De Chinese webwinkelgigant Alibaba is een wolf in schaapskleren

Jack Ma, oprichter van webwinkelgigant Alibaba. © BelgaImage

‘De hele Chinese e-commerce wordt zwaar gesteund door de overheid’, weet Jonathan Holslag (VUB). ‘Ze wordt in het binnenland afgeschermd en is erop gericht om onze eigen detailhandel en andere diensten te overvleugelen.’

Stond het World Economic Forum (WEF) in Davos, dat vorige week opnieuw plaatshad, ooit voor waarden als openheid en democratie, dan is het ondertussen vooral een hoogmis voor opportunisten. Autoritaire leiders die zich even een kosmopolitisch jasje willen aanmeten, protectionisten die de wereld er alsnog van willen overtuigen dat ze vrijhandel nastreven – en verzwakte Europese landen die bij beide groepen rondgaan met de bedelstaf. Kon je het vroeger eens of oneens zijn met het economische liberalisme van Davos, dan symboliseert het WEF inmiddels vooral de uitverkoop van de westerse waarden. De liberaal getinte toespraken zijn vaak weinig meer dan een dekmantel voor economisch nationalisme. Alleen: tot de Europese landen is dat nog niet doorgedrongen.

De Chinese webwinkelgigant Alibaba is een wolf in schaapskleren.

Neem Donald Trump. Je kunt je afvragen: wat is die man eigenlijk in Davos komen doen? En toch danste de hele club om hem heen, als een school zuigvissen. Amerika als voorvechter van de vrije wereld: die gedachte is door Trump al lang naar de prullenmand verwezen. Critici zullen nu aanvoeren dat de Amerikanen die vrije wereld in het verleden alleen verdedigden als dat in hun belang was. Maar nu stelt hun nationalisme Europa ook openlijk voor een enorme uitdaging. Dat Trump bijvoorbeeld vindt dat de dollar te sterk staat, heeft alles te maken met zijn plan om de invoer uit de Europese Unie terug te schroeven en zo het Amerikaanse handelstekort te reduceren. Enerzijds komt hij protectionistisch uit de hoek, anderzijds is het Amerikaanse handelsbeleid bijzonder offensief: het wil buitenlandse markten openbreken, bijvoorbeeld voor aardgas of grote digitale dienstverleners uit de VS. Dat economische nationalisme is misschien al jaren in de maak. Nu pas durft een president het ook onomwonden te onderschrijven.

En dan is er China. De Chinese topadviseur Liu He kwam in Davos ongeziene economische hervormingen aankondigen, maar ook het economische beleid van zijn land blijft door en door nationalistisch. Europese bedrijven krijgen het almaar moeilijker op de Chinese markt. Amper 2 procent van wat de Chinese winkels aanbieden is made in Europe. De invoer van goederen waarin Europa gespecialiseerd is (zoals vliegtuigen en auto’s) groeit traag, omdat de Chinese overheid wil dat die goederen in het binnenland vervaardigd worden. Met de nieuwe zijderoute vreet China onze afzetmarkten ook elders kaal. Ondanks de hogere lonen in de Volksrepubliek en de trage groei elders in de wereld, is de Chinese uitvoer van goederen en diensten in 2017 weer fors gegroeid. Via de staatsbanken werd andermaal voor ettelijke tientallen miljarden dollars aan exportsteun uitgekeerd.

Economische macht is altijd gepaard gegaan met politieke macht. De voorbije decennia hoefden wij Europeanen daar niet van wakker te liggen: we waren toch de sterksten. Nu de laatste schijn van een vrije markt verdwenen is, en de grootmachten openlijk verklaren dat nationale economische belangen op internationale regels primeren, valt op hoe moeilijk we daarmee in het reine komen. Toen de Amerikaanse minister van Handel, Wilbur Ross, stelde dat er een handelsoorlog in de maak is en dat Amerikaanse ’troepen’ al in stelling waren gebracht, kon de Europese handelscommissaris Cecilia Malmström niet méér tegenwerpen dan: ‘Over een handelsoorlog praten is onverantwoordelijk.’ Alsof dat Ross wat kan schelen.

Het World Economic Forum (WEF) in Davos is ondertussen vooral een hoogmis voor opportunisten

Arm Europa. In plaats van te vechten voor zijn waarden en belangen, houdt het liever de schijn op. Deels ligt het probleem bij de instellingen. Hoewel de Europese Commissie, bijvoorbeeld, succesvol weerwerk heeft geboden tegen het bijna-monopolie van bedrijven als Google, wordt ze niet bepaald bevolkt door strijdlustige ambtenaren. Veel kleine Europese bedrijven die protectionisme op andere markten aanklagen, worden met een kluitje in het riet gestuurd. De Commissie heeft ook niet de capaciteit om hen te helpen: aan de grote dossiers heeft ze haar handen al vol.

Minstens even funest blijft de kortzichtigheid van de lidstaten. Kijk naar België. Waarom heeft onze overheid niet eerst de strategie achter de Chinese webwinkelgigant Alibaba uitgeplozen, alvorens een afspraak met zijn oprichter Jack Ma te maken? De hele Chinese e-commerce wordt zwaar gesteund door de overheid. Ze wordt in het binnenland afgeschermd en is erop gericht om, net als het Amerikaanse Amazon, onze eigen detailhandel en andere diensten te overvleugelen. De vorming van een nieuw digitaal oligopolie staat haaks op de vrijhandelsgedachte. Alibaba is een wolf in schaapskleren. Zo liepen er veel rond in Davos – en heus niet alleen Chinese.

Europa en zijn lidstaten hebben misschien niet meer het gewicht om elders de economische realiteit te gaan bepalen, maar voor één ding zouden we minstens moeten zorgen: dat Davos-opportunisten onze eigen ondernemers en werknemers het leven niet nóg moeilijker maken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content