Vrije Tribune

‘Duistere tijden in Brazilië, de terugkeer van de censuur’

Vrije Tribune Hier geven we een forum aan organisaties, columnisten en gastbloggers

Docenten Gilson Motta, Tania Alice en Karel Vanhaesebrouck trekken aan de alarmbel over Braziliaanse censuur: ‘Gratuit politiek geweld, fysieke bedreigingen, traangas, alle middelen zijn goed om het verzet de kop in te drukken.’

Vele Brazilianen die opgroeiden tijdens de militaire dictatuur (1964-1985) zien vandaag met lede ogen aan hoe de censuur uit hun jeugd helemaal terug is. Ze worden vandaag terug de geschiedenis in gekatapulteerd, naar de jaren zeventig, toen de censuur systematisch ingreep op de artistieke productie.

Duistere tijden in Brazilië, de terugkeer van de censuur.

Als artiest moest je onder de militaire dictatuur leren leven met de permanente dreiging van arrestatie en foltering. In het beste geval slaagde je erin het land te ontvluchten, zoals bijvoorbeeld Augusto Boal, José Celso Martinez Correa, Chico Buarque, Caetano Veloso, Gilberto Gil en vele anderen deden.

Via de gevreesde Ato Institucional Número Cinco (letterlijk : Institutioneel Decreet nummer vijf) had de dictatuur zichzelf het recht gegeven elke opposant te straffen, willekeurig en zonder verantwoording. Daarvoor had het regime een aantal instellingen opgericht die de volledige culturele productie in Brazilië dienden te controleren en desgevallend kranten, theatervoorstellingen, boeken, tijdschriften en concerten te censureren.

Onkruid vergaat niet

Na de militaire dictatuur doorliep Brazilië een langzaam proces van herdemocratisering, met als eerste belangrijke stap de verkiezingen van 1989. De artiesten in ballingschap keerden terug, een nieuwe generatie kunstenaars stond klaar en er werd geëxperimenteerd met nieuwe productie- en distributiemodellen in de kunst.

Zeker, aan het begin van de eenentwintigste eeuw waren de sociale ongelijkheid en de discriminatie nog steeds stuitend, maar werkelijk niemand, zelfs niet in zijn ergste nachtmerrie, had kunnen voorspellen dat vandaag de censuur en de bijhorende praktijken van vervolging helemaal terug zouden zijn.

De militaire dictatuur genoot destijds de brede steun van heel wat fracties binnen de civiele maatschappij: religieuze groepen, grote bedrijven, de media, ultraconservatieve bewegingen, anti-linkse strekkingen, enzovoort. Die fracties, zo dacht men, waren na de dictatuur uitgebloeid, als een verwelkte bloem.

Maar net zoals in de stukken van Shakespeare durven de doden wel eens opnieuw ten tonele te verschijnen, vastberaden om het de levenden zuur te maken. En zo wordt vandaag een deel van de bevolking – artiesten, intellectuelen, opiniemakers, activisten, de LGBTI-populatie (Lesbian, Gay, Bisexual, Trans and Intersex, nvdr.) – slachtoffer van een gewelddadig, autoritair regime, dat teert op onverdraagzaamheid en met evenveel vastberadenheid dissidenten vervolgt als diegenen waarvan we dachten verlost te zijn.

Hoe is het zover kunnen komen? In 2016 werd de democratisch verkozen presidente Dilma Roussef afgezet. De nieuwe president Michel Temer kondigde meteen de afschaffing van een reeks ministeries aan. Naast de ministeries van Communicatie, Landbouwontwikkeling en van Gelijke rechten moest ook het ministerie van Cultuur eraan geloven. De ingrepen van het nieuwe bestuur kregen de steun van een deel van de bevolking: de media helpten allerlei geruchten verspreiden over spilzieke artiesten en oversubsidiëring en speelden in op het religieuze fanatisme dat welig tiert in Brazilië.

Vanuit heel Brazilië bezetten artiesten meteen de culturele infrastructuur: ze gaven er gratis les aan de bevolking, er werden optredens en performances georganiseerd. Onder druk van de kunstenaars werd het Ministerie van Cultuur opnieuw geopend, zij het met veertig procent minder budget voorhanden. Ministers worden daarenboven aan de lopende band vervangen om elke continuïteit te vermijden. Het is het begin van het einde.

De besparingen krijgen de steun van een breed verbond tussen politiek nieuw-rechts, vertegenwoordigd door de ultraliberale en reactionaire MBL (Movimento Brasil Livre), integristische evangelisten die steeds meer politieke sleutelposten op stedelijk, regionaal en nationaal niveau bezetten, en de agro-industrie. Politici, opiniemakers en televisiepresentatoren schilderen artiesten af als gefortuneerde verspillers van publieke middelen en waarschuwen voor hun ‘linkse waarden’. Zo creëren ze een draagvlak om, met de steun van een deel van de bevolking, de erg schaarse overheidssteun af te bouwen.

Politici, opiniemakers en televisiepresentatoren schilderen artiesten af als gefortuneerde verspillers van publieke middelen en waarschuwen voor hun ‘linkse waarden’.

Een eindeloze lijst

En ondertussen versterkt de censuur vandaag haar greep op artiesten, gelegitimeerd door een president wiens populariteit zich onder de vijf procent bevindt, een absoluut historisch dieptepunt.

Op 15 juli 2017 arresteert de militaire politie Maicon K die tijdens zijn DNA of Dan naakt in een doorzichtige, plastic bol van 7 meter doorsnede performt. Twee maanden later presenteert Wagner Schwarz La Bête in het Museum voor Moderne Kunst van São Paulo. Tijdens die performance wordt een naakt lichaam tentoongesteld dat het publiek kan aanraken en manipuleren. Een vriendin van de kunstenaar bezoekt de expo, samen met haar kind. Dat kind raakt de voet van de performer aan. En meteen gaat het deksel van de conservatieve ketel: de kunstenaar wordt van pedofilie beschuldigd, de performance wordt afgelast. Op 5 oktober demonstreert in Belo Horizonte een groep evangelisten op aangeven van een medewerker van de lokale overheid tegen de tentoonstelling ‘Faça Você Mesmo Sua Capela Sistina‘ (letterlijk : maak zelf je Sixtijnse kapel) in de Galeria Alberto da Veiga Guignard: ze beschuldigen de organisatoren van pornografie en aanzetten tot pedofilie. Op hetzelfde moment wordt in de Santander Bank in het zuiden van Brazilië de tentoonstelling Queermuseu gesloten, door de bank zelf, en dat onder druk van de MBL. Die beschuldigt de 263 deelnemende kunstenaars van pedofilie en zoöfilie en laat daarbij niet na de medewerkers van het museum te beledigen. De tentoonstelling wordt vervolgens geweigerd door de burgemeester van Rio de Janeiro, een religieuze fanaticus, die stelt dat een dergelijke tentoonstelling enkel ‘in de zee, diep in de zee’ kan plaatsvinden.

Op 25 oktober valt de militaire politie zonder bevelschrift Pandorga binnen, een van de door artiesten bezette plekken. De politie pakt de aanwezige artiesten en activisten hardhandig aan, beschuldigt hen van terrorisme en neemt hun materiaal in beslag. Diezelfde dag valt een groep fascisten de universiteit van Rio binnen om een les over de Russische revolutie te verstoren: ze gijzelen de professoren en intimideren de studenten. Een dag later, op 26 oktober, vallen agenten het huis van activiste Mônica Aguiar binnen. Ze nemen met geweld haar zus en zoon mee in een voertuig zonder kenteken. Op 27 oktober krijgt Liliane Maria, een studente aan de staatsuniversiteit van Paraiba, een gevangenisstraf opgelegd: op een muur, nota bene door de universiteit gereserveerd voor boodschappen van de studenten zelf, had ze volgende zin geschreven: ‘wees marginaal, wees een held’. Die zin kopieerde ze van een van de bekendste werken van Hélio Oiticica. Diezelfde dag verbiedt justitie een theaterstuk op het Internationaal festival van Bahia (FIAC) omdat het een aanval zou zijn op de religieuze waarden. In het stuk laat de auteur Jezus als travestiet terug naar de aarde keren om de mens te bevragen over waarden als solidariteit.

Op zaterdag 28 oktober moet danser Igor Cavalcante Medina tijdens het festival Caxias em Movimento zijn performance in de publieke ruimte stop zetten. Tijdens die interventie praat hij over de systematische en gewelddadige onderdrukking van de zwarte bevolking. De agenten van de politie die langskwamen zeggen dat hij een psychotische aanval heeft, dienen hem kalmeermiddelen toe, om hem slechts acht uur later te laten gaan. Twee dagen later verbiedt justitie een optreden van Caetano Veloso bij een bijeenkomst van Movimento dos Trabalhadores Rurais Sem Terra, een beweging die de belangen van de boeren zonder land verdedigt. De bijeenkomst wordt illegaal verklaard omdat er ’te veel volk’ zou zijn.

Niet welkom

Wanneer SESC Pompéia, een grote culturele instelling, de komst van Judith Butler aankondigt, gaat de stop van de fles. 328.000 mensen tekenen een petitie tegen de komst van Butler (‘Judith Butler is niet welkom in Brazilië’) en ze eisen de annulering van haar lezing en seminarie getiteld ‘Het einde van de democratie’, voorzien op 7 en 9 november.

Op stedelijk, regionaal en nationaal niveau worden wetsvoorstellen voorbereid (sommige van deze voorstellen zijn reeds gestemd) die overheden in staat stellen kunstwerken te verbieden omdat ze bloot bevatten, al dan niet in religieuze context, of omdat ze tot misdaad zouden kunnen aanzetten (terrorisme, pedofilie…). Meerdere staten hebben overigens wetsvoorstellen goedgekeurd die de discussie van gender-gerelateerde issues op scholen verbieden. Zo werd de laatste tentoonstelling in het Museu de Arte São Paulo of kortweg MASP, Historias da Sexualidade, met schilderijen van onder meer Degas en Gauguin, verboden voor minderjarigen, zelfs indien ze vergezeld worden – de eerste keer dat dit gebeurt in zeventig jaar.

Misschien moeten we beginnen met net datgene te doen wat de censuur probeert te verhinderen.

Langzamerhand komt het verzet tegen deze kramp op gang, met bijvoorbeeld de ‘Beweging voor de democratie’. Op 19 oktober publiceerden 1000 artiesten en intellectuelen een open brief die zich verzet tegen ‘de opkomst van geweld en onverdraagzaamheid en de aanvallen op de vrije expressie in kunst en onderwijs’. De ondertekenaars, van allerlei politieke pluimage, verzetten zich tegen de censuur door nieuw-rechtse militanten, kerken en fanatici. Ook de universiteiten beginnen het verzet te organiseren. Aan de federale universiteit van Rio de Janeiro, organiseren de studenten de tentoonstelling Censuur!.

De waarheid is echter dat het vandaag niet mogelijk is om in de openbare ruimte te protesteren tegen de inperking van de vrije expressie, ook niet op vreedzame wijze. Gratuit politiek geweld, fysieke bedreigingen, traangas, alle middelen zijn goed om het verzet de kop in te drukken. Hoe moet je dan reageren tegen de censuur in Brazilië? Misschien moeten we beginnen met net datgene te doen wat de censuur probeert te verhinderen en waar ze ook effectief in blijkt te slagen (de Europese media berichten nauwelijks over wat er nu gaande is in Brazilië): erover praten en schrijven.

Gilson Motta en Tania Alice doceren resp. aan UFRJ en UNIRIO, twee federale universiteiten in Rio de Janeiro, Karel Vanhaesebrouck is docent aan de Université Libre de Bruxelles (ULB) en het RITCS.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content