De Syrische rebellen die door de VS worden getraind, hebben een deel van hun uitrusting en munitie overhandigd aan het al-Nusra-Front, de Syrische tak van de terreurorganisatie al-Qaeda.
Dat geeft het Amerikaans Centraal Militair Commando voor het Midden-Oosten (CentCom) nu toe.
De als gematigd beschouwde rebellen hebben aan het Amerikaanse leger meegedeeld dat ze “zes pick-ups en een deel van hun munitie”, of zowat een kwart van hun militaire uitrusting, hebben overhandigd aan “een tussenpersoon die ervan verdacht wordt deel uit te maken van het al-Nusra-Front”. In ruil daarvoor werd er doorgang verleend aan de rebellen, volgens Centcom.
Kolonel Patrick Ryder, woordvoerder van CentCom, heeft het over “erg verontrustend” gedrag en een “schending van de regels”.
Overlopers?
Het voorval betekent een nieuwe klap voor de geloofwaardigheid van het begin dit jaar gelanceerde opleidingsprogramma voor Syrische rebellen. Daarvoor werd 500 miljoen dollar uitgetrokken. Drie jaar lang zouden elk jaar 5.000 rebellen worden getraind om de strijd aan te gaan met de terreurorganisatie Islamitische Staat (IS). Maar tot nu toe werden slechts twee groepen, van 54 en 70 strijders, opgeleid en van de nodige uitrusting voorzien, blijkt uit cijfers van het Pentagon. Eerder werden op sociale media al berichten verspreid waaruit moest blijken dat een deel van die rebellen waren overgelopen naar al-Nusra, maar die informatie wordt door het Amerikaanse ministerie van Defensie ontkend.
Wel werden bij hun eerste actie een groot deel van de rebellen gevangen genomen of gedood door al-Nusra. Een woordvoerder van het Amerikaans leger verklaarde vorige week voor een parlementscommissie dat slechts “vier of vijf” van de rebellen nog actief zijn in de strijd. De rekrutering verloopt zo traag omdat de VS-lesgevers er zich van willen vergewissen dat ze geen sympathisanten van terreurgroepen opleiden.
(Belga/RR)
