voor N-VA, maar ze mogen niet weten wat er met hun stem zal gebeuren. Misschien mogen ze niet weten dat hun stem in Europa nauwelijks zal wegen?”

Wie het Europadebat volgde in de Zevende dag, kon concluderen dat zowat alle partijen een ‘ander Europa’ willen. Soms is dat véél minder Europa, soms is dat véél meer Europa, soms is dat een heel ander soort Europa. De manier waarop Europa vorm krijgt, wordt voor een belangrijk deel bepaald door het Europees parlement. Wie stemt voor dat parlement schudt mee de kaarten: Welke politieke fractie zal het zwaarst wegen in die grote assemblée? Vandaag zijn dat de christendemocraten, maar dat zou tijdens de volgende legislatuur wel eens anders kunnen zijn. In de Europese peilingen liggen christendemocraten en sociaaldemocraten nu nek aan nek. Een verschuiving van de zwaartepunten betekent ook een verschuiving in het Europese beleid. Dat hebben we, na vijf jaar strak bezuinigingsbeleid, dringend nodig.

Uiteraard wil ik graag dat meer mensen in de Unie een progressieve stem zullen uitbrengen, zodat we Europa de broodnodige sociale en ecologische bijsturing kunnen geven. Maar dat is niet eens het punt dat ik hier wil maken. Wel het volgende: welke stem je ook uitbrengt, ze zal enkel gewicht hebben in een sterke fractie, waar gelijkgezinden uit de hele Unie er ongeveer dezelfde politieke visie op nahouden.

Daarom verbaasde het dat tijdens het Europadebat de nieuwe lijsttrekker van N-VA weigerde te vertellen bij welke fractie de N-VA in het Europees parlement zal aansluiten. Andermaal blijft de N-VA vaag, net zoals het dat is over het einddoel: de onafhankelijkheid van Vlaanderen. Wie stemt voor de Vlaams-nationalisten in het Europees parlement doet dat uiteraard niet om Vlaanderen onafhankelijk te maken – dat is geen Europese bevoegdheid – maar om zijn of haar stem in Europa te doen gelden. Maar wie steun je dan op Europees niveau? Bij de N-VA zal je het niet te weten komen.

Europese stem voor N-VA is kat in de zak kopen

Kathleen Van Brempt

Vandaag behoort de N-VA tot de Europese regionalisten van de EVA, die op hun beurt een pact sloten met de Europese groene fractie. De ene verkozene van de N-VA zit dus al jaren broederlijk naast de Vlaamse groenen. Nu ja, broederlijk? Dat de N-VA, die de afgelopen jaren op sociaal-economisch vlak een steeds scherper neoliberaal discours voerde, in dat huwelijk ongelukkig rondloopt, is geen geheim. Dat gevoel is overigens geheel wederzijds. Ook de ecologisten vinden het niet zo’n geslaagd huwelijk meer en de echtscheidingspapieren zijn reeds aangevraagd.

De kans is dus reëel dat N-VA na de Europese verkiezingen voor een andere fractie moet kiezen. Het zou dan ook getuigen van politieke moed om dat op voorhand te verduidelijken, want de visie van de groene fractie op de toekomst van Europa is uiteraard helemaal anders dan die van bijvoorbeeld de rechtse Eurosceptische fractie ‘Europa voor vrijheid en democratie’ (EFD) met Nigel Farage aan het hoofd en met Frank Vanhecke als lid. De ene streeft naar een progressief en duurzaam Europa, de andere wil de Europese klok terugdraaien en terugkeren naar een los, economisch samenwerkingsverband van natiestaten.

Het is dus niet onbelangrijk te weten wat precies het Europese politieke project is van de fracties waarin de verschillende nationale partijen na de verkiezingen zullen terecht komen. Als een partij dat weigert te vertellen, biedt ze kiezers eigenlijk aan een kat in een zak te kopen.

Maar dat is niet de enige reden waarom het belangrijk is te weten in welke fractie de partij waarop je stemt, zal zetelen. Eén en ander heeft ook met het democratisch gehalte van Europa te maken. Dat het Europese beleid te ver staat van de gemiddelde Europese burger vinden zowat alle Europese politici. Ook de N-VA is van mening dat de EU een gebrek heeft aan ‘democratische legitimiteit’.

Daarom werd door de fracties in het Europees parlement afgesproken om ten minste de ‘grote baas’ van de EU, de voorzitter van de Europese Commissie, zo goed als ‘verkiesbaar’ te stellen. De grootste politieke fractie, die in het parlement ook op de meeste steun kan rekenen, zal daarom de nieuwe voorzitter van de Commissie naar voor mogen schuiven. Daarover is al heel wat geschreven in de pers, niet in het minst omdat de Europese liberalen de Vlaming Guy Verhofstadt hebben aangeduid als hun ‘spitskandidaat’. De sociaaldemocraten waren de eerste fractie die een spitskandidaat naar voor schoven, de Duitse Martin Schulz, de huidige voorzitter van het parlement. Ook van de groenen weten we inmiddels dat José Bové en Ska Keller de trekkers zijn.

Maar wie krijgt de steunt van de N-VA? Niemand uiteraard, want de kandidaat-voorzitters van de Europese Commissie worden door een fractie naar voor geschoven en de N-VA weigert te zeggen in welke fractie ze zullen zetelen. Een beetje meer democratie aan de top van de EU? Vergeet het. Als er dan al stappen ondernomen worden om de democratische legitimiteit van de EU-instellingen te verbeteren, zegt de N-VA: ‘Non’. Je mag als Vlaamse kiezer niet weten of je een groene, dan wel een neo-conservatieve en Eurosceptische spitskandidaat steunt. N-VA klaagt dan wel over een gebrek aan democratische legitimiteit, maar wil vooral geen stappen zetten om oplossingen te zoeken. Qua democratisch deficit kan dat tellen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content