Da Arabian MC’s: ‘We willen erkend worden als muzikanten, niet enkel als Palestijnen’

Da Arabian MC's © Charis Bastin

Het Palestijnse hiphopcollectief DAM schrijft nummers over sociale kwesties, culturele taboes en het leven als Palestijn in Israël. ‘Opgroeien in Israël leidt tot een identiteitscrisis’, klinkt het.

Het Palestijnse hiphopcollectief DAM was in februari te gast in Antwerpen. Het gaat om Palestijnen met Israëlisch burgerschap die opgroeiden in de stad Lyd (of Lod) in Israël.

DAM staat voor Da Arabian MC’s, maar betekent in het Arabisch ‘eeuwig’ en in het Hebreeuws ‘bloed’. Sinds eind jaren negentig maken de broers Tamer en Suhell Nafar en hun vriend Mahmoud Jreri hiphop en inspireerden op die manier een hele generatie.

Ze schrijven nummers over sociale kwesties, culturele taboes en het leven als Palestijn in Israël. Dat laatste is volgens hen onderbelicht in buitenlandse media als de regio het nieuws haalt. StampMedia sprak met Suhell en Mahmoud over leven als Palestijn in Israël, muziek en identiteit.

Welke rol speelt muziek in jullie leven?

Mahmoud: ‘Dat hangt ervan af of ik spreek als Palestijn of als muzikant. Meestal worden we aangesproken als politici en niet als muzikanten. Ja, ik zing over mijn realiteit en ik wil die graag veranderen, maar ik ben uiteindelijk een artiest en met kunst bezig. Ik wil dus erkend worden als muzikant en niet omdat ik toevallig Palestijn ben. Ik wil geloven dat als ik in Berlijn was geboren, ik ook een talentvolle muzikant zou zijn geweest.

Muziek en het artistieke aspect zijn heel belangrijk voor ons, maar we kunnen ons uiteraard niet loskoppelen van onze dagelijkse realiteit. Dat komt tot uiting in onze muziek, we zingen over de bezetting, maar ook over vrouwenrechten, hiphop, dansen en liefde.’

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Suhell: ‘De bezetting mag niet de enige focus zijn. Anders wis je ons uit, alsof we niet zouden bestaan zonder. We zijn meer dan enkele seconden in jullie nieuws. We zijn heel politiek begaan, ja, maar Palestijnen kan je evengoed ’s ochtends in een protestmars tegenkomen en ’s avonds in Ramallah om uit te gaan.’

Jullie behoren tot de ongeveer 1,2 miljoen Palestijnen die een Israëlisch paspoort hebben. Wat is deze dagelijkse realiteit waar jullie over spreken?

Mahmoud: ‘Voor ons is er geen onderscheid tussen de verschillende gebieden. Al onze families zijn ontheemd in 1948. Ik heb daardoor familie wonen in Jordanië, Gaza en op de Westelijke Jordaanoever.’

Suhell: ‘Onze stad, Lyd, ligt tussen Jeruzalem en Jaffa. Palestijnse christenen, moslims en joden maken er vandaag nog ongeveer twintig procent van de bevolking uit. Voor 1948 was dat negentig procent. In Israël leven we in zogenaamde ‘gemengde steden’, maar daar is niets van aan. In de bezette gebieden zie je de realiteit van de fysieke bezetting, wij daarentegen worden mentaal bezet. Het is bijvoorbeeld subtiel verborgen in ons onderwijs. De Israëlische overheid en inlichtingendiensten zijn verantwoordelijk voor onze opvoeding en onderwijs.’

Mahmoud: ‘Tijdens de lessen geschiedenis werd me verteld dat toen de Joodse migranten hierheen kwamen het land leeg was, vol moerassen, maar thuis hoorde ik heel andere verhalen. Ik ben hier geboren, net als mijn vader, grootvader en overgrootvader.

Suhell Nafar en Mahmoud Jreri
Suhell Nafar en Mahmoud Jreri © C. Bastin

Voor Palestijnen die opgroeien in Israëlisch gebied, leidt dit tot een identiteitscrisis. Je moet op een bepaald moment kiezen: of je zoekt en leert over je achtergrond en geschiedenis, of je laat het zo en probeert zo goed het kan deel uit te maken van de Israëlische samenleving.’

Is er een groot verschil met het leven in de bezette gebieden?

Mahmoud: ‘In de buitenwereld is het niet geweten dat er een scheidingsmuur loopt tussen Joodse en Arabische buurten (in Israëlische steden, red.). De focus ligt steeds op de Westelijke Jordaanoever en Gaza, dus het beeld van bezetting en onderdrukking komt uit deze gebieden.’

Suhell: ‘Het is belangrijk dat dit getoond wordt. Er bestaat berichtgeving in internationale media over de vernietiging van huizen, maar dat speelt zich af op de Westelijke Jordaanoever. Ook in onze stad, Lyd, waar we slechts met 30.000 zijn, lopen op dit moment zo’n 4.000 demolition orders.

De huizen staan er illegaal en dat is het argument bij uitstek. Het klinkt logisch, maar de realiteit is anders. Op vernietigde stukken grond worden nieuwe appartementsgebouwen gebouwd, maar die zijn enkel voorbehouden voor Joodse burgers. Stel dat ik er bijgevolg voor kies zelf een huis te bouwen voor mijn gezin, dan wordt mijn aanvraag voor een vergunning bijna zeker geweigerd. Ik kan dan niet anders dan illegaal bouwen.’

Hoe zien jullie de toekomst evolueren? Is er een oplossing mogelijk?

Suhell: ‘De oplossing is niet moeilijk, het zijn de mensen die geen oplossing willen, die moeilijk zijn. Ze zeggen dat het een land is voor Joden, maar voor mij is het een land voor iedereen, waar je ook vandaan komt. De vlag kan mij niet schelen, noem het land voor mijn part ‘Fles Water’. Mensen die er verdienen te wonen, moeten dat kunnen, ongeacht religie. Dit land is voor iedereen.’

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Mahmoud: ‘Historisch gezien heeft iedereen, moslims, christenen en joden, een beetje geschiedenis in Palestina. Een staat waarin de burger centraal staat en niet zijn achtergrond, is de oplossing. Maar om daar te geraken zijn nog vele stappen nodig. Het recht op terugkeer voor vluchtelingen is daarin een belangrijk principe. Misschien leven ze nu in Europa of de Verenigde Staten en hebben ze het er goed, maar het recht op terugkeer moet er zijn, net zoals Joden dat vandaag wereldwijd genieten. Het gaat om het creëren van een land dat iedereen respecteert en waar iedereen aan bijdraagt. De naam is niet belangrijk.’

Hoe is het opgroeien in Israël voor jullie geweest?

Suhell: ‘Toen ik de bezetting ten volle begon te begrijpen, was ik enorm kwaad. Ondertussen heb ik het idee van nationaliteit laten vallen. Nu gaat het me meer gaat om menselijkheid en mensenrechten dan om een vlag of een volkslied.

Voor mijn generatie was het enorm moeilijk om te leren hoe het allemaal ineen zat. Alleen binnen de familie kwam je iets te weten. Buiten die luchtbel van je thuis, sprak niemand erover. Terwijl je opgroeit, kom je ermee in aanraking. Zonder dat je ernaar op zoek gaat, toont de realiteit je de bezetting. Je ziet huizen vernietigd worden, je wordt zonder reden tegengehouden op straat, …’

Mahmoud: ‘… of je wordt niet geaccepteerd voor een job, of net wel, maar ze vragen je je naam te veranderen.’

Suhell: ‘En in universiteiten is het aantal toegelaten studenten per vak beperkt. Arabieren moeten een minderheid blijven in elke les. Mijn vrouw is half Palestijns, half Syrisch, maar gezinshereniging is voor ons onmogelijk, we kunnen nooit samen in Israëlisch gebied samenwonen. Zo’n realiteit opent je ogen en maakt je kwaad.’

Voor ons Palestijnen is het niet alleen moeilijk om op een podium te geraken, wij moeten dat podium nog zelf bouwen

Suhell Nafar

Mahmoud: ‘Sommigen kiezen om erin mee te gaan. Het leven kan een beetje makkelijker zijn dan voor iemand die sterk uitkomt voor zijn identiteit. De meesten beseffen wel dat ze eigenlijk niet welkom zijn in dit land, maar ze willen hun kinderen onderhouden en dat is al wat uitmaakt. Anderen geven dan weer meer om geld dan om hun Palestijnse identiteit.’

En wat met jullie muzikale toekomst?

Mahmoud: ‘Deze zomer breng ik een soloalbum uit en ik werk aan een nieuw project: Indiepush. Het is een startup voor jonge, onafhankelijke artiesten. Mijn soloalbum is een mix van hiphop, rock en metal. Eén van de producers is zelf gitarist bij een Palestijnse metalband, Khalas.

Het album is eerder sociaal dan politiek getint, gebaseerd op wat er zich in de Arabische wereld afspeelt. Het gaat over taboes en sociale kwesties. Over het gebrek aan menselijke waardigheid in vele Arabische landen. Ik vind dat belangrijker dan praten over de bezetting op zich.’

Suhell: ‘Laten we het vooral hebben over vandaag. Het is moeilijk voor artiesten in het algemeen om muziek uit te brengen en ervan te leven. Maar voor ons Palestijnen is het niet alleen moeilijk om op een podium te geraken, wij moeten dat podium zelf nog bouwen. Met DAM staan we nu eindelijk op een punt dat we ons een podium hebben gebouwd. Het duurde een hele tijd, maar nu we het hebben, willen we onze muziek zoveel mogelijk promoten.’ (Charis Bastin)

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content