Econoom Dan Wang is niet hoopvol over Europa: ‘Het Westen moet een voorbeeld nemen aan China’

De Chinese leiding, met aan het hoofd president Xi Jinping, lijkt ervan overtuigd dat ‘het Oosten’ blijft opklimmen. © Getty

In een gesprek met het Duitse tijdschrift Der Spiegel legt de Chinees-Canadese econoom Dan Wang uit waarom China volgens hem een efficiënte ingenieursstaat is geworden, terwijl de VS en Europa vastlopen in bureaucratie, rechtszaken en zelfgenoegzaamheid. Wang vreest dat Europa vooral optimistisch blijft over zijn verleden. ‘Het Westen verliest zijn slagkracht.’

In het pas verschenen boek Breakneck – letterlijk: halsbrekend – beschrijft de Canadese econoom en technologieanalist Dan Wang (34) hoe China, het land van zijn ouders, opmerkelijke economische groei realiseerde, terwijl het politiek repressiever werd. Het Chinese regime is onvrij en dictatoriaal, zo stelt hij, maar tegelijk levert het wat veel burgers verlangen. In het Westen daarentegen twijfelen veel kiezers aan de slagkracht van hun regeringen. Het boek veroorzaakte niet verwonderlijk veel ophef in de VS.

U omschrijft de VS als een logge economie, en China daarentegen als een performante ingenieursstaat. Wat valt er zo te prijzen aan China?

Dan Wang: Het Chinese systeem heeft zich de voorbije decennia behoorlijk goed aangepast aan de noden van zijn burgers. We hebben te maken met een uiterst efficiënte ingenieursstaat, die een groot deel van China’s succes verklaart – ook het politieke succes van de Communistische Partij. De mensen hebben echt het gevoel dat hun leven op heel wat vlakken steeds beter wordt. Denk bijvoorbeeld aan de metropool Shanghai met 26 miljoen inwoners. Daar worden dit jaar alleen al 120 parken aangelegd. Veertig jaar geleden had Shanghai geen metro, vandaag staat u op bijna geen enkele hoek van de stad langer dan een paar minuten van het dichtstbijzijnde metrostation. Shanghai heeft het langste metronet ter wereld.

Dat zijn prestigeprojecten.

Wang: Totaal niet. Het zijn publieke bouwprojecten waarvan veel mensen profiteren. Je voelt de Chinese ingenieursstaat ook op het platteland. In de zomer van 2021 fietste ik door Guizhou, een arme en bergachtige provincie. Daar staan intussen zowat de helft van de hoogste bruggen ter wereld. Een slogan van de regio luidt: Als je vroeger drie uur nodig had om het volgende dorp te bereiken, doe je dat vandaag in drie minuten. Dat is natuurlijk propaganda, maar de orde van grootte klopt wel. Wie vroeger geen elektriciteit had, heeft die vandaag wel. Wie vroeger met zijn hele gezin in één kamer moest leven, woont vandaag in een ruim appartement.

Maar tegen welke prijs?

Wang: De schuldenlast is verontrustend. Vooral Guizhou kreunt onder een enorm tekort, en andere provincies ervaren iets soortgelijks. Metropolen zoals Peking en Shanghai zijn in grote lijnen af, maar andere miljoenensteden als Tjoenking, Changsha en Hefei groeien verder. Dat betekent nieuwe kosten. De centrale regering zal blijven lenen en bouwen, waardoor ook het volgende vijfjarenplan vol nieuwe megaprojecten zal staan.

Ik doelde vooral op de vrijheid, niet zozeer op kapitaal.

Wang: De maatschappelijke gevolgen zijn enorm. Wat vaak over het hoofd wordt gezien, is dat de politieke elite van het moderne China opvallend veel ingenieurs telt. En zij kunnen de verleiding niet weerstaan om ook hun samenleving als een machine te besturen, van de brute eenkindpolitiek tot de lockdowns tijdens de coronapandemie, van de heropvoedingskampen in Xinjiang tot de poging om de Tibetanen in de heersende Han-cultuur te laten opgaan. Dat is uiteraard een zeer problematisch aspect.

‘Ik beweer zeker niet dat we een dictatuur nodig hebben. Maar liberale democratieën moeten bewijzen dat ook zij in staat zijn projecten te realiseren die mensen willen.’

Een mensonterende controlestaat kan toch niet het antwoord zijn.

Wang: Ik beweer zeker niet dat we een dictatuur nodig hebben. Maar liberale democratieën moeten bewijzen dat ook zij in staat zijn projecten te realiseren die mensen willen. Je dertig jaar lang voortslepen met de aanleg van een hogesnelheidslijn tussen Los Angeles en San Francisco – zoals de Democraten in Californië – is duidelijk geen oplossing. We hebben mensen en procedures nodig om opnieuw dingen te doen, te maken, te realiseren.

Meer mensen, en daarmee is het probleem opgelost? Aan ambtenaren geen gebrek in Europa. Aan woningen wel.

Wang: En hoe krijgen we meer woonruimte? We hebben ambtenaren nodig die meer handelingsvrijheid hebben om projecten goed te keuren. Omdat de levensduurte in New York te hoog is, stelde een socialistische politicus voor om de huren te bevriezen.

U bedoelt Zohran Mamdani, de nieuwe burgemeester van New York.

Wang: Ik denk niet dat de huren bevriezen helpt. Het is beter om het aanbod te verhogen en meer te bouwen. Maar daarvoor moet de bureaucratie omlaag, en de regulering ook.

In uw boek krijgt men de indruk dat de rechtsstaat in de VS van oplossing tot probleem is verworden. Wat stoort u zo?

Wang: Dat het op een bepaald moment vrijwel onmogelijk wordt om nog iets van betekenis te bouwen. Vermogende Amerikanen schrikken er niet voor terug om bij het minste bezwaar naar de rechtbank te stappen. Zij vechten zelfs de aanleg van speelpleinen aan. Neem de University of California in het welvarende Berkeley, die wilde een studentenhuis bouwen. Buurtbewoners klaagden, om milieu- en geluidsredenen, maar ook om te vermijden dat de vuilniswagen vaker zou langskomen. Als een procedure maar lang genoeg duurt, kunnen dure advocaten rechters van alles overtuigen.

Is het niet een teken van een ontwikkelde democratie dat gedebatteerd wordt over de belangen van gezinnen, minderheden of milieubescherming?

Wang: Zeker, en uiteraard wil ik niet alle advocaten afschaffen. Maar deze Amerikaanse ‘procedeercultuur’ ontstond in de jaren vijftig en zestig, toen op sommige plekken inderdaad te veel snelwegen werden aangelegd en enorme hoeveelheden DDT en andere pesticiden werden gebruikt. Toen was het nodig om dat bij te sturen. Maar dat is vandaag niet langer ons probleem. Het gaat nu om het moderniseren van infrastructuur, het bouwen van meer woningen en het schoner maken van de economie. We hebben een systeem nodig dat zich aanpast aan deze nieuwe realiteit.

‘De VS hebben een aantal technologische visionairs, maar die hebben totaal geen belangstelling voor democratische legitimiteit.’

Digitalisering en technologie kunnen veel processen versnellen. Daar lopen de VS toch voorop.

Wang: Met digitalisering alleen bouw je geen woningen of zonnepanelen. De VS hebben een aantal technologische visionairs. Alleen hebben die totaal geen belangstelling voor democratische legitimiteit. Maar die is noodzakelijk om in democratieën projecten te realiseren. Een functionerende regering moet gewoon de problemen aanpakken die kiezers bezighouden: wonen, kosten van levensonderhoud, wegen, dat soort zaken.

U doet daarmee geen recht aan de innovatieve kracht van de privésector en van durfkapitaal. Amerikaanse bedrijven zoals Nvidia, Apple of SpaceX bepalen toch wereldwijd de standaarden.

Wang: De grootste financiële markt op zich brengt weinig op. Apple is bijna vier biljoen dollar waard, ongeveer dertig keer zoveel als het Chinese Xiaomi, dat nog geen vijftien jaar geleden begon met de productie van smartphones. In 2014 zei Apple-topman Tim Cook: ‘We moeten een elektrisch voertuig ontwikkelen’. Titan heette het project. Intussen heeft Apple de handdoek in de ring gegooid. Zes jaar later kwam de oprichter van Xiaomi op een podium en zei: ‘We gaan een elektrische wagen bouwen, al is het het laatste wat ik doe’. In juni brak Xiaomi’s elektrische auto het ronderecord voor straatauto’s op de Nürburgring. Niet Porsche, niet BMW, laat staan Apple. Wat zegt dat nu? Dat de Amerikaanse financiële markt superieur is, of dat Xiaomi dat is?

Het is toch beter dat de markt beslist waar geïnvesteerd wordt, en dat private investeerders het risico dragen, in plaats van de staat.

Wang: President Donald Trump voert al lang actieve industriepolitiek. Hij heeft chipproducent Intel praktisch omgevormd tot een Amerikaans staatsbedrijf ‘met Amerikaanse karakteristieken’. Trump probeert niet minder, maar méér industriepolitiek te voeren. De breuk is duidelijk: de consensus over globalisering in de stijl van de jaren negentig is weggevaagd. Er zijn vast nog mensen die volhouden dat alleen de vrije markt de oplossing is. Maar ik ben er niet eens zeker van dat The Economist en de Financial Times die geschiedenis nog geloven.

‘Peking heeft buitenlandse ingenieurs altijd verwelkomd. Trump daarentegen gebruikt een recept uit de 17e eeuw: inzetten op tarieven.’

Heeft Trump een beter plan om de Amerikaanse industrie opnieuw te doen floreren?

Wang: Absoluut niet. Sinds die ‘Dag van Bevrijding’ in april, toen hij zijn nieuwe douaneregime aankondigde, heeft Amerika meer dan 40.000 industriële banen verloren. En dan zijn de bijna 500 arbeiders niet eens meegerekend, onder wie 300 Zuid-Koreanen, die zijn regering na een inval in een Hyundai-fabriek het land uitzette. Dat druist volledig in tegen de manier waarop China een technologiereus is geworden. Peking heeft buitenlandse ingenieurs altijd verwelkomd, van Volkswagen tot Apple en Tesla. Bouw onze beste producten, luidde de opdracht, en leid onze arbeiders op! Trump daarentegen zet in op tarieven, een recept uit de 17e eeuw.

‘Amerika krijgt autoritarisme,’ schreef u over de president, ‘maar zonder de voordelen ervan.’

Wang: Trump is rampzalig voor de rechtsstaat. Dat bedreigt Amerika’s internationale positie. Maar hij won de verkiezingen ook omdat veel mensen ontevreden zijn met hun levensstandaard. Ze trekken al jaren gefrustreerd weg uit de grote steden die door Democraten bestuurd worden. Die zijn echter nog altijd meer bezig met procedures dan met bouwen.

‘Waar de wetenschap op punt staat en het vooral om productie draait, zijn de Chinezen de Europeanen en Amerikanen ver vooruit.’

Dan heeft de Communistische Partij van China toch het betere model?

Wang: Misschien, als het gaat om het in stand houden van een industriële basis. Maar ik denk niet dat China in het geheel een betere oplossing heeft. Koreaanse arbeiders in handboeien naar huis sturen is in elk geval ook geen oplossing.

Ook een staatsgeleide economie zoals die van China kan mislukken. Hoe verklaart u anders dat het land in sectoren zoals luchtvaart en halfgeleiders stagneert, ondanks miljarden aan subsidies?

Wang: China hinkt achterop in domeinen waar verschillende wetenschappelijke disciplines moeten worden geïntegreerd. Daar is het relatief zwak. Halfgeleiders vragen een combinatie van elektrotechniek, chemie en informatica. De luchtvaart vereist werktuigbouw, aerodynamica en materiaalkunde. Daar heeft China nog veel in te halen. Maar waar de wetenschap in grote lijnen is ontwikkeld en het vooral om productie en uitvoering draait, zijn de Chinezen de Europeanen en Amerikanen vandaag ver vooruit.

Hebt u een voorbeeld?

Wang: De productie van smartphones, de meest complexe producten van de consumentenelektronica. Daarvoor heb je vooral perfecte handoffs nodig, vlekkeloze overdrachten van de ene afdeling van de productielijn naar de volgende. Daar spelen wetenschappelijke vragen nauwelijks nog een rol. Of denk aan de productie van batterijen voor elektrische auto’s. Ook daar draait alles om perfecte processen, van het vullen van de cellen tot de uiteindelijke verzegeling. Op dat vlak ligt China ver voor. Met uitzondering van de luchtvaart en de halfgeleiderindustrie geldt dat voor bijna alle belangrijke sectoren. Voor China lijkt dat nauwelijks een drama.

In de VS menen sommige experts dat China zijn politieke en economische hoogtepunt al voorbij is.

Wang: Misschien is dat zo, dat sluit ik niet uit. Maar het lijkt er niet op dat partijleider Xi Jinping dat gelooft. En uiteindelijk is dat het enige wat telt. De Chinese leiding lijkt ervan overtuigd dat ‘het Oosten’ blijft opklimmen.

Een argument van de ‘Peak China’-theorie is dat China arbeidskrachten zal tekortkomen wanneer de gevolgen van het eenkindbeleid volledig voelbaar worden.

Wang: Daar ben ik sceptisch over. Demografie bepaalt niet alles. China groeit nog steeds en wordt rijker. Wetenschappers zijn het erover eens dat vergrijzende samenlevingen minder innovatief en minder bereid zijn risico’s te nemen. Maar daarvan zie ik bij de Chinezen geen aanwijzingen. China is net bezig Duitsland in de auto-industrie voorbij te steken, en het nadert de VS in artificiële intelligentie.

‘Op dit moment kijken Europeanen en Amerikanen met medelijden naar elkaar. Ik vrees dat ze allebei gelijk hebben.’

U omschrijft Europa in uw boek als een ‘mausoleumeconomie’. Het continent zou ‘alleen nog optimistisch zijn over zijn verleden’.

Wang: Ik was er twee maanden deze zomer. En dat heeft me niet bepaald overtuigd. Het is duidelijk dat China het oude continent langzaam de-industrialiseert, van de auto-industrie tot de machinebouw. Tegelijk overschaduwt Amerika Europa op het vlak van software, biotechnologie en financiën. Europa wordt van alle kanten onder druk gezet, en toch voel je een zekere zelfgenoegzaamheid. In Duitsland bijvoorbeeld heeft driekwart van alle miljonairs zijn vermogen geërfd in plaats van het zelf op te bouwen.

Dat is wel erg pessimistisch.

Wang: Dat denk ik niet. Op dit moment kijken Europeanen en Amerikanen met medelijden naar elkaar. Ik vrees dat ze allebei gelijk hebben. Maar wat Trump Amerika ook aandoet, dat is voor Europa geen reden tot jubelen. Want als het economisch slecht gaat met Europa, zal het politiek niet beter gaan.

Ofwel wordt de democratie efficiënter voor haar burgers, ofwel dreigt de autocratie?

Wang: Op dit moment groeien bijna alle radicaal-rechtse partijen sneller dan de gematigde. Mocht in Duitsland de AfD sterker worden en in Frankrijk het Rassemblement National winnen, dan zal dat Europa niet vooruithelpen. Ik ben niet hoopvol over Europa.

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Expertise