De machtigste mens op aarde

© Contour by Getty Images
Hubert van Humbeeck

Knack-redacteur en -commentator Hubert van Humbeeck laat zijn licht schijnen over de presidentiële macht in Amerika. ‘Het was in eerste instantie niet de bedoeling dat de president in eigen land veel zeggenschap zou hebben.’

Aan een bezoek van de president van de Verenigde Staten gaat altijd een lange, zenuwachtige voorbereiding vooraf. Het land dat de eer te beurt valt, neemt geen enkel risico. Dat doet ook de omgeving van de president niet. Die heeft altijd alles bij wat nodig is. Op het vlak van veiligheid en transport vanzelfsprekend, maar ook adviseurs voor van alles en nog wat en veel vertegenwoordigers van de eigen Witte Huismedia. Zolang de president in het land is, nemen de Verenigde Staten eigenlijk gewoon over.

Het ging wellicht ook ongeveer zo toen de Romeinse keizer in de eerste of tweede eeuw na Christus een wat verder afgelegen deel van het Rijk bezocht. Het is niet zeker of de Amerikanen begrijpen dat hun imperiale manier van doen stoort. Uit hun houding spreekt in ieder geval het gevoel dat ze zich die attitude gewoon kunnen permitteren. Het is per slot van rekening de president van de Verenigde Staten die langskomt. De machtigste mens op aarde. En dat is hij ongetwijfeld ook.

Het imperiale karakter van het Amerikaanse presidentschap kreeg pas in de loop van de 20ste eeuw geleidelijk vorm

Toch was het de Amerikanen in de late 18de eeuw niet om de macht te doen. Het was toen in eerste instantie zelfs niet de bedoeling dat de president in eigen land veel zeggenschap zou hebben. Veel Amerikanen waren precies uit het oude Europa vertrokken uit onvrede met de absolute koningen en de manier waarop die hun macht gebruikten. In de prille Verenigde Staten was meer macht toebedeeld aan het Congres en aan de deelstaten dan aan de president. Abraham Lincoln beschikte in het midden van de 19de eeuw nog altijd maar over nauwelijks meer dan enkele medewerkers.

Het imperiale karakter van het Amerikaanse presidentschap kreeg pas in de loop van de 20ste eeuw geleidelijk vorm. De opgang van Amerika ging samen met de neergang van de Europese invloed in de wereld na twee uitputtende wereldoorlogen. Europa is de beschermende Amerikaanse hand ondertussen zodanig gewend dat het al blijk geeft van verlatingsangst als Washington er nog maar op wijst dat de bondgenoten meer op eigen benen moeten leren staan.

Europa is de beschermende Amerikaanse hand ondertussen zodanig gewend dat het al blijk geeft van verlatingsangst als Washington er nog maar op wijst dat de bondgenoten meer op eigen benen moeten leren staan

Tegelijk zit er ook zand in de radertjes van het vaak geroemde Amerikaanse democratische model. Ook onder Barack Obama werd de kloof tussen arm en rijk weer dieper, terwijl het met de sociale mobiliteit in Europa stilaan beter is gesteld dan over de oceaan. Vooral de Republikeinse Partij toont zich zo weinig compromisbereid dat het land de voorbije jaren een paar keer ei zo na tot stilstand kwam omdat de politieke besluitvorming tussen de president en een hem vijandig Congres vastliep.

Dat roept onvermijdelijk de herinnering op aan de Franse politieke filosoof Alexis de Tocqueville en zijn beroemde studie Over de democratie in Amerika, uit de eerste helft van de 19de eeuw. Hij komt daarin, onder meer, tot het besluit dat de individuele burger moet begrijpen dat het hem alleen goed kan gaan als de gemeenschap het goed heeft. Dat is zijn welbegrepen eigenbelang. Bijna tweehonderd jaar later worstelen veel Amerikanen met die gedachte. Dat zou op de duur zelfs de keizerlijke Verenigde Staten zuur kunnen opbreken.

Partner Content