Djibouti heeft ambitie om het Dubai van Afrika te worden

Stewardessen staan naast de nieuwe trein, tijdens de inauguratie van de treinverbinding tussen Addis Abeba (Ethiopie) naar Djibouti. © REUTERS

De economie van het relatief stabiele Djibouti groeit. Door zijn strategisch belangrijke locatie tussen Afrika en het Midden-Oosten heeft het land ambities om het Dubai van Afrika te worden: een hotspot die miljoenen bezoekers per jaar trekt.

Terwijl de zoele nacht valt over de stad Djibouti, gaan lichten aan in het groeiende netwerk van havens. Schepen worden er 24 uur per dag gelost en trucks geladen met vracht die verder de Hoorn van Afrika in gaat.

Nog niet zo lang geleden was Djibouti van weinig meer bekend dan het Franse Vreemdelingenlegioen, verzengende hitte en de oude spoorweg naar Addis Abeba in Ethiopië. Tegenwoordig heeft de kleine republiek met ongeveer 900.000 inwoners echter grootse plannen, inclusief het transformeren van de hoofdstad in het “Dubai van Afrika”.

Na de onafhankelijkheid van Frankrijk in 1977 kreeg Djibouti langzaamaan een regionale rol door zijn strategische en commerciële relevantie op een knooppunt tussen Afrika en het Midden-Oosten, op een plek waar de Rode Zee en de Golf van Aden samenvloeien.

Chinese investeringen

Recentelijk investeerde China meer dan 12 miljard dollar in zes nieuwe havens, twee vliegvelden, een spoorweg en een vrijhandelszone, die geroemd wordt als de meest dynamische vrijhandelszone van Afrika. De hoofdstad Djibouti krijgt daarmee een voorsprong op rivalen.

“Jaarlijks reizen er ongeveer 2 miljoen Afrikanen naar Dubai”, zegt Dawit Gebre-ab van de Autoriteit voor Havens en Vrije Zones in Djibouti. “We weten wat op hun boodschappenlijstjes staat, en ze zouden eigenlijk hierheen moeten reizen, in plaats van naar Dubai.”

Wat de ambities van Djibouti ondersteunt, is het feit dat het land door velen gezien wordt als een oase in een omgeving waar piraterij een grote dreiging is. Bestrijding van piraterij in de Golf van Aden gebeurde de afgelopen jaren vanuit Djibouti. Sinds een piek in 2011, toen 151 schepen werden aangevallen en 25 gekaapt, is de regio veel stabieler geworden.

In 2014 ging het Amerikaanse leger akkoord met een verlenging van zijn missie met tien jaar, en een optie voor een verlenging van nog eens tien jaar. De Amerikanen hebben hun Afrikaanse basis in Camp Lemonnier in Djibouti.

Olie

Ook China ziet Djibouti als een strategisch belangrijk land. Naast de miljardeninvesteringen, ook in andere delen van Oost-Afrika – vooral in buurland Ethiopië, een van de snelst groeiende economieën in de wereld – wil China belangen in Afrika ten Zuiden van de Sahara veilig stellen.

Voor China is de import van ruwe olie uit het Midden-Oosten nog steeds belangrijk, en import verloopt via de Golf van Aden, de Indische Oceaan en de Zuid-Chinese Zee. In 2016 rondde China plannen af voor een nieuwe basis in Obock, een kleine haven op een paar uur varen per veerboot via de Golf van Tadjoura vanuit de stad Djibouti. Er zullen ongeveer 10.000 Chinezen gestationeerd worden als de basis klaar is.

Dagelijkse portie brood

Ondanks de vele bouwkranen, blinkende hotels en militaire bases, kent Djibouti ook nog steeds een andere kant. Elke ochtend staan inwoners van Tadjoura, een kleine kuststad 40 kilometer ten westen van Obock, in de rij om hun dagelijkse portie brood te halen. Een tafereel dat ook elders in het land te zien is.

Djibouti’s voorgeschiedenis als koloniaal Frans-Somaliland heeft een duidelijk Gallisch stempel achtergelaten. Naast Somalisch, Afar en Arabisch, is Frans een van de belangrijkste voertalen. De bezoeker wordt in Djibouti begroet met een constante stroom ‘bonsoirs’ in het zogenoemde Europese kwartier en op Place du 27 Juin 1977, een groot plein met white washed gebouwen en Moorse galerijen, dat vernoemd is naar de datum van de onafhankelijkheid.

Ten zuiden van de door het Franse kolonialisme geïnspireerde architectuur en ordelijke straten en boulevards, is het stoffiger en bouwvalliger Afrikaanse kwartier te vinden. Hier is een smeltkroes van culturen aanwezig: cafés die koffie brouwen in traditioneel Ethiopische stijl, Jemenitische restaurants die hun specialiteiten serveren en het afdingen op de markten in het Somalisch, dragen bij aan de verrassende verscheidenheid in deze kleine hoofdstad.

Ultraconservatief

Of de levendige culturele mix de moderne ontwikkelingen kan weerstaan, is een zorg voor sommige bewoners, die trots zijn op de mix van tradities. “Ik ben niet bang voor een cultuurverandering. Die is nodig, omdat dit een ultraconservatieve samenleving is”, zegt een vrouw van begin dertig, die haar haar op islamitische wijze bedekt heeft en een sigaret rookt. “Het gaat meer om de gevolgen voor onze gewoontes, zoals traditionele kleding, voedsel en decoraties die onze identiteit symboliseren.”

Anderen zijn meer uitgesproken in hun kritiek op Djibouti’s huidige strategische en economische koers. De economie groeit met 6 procent per jaar, en gaat richting de 7 procent als gevolg van de bouwwoede.

Sommige plaatselijke bewoners vinden dat het land dictatoriaal bestuurd wordt door mensen met zakelijke belangen, en dat er niet genoeg gebeurt om armoede te bestrijden. Zo betalen de Chinezen 20 miljoen dollar per jaar als huur voor de basis. De Amerikanen betalen 60 miljoen dollar per jaar voor hun aanwezigheid op Camp Lemonnier.

“De regering is alleen bezig met het binnenhalen van geld”, zegt een journalist uit Djibouti, die eerder vastzat voor zijn publicaties over binnenlandse kwesties. “Ze geeft niet om vrije meningsuiting, mensenrechten, rechtvaardigheid en gelijke kansen voor iedereen.”

Extreme armoede

De Dubai-achtige dromen betekenen niet veel voor de meeste inwoners van Djibouti. Van hen leeft 42 procent in extreme armoede, terwijl zo’n 60 procent van de beroepsbevolking volgens schattingen werkloos is.

In een mensenrechtenrapport van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken, wordt onder meer verwezen naar de beperking van de vrijheid van meningsuiting en vergadering, het gebruik van excessief geweld – inclusief marteling – en intimidatie en detentie van critici van de overheid.

Zelfs het gebruik van het verdovende middel qat zou volgens sommigen door de overheid gebruikt worden als repressiemiddel. Instanties gelieerd aan de overheid verkopen het middel, beweren zij, om geld te verdienen en om onrust onder de bevolking te voorkomen.

Ondertussen varen de schepen in de haven af en aan, lossen kranen de containers op wachtende trucks tot diep in de nacht. Begin dit jaar werd de nieuwe Chinese spoorweg geopend die Djibouti met het Ethiopische binnenland verbindt. De oude spoorweg werd al jaren niet meer gebruikt. De nieuwe spoorlijn kan op termijn verbonden worden met andere spoorlijnen die de Chinezen aanleggen in Afrika.

Djibouti’s locatie is altijd de grootste schat van het land geweest. Het heeft geen enkele rivier of belangrijke mineralen en produceert bijna niets. Desondanks trekt het land al 150 jaar militairen, huurlingen, smokkelaars en handelaars aan: iedereen die betrokken is bij het transporteren van handelswaar. Die trend lijkt alleen maar te groeien.

“De bevolking van Ethiopië is honderd keer groter dan die van Djibouti, maar dat land importeert en exporteert slechts zes keer zo veel”, zegt Aboubaker Omar, voorzitter van de Autoriteit voor Havens en Vrije Zones. “Stel je voor wat er gebeurt als de vraag matcht met de bevolkingsomvang.”

(IPS)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content