De leeftijdstructuur van de Europese bevolking gaat de komende decennia drastisch wijzigen door minder geboortes, langere levensverwachting en de invloed van de migratiestromen. Hele cohorten van generatiegenoten gaan met pensioen, maar er zijn onvoldoende jonge arbeidskrachten om hen te vervangen, waarschuwt een nieuw EU-rapport.
‘The Ageing Report: Economic and budgetary projections for the 28 EU Member States (2013-2060)’ (pdf) schetst een beeld van de gigantische sociaal-economische uitdagingen die op de Europese Unie afkomen in de komende 45 jaar.
Zo zullen er meer burgers in de EU rondlopen in het jaar 2060, maar ze zullen gemiddeld ook een stuk ouder zijn dan de bevolking nu. De totale EU-bevolking zal groeien van 507 miljoen in 2013 tot 526 miljoen in 2050 en vervolgens weer langzaam dalen tot 523 miljoen in 2060.
Waar toename, waar afname?
In 2013 waren de landen met de meeste inwoners Duitsland (81 miljoen), Frankrijk (66 miljoen), het Verenigd Koninkrijk (64 miljoen), Italië (60 miljoen) en Spanje (47 miljoen).
Volgens de projecties van Eurostat zal het bevolkingsaantal de komende decennia afnemen in onder andere Duitsland, Kroatie, Spanje, Polen en Portugal en toenemen in onder andere België, het Verenigd Koninkrijk, Nederland, Frankrijk en Italië.
Daardoor zou volgens het rapport het land met de meeste inwoners in 2060 het Verenigd Koninkrijk zijn met 80 miljoen inwoners, gevolgd door Frankrijk (76 miljoen), Duitsland (71 miljoen), Italië (66 miljoen) en Spanje (46 miljoen).
Deze demografische verschuivingen zouden ook tot een verschuiving van de machtscentra kunnen leiden. Als het VK de grootste economie wordt, zou het in verhouding ook aan macht en invloed winnen, zo luidt de redenering.
Stijgende levensverwachten
Wat betreft de levensverwachting bij geboorte verwacht Eurostat voor de mannelijke bevolking een gemiddelde stijging met 7,1 jaar, tot 84,8 jaar in 2060. Voor de vrouwelijke bevolking is dat een stijging met 6,0 jaar, tot 89,1 in 2060.
De vergrijzing van de bevolking zal uiteraard ook ernstige gevolgen hebben voor de pensioenen. De afhankelijkheidsratio van de gepensioneerden (65-plussers) tegenover de actieven (de 15 tot 64-jarigen) zal toenemen van 27.8 procent tot 50.1 procent tussen 2013 en 2060. Anders uitgedrukt: in plaats van vier actieven per gepensioneerde nu zal de EU evolueren naar twee actieven per gepensioneerde in 2060. (Belga/KVDA)
