Critici plaatsen vraagtekens bij handelsverdrag EU en VS

© reuters

De Europese Unie en de Verenigde Staten starten met onderhandelingen over een vrijhandelsakkoord. Critici waarschuwen dat zo’n overeenkomst negatief kan uitpakken voor consumenten en beleidsmakers in afzonderlijke landen.

Critici waarschuwen dat het vrijhandelsakkoord tussen de Verenigde Staten en Europa negatieve gevolgen kan hebben voor consumenten en afzonderlijke beleidsmakers. ‘De deal is heus geen pleister op alle economische wonden.’

Tijdens de G8-top in Noord-Ierland, kondigden de Verenigde Staten, de Europese Commissie en de Europese Raad gezamenlijk aan dat op 8 juli de onderhandelingen zullen beginnen over wat de Britse premier David Cameron “de grootste bilaterale handelsovereenkomst in de geschiedenis” noemde.

Voorstanders karakteriseren het Trans-Atlantische Handels- en Investeringspartnerschap (T-TIP), ook wel bekend als het Trans-Atlantisch Vrijhandelsakkoord (TAFTA), als een manier om de kwakkelende economieën van de VS en de EU op gang te helpen.

Maar er is ook aanzienlijke weerstand tegen de voorgestelde overeenkomst. “De claims dat deze deal een pleister op alle economische wonden is en aanzienlijke groei met zich mee zal brengen, kunnen eenvoudigweg niet met betrouwbaar bewijs worden onderbouwd”, zegt Lori Wallach, directeur van Global Trade Watch van Public Citizen, een waakhond in Washington.

Wallach wijst erop dat de gesprekken er komen op verzoek van Amerikaanse en Europese bedrijven die al tientallen jaren aandringen op het elimineren van regels op het gebied van milieu, financiën en consumentenbescherming aan beide kanten van de oceaan.

‘Democratische beleidmakers worden beperkt in hun mogelijkheden’

De tarieven tussen de VS en de EU zijn al laag. De vrijhandelsovereenkomst zal dan ook vooral gericht zijn op het opheffen van niet-tarifaire belemmeringen of “trade irritants” (wrijvingen in het handelsverkeer). Niet-tarifaire belemmeringen is een gebruikelijk eufemisme voor een waaier aan regels op het gebied van milieu, gezondheid, financiën en andere terreinen om de belangen van het publiek te beschermen”, zegt Ben Beachy, onderzoeksdirecteur bij Public Citizen.

Onder T-TIP zou sprake zijn van een afstemming van de regelgeving in de verschillende landen. Voorstanders daarvan zeggen dat dit de handel bevordert, maar Beachy verwacht dat de regulering hierdoor zal dalen naar een niveau dat door het electoraat in individuele landen nooit zou zijn goedgekeurd. “Democratische beleidsmakers zullen beperkt worden in hun mogelijkheden.”

Milieugroepen vrezen dat de harmonisering zal leiden tot een groei van bepaalde soorten energie, zoals schaliegas in de VS. Landen in de EU staan vanwege de milieugevolgen huiverig tegenover “fraccen”, het winnen van schaliegas. Analisten suggereren echter dat deze landen minder moeite hebben met het gebruiken van schaliegas uit de VS.

“We maken ons zorgen dat de Verenigde Staten een grote exporteur van vloeibaar gas naar de EU zal worden”, zegt Ilana Solomon van de Sierra Club, een milieugroepering. De VS keurde onlangs vergunningen goed voor bedrijven die gas vloeibaar willen maken. In de toekomst kan dit gas geëxporteerd worden, iets wat nu niet gebeurt.

Afzwakking Amerikaanse voedselveiligheidsstandaarden

Vanuit Amerikaans perspectief waarschuwen experts voor een afzwakking van de Amerikaanse voedselveiligheidsstandaarden, bijvoorbeeld als Europese melk in Amerikaanse winkels komt. De EU heeft op dit gebied namelijk lagere standaarden.

Beachy constateert verder dat een vrijhandelsakkoord “economische kosten” met zich mee kan brengen als de financiële regelgeving ondermijnd wordt. Het risico op een economische crisis kan daardoor vergroot worden.

Volgens een studie van de Europese Commissie staan bij de gesprekken over TAFTA ook de financiële maatregelen die in de VS genomen zijn naar aanleiding van de economische crisis die in 2008 begon, ter discussie.

Politiek gevoelige kwesties

Beachy betwijfelt of het vrijhandelsakkoord daadwerkelijk alle handelsbarrières kan wegnemen. Ook de studie van de Europese Commissie noemt dat “onwaarschijnlijk”, omdat in sommige gevallen de grondwet daarvoor gewijzigd moet worden. Ook staan politiek gevoelige kwesties dat in de weg. Toch vrezen de tegenstanders dat bij een brede overeenkomst een aanzienlijk aantal “trade irritants” geëlimineerd zal worden. (IPS/AVE)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content