Peter Mertens (PVDA)

‘De geldverstoppers van de Paradise Papers rekenen op politieke verstoppers voor bescherming’

Peter Mertens (PVDA) Kamerlid PVDA

Vierenzestigduizend keer. Zoveel maal komt de term ‘België’ voor in de zogenaamde Paradise Papers. De grote geldverstoppers kunnen hun gangen gaan omdat ze beschermd worden door politieke verstoppers, schrijft Peter Mertens (PVDA), en hij stelt vijf noodmaatregelen voor.

In 2013 bracht de studiedienst van de PVDA een dossier uit waaruit bleek dat een aantal grote Belgische kapitalisten in Panama vennootschappen oprichtten met de bedoeling belastingen te ontduiken. We noemden het, toepasselijk, de ‘BelLeaks’.

De geldverstoppers van de Paradise Papers rekenen op politieke verstoppers voor bescherming.

Dat is ondertussen vier jaar geleden. Uit onze ‘BelLeaks’ bleek dat de groep AB InBev toen al 32 filialen in Panama en andere belastingparadijzen bezat. Het postbuskapitalisme gebeurt aan de hand van postbusvennootschappen op paradijselijke eilanden als de Bahama’s, Belize, Bermuda, de Kaaimaneilanden, Hong Kong, de Britse Maagdeneilanden, Jersey, Luxemburg, de Dominicaanse Republiek, Singapore. De PVDA bond de kat de bel aan, maar de traditionele partijen keken naar het dossier zoals een koe naar een voorbijrazende sneltrein, en ze mompelden iets over ‘extremisme’ en ‘populisme’.

‘Wij vinden niet dat we iets moeten bijdragen, want wij zijn de elite’

‘Wij betalen alle belastingen die we verschuldigd zijn, élke dollar,’ verklaarde Apple-CEO Tim Cook datzelfde jaar tijdens een ingezworen getuigenis voor de Amerikaanse senaat. ‘Wij verstoppen ons geld niet onder op één of ander Caribisch eiland.’

Dat was dan zonder het volgehouden onderzoekswerk van het internationaal consortium van onderzoeksjournalisten ICIJ gerekend. Zij brachten de LuxLeaks uit, waaruit bleek dat ook Apple indrukwekkende financiële constructies opzet om zo goed als geen belastingen te betalen. Apple was wel in goed gezelschap want ook Heinz, Pepsi Cola, Starbucks, en Ikea maakten gebruik van de Luxemburgse rulings die met de hulp van de accountants van PriceWaterhouseCoopers werden opgezet tussen 2002 en 2010. Uiteindelijk moest Ierland, de thuisbasis van Apple, onder zware internationale druk toegeven dat meer dan de helft van de megawinst die het technologiebedrijf maakt op haar iPhones, iPads en MacBooks niet in Ierland, maar ook nergens anders ter wereld aan belastingen onderworpen werd.

‘Wij betalen geen belastingen, wij vinden niet dat we moeten bijdragen tot de infrastructuur in de samenleving, wij vinden niet dat we moeten bijdragen voor de havens, de spoorwegen, en de wegen die we gebruiken, wij vinden dat we geen cent moeten geven aan het gezondheidssysteem of het onderwijs dat de loontrekkenden schoolt en creatief maakt, neen, nikske, nada, want wij zijn de elite, de captains of industry, en de gewone sterveling mag al blij zijn dat we bestaan.’ Dat had een iets eerlijkere getuigenis geweest, zo leert ons de onophoudelijke stroom over offshore belastingparadijzen met de Paradise Papersals meest recente aflevering. U denkt toch niet dat het hierbij zal blijven?

Een frauderende oligarchie die zich verheven voelt boven elke wet

De regen van onthullingen gunt ons een glimp achter de schermen van een frauderende oligarchie die zich verheven voelt boven elke fiscale wet. Het is geen vrolijk gezelschap dat steeds weer opduikt. Het gaat om een geradicaliseerde financiële toplaag in de samenleving, die om te frauderen almaar meer instrumenten inzet. Apple beloofde kort na de LuxLeaks een grootschalige reorganisatie, maar ondertussen is de berg cash die de technologiereus op offshore paradijzen geparkeerd heeft meer dan verdubbeld, tot het duizelingwekkend recordbedrag van 245 miljard dollar. Hoeveel inkomsten worden op die manier gestolen van onze samenlevingen? En hoeveel extra besparingen moeten brave burgers slikken om dat allemaal te compenseren? En vooral: waarom doet niemand er iets aan? Ze lachen ons vierkant uit in ons gezicht.

‘Het allerbelangrijkste dat we hebben kunnen aantonen is dat er een kaste van superrijken is – in het bedrijfsleven en in de politiek, in dictaturen, maar ook in het Westen, in maffiaorganisaties en bij drugsbaronnen – die er een parallel en privaat financieel systeem op nahouden waarin het betalen van belasting in het beste geval een optie is.’ Dat zegt journalist Bastian Obermayer, die de Panama Papers aan het licht bracht, in mijn boek Graailand. ‘Zij zuigen banken en economieën leeg en laten vervolgens de gewone belastingbetaler daarvoor opdraaien. Omdat zij te rijk zijn en een hele dienstenindustrie van bankiers en juristen kunnen betalen om nergens nog een bijdrage aan de gemeenschap te moeten leveren.’ Zij kunnen dat allemaal doen omdat zij een politieke kaste rond zich hebben die elk ernstig onderzoek saboteert, en die hemel en aarde beweegt om de belangen van het postbuskapitalisme te dienen.

Het ons-kent-ons-verhaal rond het kabinet-Reynders

De onthullingen van de onderzoeksjournalisten achter de Paradise Papers tonen aan dat ook de Belgische staat – via de Belgische Maatschappij voor Internationale Investering (BMI) – betrokken is in een postbusconstructie op de Maagdeneilanden. De BMI is voor 64 procent in handen van de Belgische Staat. De postbus op de Maagdeneilanden, een belastingparadijs, wordt uitgebaat door de BMI, samen met het private bedrijf Rent-A-Port. Een investeringsbedrijf van de overheid samen met een privaat bedrijf in een belastingparadijs. Dit is niets meer dan de staat die haar eigen inkomsten ondergraaft door de belastingontwijking van de elite te faciliteren. Zotter moet het niet worden, zou men denken.

Toch wel. Rent-A-Port is een dochteronderneming van de holding Ackermans & van Haaren (AvH). En wie zit daar in de raad van bestuur, bij AvH? Alexia Bertrand, de kabinetschef van minister Didier Reynders. Alexia Bertrand is de dochter van AvH-voorzitter Luc Bertrand. Altijd handig, zo’n positie op het kabinet van de minister die verantwoordelijk is voor het afsluiten van fiscale overeenkomsten met andere landen. Dat schreef ik in mei dit jaar al hier op knack.be.

En daar stopt het verhaal van belangenvermenging niet. Want ook in de BMI zitten vrienden en vriendinnen van de familie Reynders. Zoals Jean-Claude Fontinoy, de trouwe rechterhand van Reynders, die voorzitter is van de BMI. En in de raad van bestuur zetelt ook nog Koen Van Loo, ex-kabinetschef van minister Reynders. Dat zou toch stof moeten zijn voor een grondig onderzoek.

Maar neen, in ons land gaat zoiets meteen in de doofpot. Vorige week kwam het tot een clash tussen volksvertegenwoordiger Marco Van Hees (PVDA), fiscaal specialist en kuitenbijter van onze partij, en minister Van Overtveldt over de belangenvermenging op het kabinet-Reynders. Kamervoorzitter Siegfried Bracke probeerde Van Hees prompt de mond te snoeren. ‘We behandelen geen individuele dossiers, u hebt nog dertig seconden’, zo beet Bracke hem toe. ‘We zitten hier wel niet in Spanje’, zei Van Hees gevat.

I know nothing, I’m from Barcelona

De grote geldverstoppers kunnen vandaag rekenen op een laag politieke verstoppers. Hans D’Hondt, de topman van de Federale Overheidsdienst (FOD) Financiën, was tien jaar lang bestuurder bij de BMI. Er kan toch niemand zijn die echt gelooft dat D’Hondt niet op de hoogte zou zijn van de postbusconstructie van de BMI op de Maagdeneilanden? Het is verdorie zijn job. En hij was bestuurder van de BMI.

De ene verduistering is de andere waard, het lijkt wel het ancien régime.

Wie is eigenlijk bevoegd voor de strijd tegen fiscale fraude? De hele regering, dat zou het antwoord moeten zijn. Maar we hebben ook een minister die de specifieke bevoegdheid van fraudebestrijding in zijn portefeuille heeft. Dan heb ik het over minister van Financiën Van Overtveldt (N-VA). En wie is de kabinetschef van onze minister van fraudebestrijding? De heer Sven De Neef. Er mag toch aangenomen worden dat minister Van Overtveldt af en toe praat met zijn kabinetchef over fraudebestrijding. Dat de minister weet dat zijn kabinetchef zetelt in de Federale participatie- en investeringsmaatschappij. En dat de minister weet dat die Federale participatie- en investeringsmaatschappij samen met de Nationale Bank de BMI controleert. En dus zou moeten weten dat de BMI een fiscale constructie op de Maagdeneilanden bezit. Maar neen, ook minister Van Overtveldt weet van niets. De ene verduistering is de andere waard, het lijkt wel het ancien régime.

Pensioenen onbetaalbaar? Het is een kwestie van prioriteiten

En dan is er de Kamercommissie. Van de 28 landen die genoemd worden in de Paradise Papers staan er amper vier op de officiële Belgische lijst van belastingparadijzen: Guernsey, Jersey, het eiland Man en de Marshalleilanden. Uitbreiding van die lijst? Vergeet het! Punt geschrapt in de aanbevelingen. ‘We moeten onderzoeken waarom de administratie en de regering tot een lijst met fiscale paradijzen komen die totaal naast de kwestie is’, zegt mijn partijgenoot Marco Van Hees daarover terecht.

Voor Van Hees, die ook lid is van de bijzondere Kamercommissie Panama Papers, tonen deze nieuwe onthullingen aan dat de werkzaamheden van de commissie Panama Papers moeten worden heropend. ‘De meerderheidspartijen torpedeerden de aanbevelingen van die commissie, wat resulteerde in een lightversie van de tekst, die niet de ambitie heeft om de zaken aan te pakken.’

Het is gewoon een kwestie van prioriteiten. Het fiscaal banditisme van de elite aanpakken of de gepensioneerden aanpakken.

Ook getorpedeerd uit de aanbevelingen: het voorstel om een speciale fiscale cel op te richten die zich specifiek zou richten op de top 200 van de grootste Belgische fortuinen. Die zijn samen goed voor een rijkdom van 118 miljard en worden keer op keer genoemd in de nieuwe schandalen. De Bijzondere Belastinginspectie (BBI) is daar in 2015 aarzelend mee begonnen voor de familie de Spoelberch. ‘Nu is het vooral kwestie dat men daar écht mee doorgaat’, zegt Van Hees. Maar de meerderheidspartijen stelden hun veto, ondanks het feit dat ook de OESO pleit voor het oprichten van een dergelijke speciale fiscale cel.

Volgens nationale en internationale schattingen lopen belastingfraude en belastingontwijking op tot 9 procent van het bbp. Dat is 36 miljard euro per jaar. Als we amper een tiende van dat bedrag kunnen recupereren – 3,6 miljard euro per jaar – moet er niet meer gesneden worden in de pensioenstelsels. Wat pensioenen onbetaalbaar? Het is gewoon een kwestie van prioriteiten. Het fiscaal banditisme van de elite aanpakken of de gepensioneerden aanpakken. Aan deze regering de keuze.

Vijf noodmaatregelen voor de strijd tegen fiscale paradijzen

Onmogelijk? Vier jaar geleden heb ik samen met partijgenoot Marco Van Hees gepleit voor ‘vijf noodmaatregelen voor de strijd tegen fiscale paradijzen’. Ik heb ze in mijn boek Graailand herhaald, en wil ze hier ook nog eens herhalen:

Ten eerste: het bankgeheim werkelijk opheffen. De banken hebben dan de verplichting de saldo’s van alle bankrekeningen – individuele bankrekeningen, rekeningen van filialen in het buitenland enzovoort – te bezorgen aan de fiscus. De banken beantwoorden dan ook de vragen van de fiscus zonder de remmende procedures van de huidige wetgeving.

Ten tweede: een echt vermogenskadaster opstellen. Dat is het beste instrument ter bestrijding van de grote fiscale fraude, want dan is vergelijkende controle mogelijk van inkomens en vermogens. Het zal de fraude bij de inkomstenbelasting indijken, de btw-fraude, de fraude op successierechten en de witwaspraktijken. Concreet stellen wij een Fortune-On-Web voor. Wie zijn belastingaangifte via Tax-On-Web invult, weet dat de fiscus het overgrote deel van zijn inkomsten kent. Zo’n platform moet er dus ook komen voor de grote vermogens.

Ten derde: een controlecel van de fiscale paradijzen oprichten. Die cel stelt een lijst van fiscale paradijzen op en pluist de Belgische banden met die paradijzen uit. Daarnaast zijn er ook drastisch meer manschappen nodig in de financiële cellen van justitie en van de Bijzondere Belastinginspectie.

Ten vierde: verbod op economische transacties van fysieke en morele Belgische personen naar fiscale paradijzen, behalve wanneer er een voorafgaande aanvraag is die bewijst dat deze transacties beantwoorden aan reële economische activiteiten in de betrokken landen. Deze maatregel houdt ook in dat we alle fiscale en economische akkoorden tussen België en belastingparadijzen afschaffen, behoudens die over de uitwisseling van fiscale informatie.

Ten vijfde: strengere gevangenisstraffen voor wie grote fraude pleegt; tegelijk meer middelen voor de administratie en het gerecht. Er moeten ook administratief zwaardere sancties en straffen komen voor alle verantwoordelijken, belanghebbenden en tussenpersonen van grote belastingfraude. Met inbegrip van sluiting of onteigening van financiële bemiddelaars die zware fiscale fraude plegen en geld witwassen.

Dat zijn vijf minimale noodmaatregelen. Ze zijn veel minder radicaal dan de maatschappelijke schade die de frauderende oligarchie aanricht. Waar wacht deze regering nog op?

Partner Content