‘Er is weer een leerling flauwgevallen van de honger, schat’: Griekenland als derdewereldland

© Reuters

Een fragment uit ‘Groeten uit Griekenland’, het nieuwe boek van VRT-correspondent ter plaatse Bruno Tersago. ‘450 euro: geef daar maar eens zeven mensen van te eten’.

Groeten uit Griekenland
Groeten uit Griekenland© /
Bruno Tersago woont en werkt al 15 jaar in Griekenland, voornamelijk als correspondent voor de VRT en de Nederlandse radio. Zijn boek ‘Groeten uit Griekenland’ is geen analyse van de economische crisis, maar schetst de impact ervan op de gewone Griek. Lees hieronder een fragment.

Groeten uit Griekenland

Bruno Tersago

Uitgeverij EPO

ISBN 9789491297625

240p. – 20 euro

Met de steun van het Fonds Pascal Decroos voor Bijzondere Journalistiek

Ceci n’est pas un derdewereldland

Wijlen Herman De Coninck dichtte al dat in de herfst alle dingen stil zijn, zoals oude mensen die elkaar reeds lang beminnen. Maar in Griekenland is de herfst vooral het seizoen waarin ouden van dagen in de straten rondscharrelen. Want in de herfst verliezen de bomen niet alleen hun bladeren maar ook hun vruchten. En soms komen die van pas.

Vraag maar aan Dimitris, een kleine, gedrongen man van vooraan de zestig. Hij is gepensioneerd maar door de voortdurende bezuinigingen moet hij het rooien met een pensioentje van 450 euro. Zijn vrouw en zijn ongetrouwde dochter hebben geen inkomen meer. Ze zijn werkloos, en werkloosheidsuitkeringen zijn in Griekenland beperkt in de tijd: na twaalf maanden zakken ze van 360 euro naar niks. Alsof dat nog niet erg genoeg is, kun je na twee jaar ook fluiten naar je ziekteverzekering. Steevast heeft Dimitris zijn pet diep over zijn ogen getrokken, zo diep dat je ternauwernood zijn gezicht ziet. Dat is ook de bedoeling, want Dimitris is beschaamd, en met wie hij ook spreekt, hij kijkt altijd naar zijn schoenen.

Olijven
Olijven© istockphoto.com

Dimitris heeft een aparte bijverdienste. Met zijn aftandse Fiat Panda schuimt hij de straten van Athene af op zoek naar olijfbomen die de boorden van de straten van de Griekse hoofdstad sieren. In zijn kleine geblutste koffer: plastic zakken, netten en een bezem. Zo rond oktober, wanneer de olijven zo langzamerhand rijp zijn, spreidt hij de netten uit onder de olijfbomen en klopt hij met zijn bezem de rijpe olijven uit de bomen. Die raapt hij dan samen en laadt ze in zijn auto.

Het is aandoenlijk om Dimitris vervolgens op zijn knieen in de goot te zien zitten, terwijl hij de laatste olijven bij elkaar schraapt en in plastic zakken stopt. Hij brengt ze naar een pers in Megara, op ongeveer vijftig kilometer van de hoofdstad. De olie die hij zo verkrijgt, probeert hij te verkopen, wat hem een paar tientallen euro’s oplevert. Dat gebeurt uiteraard ‘zwart’, want anders zou hij zich blauw betalen aan allerlei taksen en vergunningen.

Het is al het vierde jaar dat Dimitris op deze manier olijven verzamelt in de straten van Athene. Maar de crisis brengt zijn bijverdienste in gevaar. De prijs van de benzine is gestegen van iets minder dan 1 euro in 2008 naar 1,50 euro in april 2015, met een piek van 1,70 euro in 2012.

Elke euro telt voor Dimitris, en hij overweegt om zijn auto aan de kant te schuiven: hij verdient nauwelijks nog wat aan de olijfolie. Bovendien zijn er kapers op de kust. Sinds 2011 ziet Dimitris Albanezen hetzelfde doen. Velen beginnen zelfs al olijven uit de bomen te kloppen in september, wanneer ze eigenlijk nog niet rijp zijn. Na hun doortocht blijft er voor Dimitris niet veel meer over.

Maar de wereld is aan de creatievelingen. Hij vertelt me dat hij al een nieuwe broodwinning op het oog heeft. Bij vrijwel alle Griekse zondagskranten zitten gratis cd’s en dvd’s. Tien jaar geleden konden ze daar nieuwe lezers mee lokken, maar vandaag spreken de blinkende schijfjes het publiek niet meer aan: ze belanden meestal in de vuilnisbak. Dimitris wil ze nu beginnen verzamelen om ze te laten recycleren.

'Er is weer een leerling flauwgevallen van de honger, schat': Griekenland als derdewereldland
© AFP
Vandaag is er weer een leerling flauwgevallen, schat

Hij zal dan wel moeten opboksen tegen de concurrentie van de Bengalezen, die zelf elke vuilnisbak uitkammen op zoek naar recycleerbaar materiaal. Maar het is een noodzaak voor Dimitris: met zijn pensioentje onderhoud je geen gezin.

Als ik het verhaal van Dimitris vertel aan Belgische vrienden merk ik dat ze ongemakkelijk op hun stoel beginnen te schuifelen. Maar mijn notitieboekje puilt uit van dergelijke verslagen. Het zijn stuk voor stuk verhalen waar ik niet lang naar heb moeten zoeken, histories die gewoon voor het oprapen liggen, zoals een verloren handschoen op straat. Ze zijn nooit uitzonderlijk of moeilijk te begrijpen.

Ik hoor ze ook van mijn vrouw Marykaty. Ze is lerares in een middelbare school in Perama, een van de armste gemeentes in heel Griekenland. Perama stond in het verleden bekend om zijn scheepswerven en zijn duizenden mannen die uit volle borst het lied van de arbeid zongen. Maar vandaag zijn de reders vertrokken naar oorden waar de lonen lager liggen. Of beter: nog lager liggen. De werven liggen bijna volledig stil en meer dan 60 procent van de inwoners van Perama is werkloos. Dokters van de Wereld opende er een praktijk, zoals in Mali, Congo, Tunesie en Haiti.

'Er is weer een leerling flauwgevallen van de honger, schat': Griekenland als derdewereldland
© Fred

Niet zelden komt mijn vrouw snikkend thuis. Dan vertelt ze dat er weer een leerling flauw is gevallen van de honger. Ouders durven er niets over te zeggen, beschaamd als ze zijn over hun geldgebrek. De Stichting Stavros Niarchos, van de gelijknamige steenrijke Griekse reder die in 1996 is overleden, zorgt op school voor speciale maaltijden. Het programma van de Stichting heet officieel Food Aid & Promotion of Healthy Nutrition Program, Voedselhulp en Promotie van een Gezond Voedingsprogramma. De Griekse regering stelt de hulp voor als een initiatief dat de inwoners van Perama gezonde voedingsgewoontes moet aanleren. Maar in werkelijkheid zijn de pakketten met fruit, yoghurt, maar ook met de typische tyropita en spanakopita (een gebak van bladerdeeg met vulling van kaas of spinazie), vaak de enige volwaardige maaltijd die de leerlingen op een dag binnenkrijgen.

Mijn vrouw vertelt niet enkel over de lege magen van haar leerlingen, aan onze eettafel is ook het gebrek aan elektriciteit een vast gespreksonderwerp. In het najaar van 2011 voerde de Griekse regering een bijkomende taks op energie in. De speciale heffing heet ‘charatsi‘, naar de belasting die de Grieken onder het Turks bestuur moesten betalen om hun godsdienst te mogen belijden. Wie de hedendaagse charatsi niet kan ophoesten, ziet zijn elektriciteit afgesloten. Veel ouders hebben het geld niet om hun elektriciteitsrekening te betalen, laat staan om een extra heffing op die elektriciteitsrekening te betalen. In 2014 zaten 352.000 Griekse huizen zonder stroom omdat de eigenaars of huurders de charatsi niet hadden betaald.

Begin er maar eens aan, lezen, studeren of huiswerk maken als de avond is gevallen en het donker wordt. En zo komt het dat lesgeven stilaan verandert in sociale strijd. Regelmatig komt de leerkrachtenvakbond samen om bij hun leerlingen thuis de elektriciteit weer te gaan aansluiten. Het is een daad van burgerlijke ongehoorzaamheid die eigenlijk illegaal is: je kunt ervoor gearresteerd worden en er zelfs voor in de gevangenis terechtkomen. Maar tot dusver is er bij zulke acties nog nooit een politieagent komen opdagen.

Donkere wolken boven Griekenland
Donkere wolken boven Griekenland© Belga Image

Kinderen behoren tot de grootste slachtoffers van de crisis. In 2014 publiceerde Unicef een rapport waarin je leest dat rond de 686.000 Griekse kinderen, ofwel 35,4 procent van het totaal, in armoede en sociale uitsluiting terecht dreigen te komen. Telgen uit eenoudergezinnen (74,7 procent) en grote gezinnen (43,7 procent) lopen het hoogste risico. Het aantal kinderen dat opgroeit in gezinnen waar geen van de ouders nog een job heeft, is in 2014 opgelopen tot 292.000. In 2008 was dat nog 84.000. Een toename van 208.000 kinderen met twee werkloze ouders op zes jaar tijd dus.Wat heet: het kind van de rekening zijn.

Er is altijd wel iemand die voor een lager loon wil werken

Die ongemakkelijke verhalen, die nooit uitzonderlijk of moeilijk te begrijpen zijn, kom ik ook in mijn vriendenkring tegen. Keuze zat. Van werkloze kernfysicus Kaiti en installateur van airconditioners Nikos die hun kinderwens uitstellen wegens financieel niet haalbaar, tot mijn buurvrouw Anna, een alleenstaande moeder van twee kinderen, die bij speelgoedketen Jumbo elke maand 380 euro bruto verdient voor een deeltijdse baan van drie dagen per week. Van Sissy die zestien jaar voor een notaris werkte, haar ontslagbrief kreeg en nu zonder uitkering is gevallen, tot Antonis, de beste maat van mijn visboer, die nooit een werkloosheidsuitkering heeft gekregen omdat zijn werkgever – de stad Athene nota bene – jarenlang geen sociale bijdragen betaalde.

Ik vind zulke verhalen ook in mijn familie. Bij Rania bijvoorbeeld, de nicht van mijn vrouw. Rania is de moeder van Thomas, een tiener, en van de jongere tweeling Simos en Stella. Ze leeft gescheiden van haar man. Die weigert alimentatie te betalen, wellicht heeft hij er zelfs het geld niet voor. Toen ze nog getrouwd was, bleef Rania thuis om voor de kinderen te zorgen. ‘Ik kom uit een traditioneel nest’, glimlacht ze,’en bij ons was dat de gewoonte.’

Rania heeft nooit een diploma behaald want ze ging niet graag naar school. Iets waar ze nu spijt van heeft. Toen ze op zoek moest naar werk wist ze dat ze weinig kon eisen. Rania stond voor alles open. Zo vond ze een job als veiligheidsagent. Maandenlang reed ze van 22 uur ’s avonds tot 6 uur ’s ochtends de Attiki Odos af, de spiksplinternieuwe autosnelweg die van Oost-Attica naar West-Attica loopt en die de nieuwe luchthaven van Athene verbindt met het stadscentrum. Tijdens die lange nachten zocht ze naar verdachte figuren of schoot ze automobilisten met pech te hulp. De Attiki Odos wordt uitgebaat door een privefirma en om de weg te gebruiken moet je tol betalen. Het inzetten van veiligheidsagenten was een voorwaarde voor de bedrijven die mee naar de concessie dongen.

Rania kreeg heel wat kritiek van haar ouders omdat ze een dergelijke job had aangenomen. Nachtwerk, en zeker dit soort nachtwerk, is niets voor een jonge vrouw, vonden ze. Zelf dacht ze: ’t is beter dan niks. Wanneer ze haar kinderen in bed had gestopt, reed ze naar haar autosnelweg. Zat haar shift erop, dan keerde ze terug naar huis, wekte haar kinderen en maakte hen klaar voor school. Tegen drieen waren ze weer thuis, maar dan had Rania in ieder geval al een paar uur slaap achter de rug.

450 euro: geef daar maar eens zeven mensen van te eten

Vijf nachten per week in haar eentje de Attiki Odos afstruinen leverde Rania 600 euro netto per maand op. ‘Net genoeg om de huur en de rekeningen te betalen.’ Voor het overige sprongen haar ouders bij. In de mate van het mogelijke, want zelf moeten ze het ook met een pensioentje van 450 euro zien te rooien. Haar moeder kookte voor zichzelf, haar man, haar jongste zoon die nog thuis woonde en nu ook voor Rania en haar kinderen. Als er al een beetje geld overbleef, ging dat naar kledij of naar schoolspullen.

Maar tijdens een van de zovele bezuinigingsrondes van de Griekse regering is Rania aan de deur gezet. De minimumlonen moesten naar beneden, naar 586 euro per maand. Jongeren die nog nooit eerder hadden gewerkt, kregen zelfs nog minder, want het was voor de Griekse overheid belangrijk ‘dat ze ervaring opdeden’. Rania’s baas kon voor minder geld gemakkelijk iemand anders vinden, het reserveleger is hier groot genoeg. Een jonge schoolverlater doet nu haar werk, maar dan wel voor 400 euro netto per maand. De Britten hebben daar een mooie uitdrukking voor: a race to the bottom.

Noodgedwongen heeft Rania nu haar huurwoning opgezegd en is ze met haar drie kinderen weer bij haar ouders gaan inwonen. Ze wonen met zeven in een kleine flat. De kinderen hebben geen ruimte voor zichzelf en met een puberende zoon laaien de spanningen soms hoog op. Weldra zal Thomas na zijn schooltijd nog proberen ergens in het zwart een baantje te vinden om de financiele lasten op die manier een beetje op te vangen. Rania hoorde dat de souvlaki-tent om de hoek iemand zoekt om reclameflyers rond te delen in de buurt.

'Er is weer een leerling flauwgevallen van de honger, schat': Griekenland als derdewereldland
© Vejo

Allemaal zien ze met angst de dag tegemoet waarop Rania’s werkloosheidsvergoeding wordt stopgezet. Want de 360 euro per maand die zij krijgt van de Griekse Dienst voor Tewerkstelling is broodnodig. Als ze die kwijtraakt, schiet enkel nog vaders pensioen van 450 euro over. Geef daar maar eens zeven mensen van te eten.

Een leger van werklozen

Dimitris, de leerlingen van mijn vrouw, Rania: de verhalen komen stuk voor stuk uit wat schrijver Eduardo Galeano ‘de omgekeerde wereld’ noemt: de wereld die fatsoen veracht, arbeid bestraft, gewetenloosheid voedt, bejaarden de straat opjaagt om olijven uit de bomen te kloppen, kinderen met lege magen naar de schoolbanken stuurt en de arbeidsmarkt heeft herschapen tot een bloedbad.

Volgens de voorspellingen van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) in 2010 zou de Griekse werkloosheidsgraad in 2012 pieken op 15 procent, en daarna dalen. Maar telkens weer moest de instelling haar voorspellingen bijsturen. In 2012 bedroeg de werkloosheidsgraad 25 procent, en vandaag is ze 26 procent. Bij jongeren onder de 24 ligt het cijfer op meer dan 50 procent. Reken je alleen de actieve bevolking mee – ongeveer de helft van de totale bevolking – dan kom je aan 36 procent. Maar ook met dat cijfer benader je het reele aantal niet, want mensen die zich niet inschreven bij de Griekse Dienst voor Tewerkstelling zitten daar niet in.

Sinds december 2013 gebruikt de Griekse Statistische Dienst voor het eerst drie nieuwe indicatoren om de tewerkstelling in het land te meten. Je moet weten: om werkloosheid te meten wordt een bevolking normaal in drie categorieen ingedeeld: zij die werk hebben, zij die geen werk hebben en zij die niet actief zijn. Maar de nieuwe indicatoren spreken nu over ‘ondertewerkgestelden’, ‘moeilijk inzetbaren’, en ‘ontmoedigden’.

Dokters van de Wereld opende in Perama een praktijk, zoals in Mali, Congo, Tunesie en Haiti

‘Ondertewerkgestelden’ zijn mensen die officieel nog een baan hebben maar, tegen hun wil in, te weinig uren maken om rond te komen.’Moeilijk inzetbaren’ zoeken werk maar zijn om een of andere reden niet onmiddellijk inzetbaar. ‘Ontmoedigden’ zoeken niet meer actief naar werk. Ze hebben zich ook niet meer ingeschreven bij de Griekse Dienst voor Tewerkstelling omdat ze sowieso geen kans maken op een werkloosheidsvergoeding. Want om daar recht op te hebben moet je op het moment van je ontslag minstens twee jaar lang je sociale bijdragen hebben betaald. Of beter: je werkgever moet dat gedaan hebben. Heel veel patroons in Griekenland doen dat al een tijdje niet meer, om zo de kosten te drukken. Er wordt nauwelijks tegen hen opgetreden.

Met die nieuwe indicatoren is de omgekeerde wereld op kousenvoeten ook de taal van mijn adoptieland binnengeslopen. Dat is natuurlijk geen louter Grieks fenomeen. Denk aan miljoenen Europese NEET’s (Not in Employment, Education or Training). Of aan ‘Grexit’, een uitstap van Griekenland uit de eurozone, ook een relatieve nieuwkomer in vele woordenboeken op het continent. In Duitsland zorgden de Hartz-wetten tegen de werklozen voor het werkwoord ‘hartzen‘: heel de dag op je vlezige derriere liggen en daar toch geld voor krijgen. Wat een verachting! Zoals ‘PIGS’ – Engels voor ‘varkens’ – uitdrukking geeft aan de verachting voor de crisislanden Portugal, Italie, Griekenland en Spanje, en ‘chavs‘ voor de Engelse arbeiders.

Maar die Griekse neologismen schieten dus tekort voor de realiteit. Want hoe noem je het personeel dat niet ontslagen is maar ook geen loon meer krijgt? Neem nu het Rode Kruisziekenhuis Henri Dunant. Op het internet wordt het omschreven als ‘een van de modernste hospitalen in Europa’. Maar de directie heeft er een potje van gemaakt en het geld is op. Dokters en verplegend en ander personeel zijn al een jaar niet meer betaald, maar ze staan nog wel op de loonlijst, waardoor ze niet in de werkloosheidsstatistieken voorkomen. Enerzijds is dat logisch: ze staan elke dag op en gaan naar hun werk. Anderzijds is dat onlogisch: ze worden al een jaar niet betaald.

En wat doe je met de ontelbare mensen die hier de laatste jaren ‘vrijwillig’moesten instemmen met een loonsverlaging? Hoe noem je de meer dan een miljoen Grieken die volgens een studie van de GSEE, de Algemene Confederatie van de Griekse Werknemers, in november 2014 geen maandloon kregen, want amper een op de twee bedrijven betaalt zijn werknemers op tijd. Of wat doe je met de bedrijven die tegenwoordig hun personeel driemaandelijks in plaats van maandelijks hun loon uitbetalen?

De Griekse arbeidsmarkt: de rook uit de fabrieks- en kantoorschouwen gaat naar omhoog en daaronder dondert de wereld naar beneden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content