Defensieminister VS spreekt Trump tegen: ‘Geen bewijs van plannen voor aanslag op ambassades’

VS-Defensieminister Mark Esper. © Belga

Na de gerichte moord op de Iraanse topgeneraal Qassem Soleimani, die gedood werd bij een Amerikaanse drone-aanval in Bagdad, is er groeiende twijfel over de door de Amerikaanse president genoemde reden voor de operatie.

Donald Trump verklaarde vrijdag dat Soleimani plannen had om aanvallen uit te voeren op vier Amerikaanse ambassades. Maar in een gesprek met televisiezender CBS zei de Amerikaanse minister van Defensie Mark Esper zondag dat hij geen aanwijzingen had gezien voor een eventuele aanslag op de ambassades.

Aan Fox News had Trump vrijdagavond gezegd dat de ambassade in de Iraakse hoofdstad Bagdad ‘waarschijnlijk’ het doelwit zou worden van een aanval. Vervolgens voegde hij er aan toe dat er waarschijnlijk vier ambassades geviseerd werden. Verdere details gaf de president niet.

Trump rechtvaardigde de gerichte aanslag van 3 januari op Soleimani eerder al door te stellen dat er sprake was geweest van een onmiddellijke dreiging voor de Amerikanen en dat de drone-aanval dus vanuit Amerikaans standpunt een gelegitimeerde antiterreuroperatie was. De Amerikaanse Democraten trekken die redenering in twijfel en uitten zware kritiek op het feit dat het Congres vooraf niet werd geconsulteerd.

Esper benadrukte dat Trump nooit heeft gesproken over specifieke bewijzen voor een aanslag op de vier Amerikaanse ambassades, maar het louter had over een mogelijkheid. De defensieminister zei voorts dat hij de mening van de president deelt. ‘Mijn verwachting was dat ze het op onze ambassades gemunt hadden’, aldus Esper, om er vervolgens aan toe te voegen dat er aanwijzingen waren voor een nakende, grootschalige aanslag, waarbij meer dan één land werd geviseerd.

Ook Trumps nationale veiligheidsadviseur Robert O’Brien antwoordde zondag ontwijkend toen ABC hem vroeg waarom de betrokken ambassades niet gealarmeerd en geëvacueerd werden als er dan toch sprake was van een dreiging. ‘We kunnen niet elke keer weglopen wanneer iemand ons bedreigt’, klonk het laconiek bij O’Brien.

Partner Content