200.000 mensen rondom de Oroville-dam moesten afgelopen weekend evacueren. Tien jaar geleden was al bekend dat het noodafweerkanaal niet zou voldoen. Het laat de gebrekkige staat van de Amerikaanse infrastructuur zien.
Het waterniveau in het Oroville-meer in Noord-Californie was maandag zo’n 1,5 meter gezakt en de directe dreiging van het overstromen van de nabijgelegen Sacramento-vallei afgekeerd. De oproep tot evacuatie van 200.000 personen is vooralsnog niet ingetrokken. De ambtenaren die de dam aansturen willen dat het waterniveau in het meer minstens 15 meter zakt, omdat aan het einde van de week nieuwe, zware regenstormen worden verwacht.
Evacuatie
Zondag aan het einde van de middag kwam de oproep tot evacuatie. Afgelopen dinsdag sloeg overvloedig water een gat ter grootte van een voetbalveld in het normale afvoerkanaal. Ambtenaren besloten daarom voor het eerst in dertig jaar het noodafvoerkanaal te gebruiken, om zo het waterniveau in het aangelegde meer te beheersen. Dat noodkanaal is niets meer een heuvel, zonder versteviging, vanwaar het water de Feather-rivier in stroomt. Gister bleek het noodkanaal niet toegerust op zo’m hoeveelheid water en werd gevreesd voor een grote overstroming in de Sacramento-vallei. 200.000 mensen moesten evacueren.
Het noorden van Californie heeft al maanden te kampen met hevige regenval. Er viel de afgelopen tijd 228 procent meer regen dan normaal. Gemiddeld valt er in noord-Californie 127 centimeter. In 2017 alleen is er al 172 centimeter gevallen. Er worden nieuwe regenstormen verwacht. Bovendien zal er veel smeltwater vrijkomen uit de nabijgelegen berggebieden.
Gewaarschuwd
Nu blijkt dat al in 2005 zorgen bestonden over het noodafvoerkanaal. In dat jaar moest een nieuwe licentie voor de dam afgegeven worden. Drie belangengroepen, Friends of the River, Sierra Club en Yuba Citizens League, dienden toen een voorstel in om het noodafvoerkanaal met cement te bedekken, omdat ze ongerust waren dat de grond de hoeveelheid water niet aan zou kunnen in het geval van een noodsituatie. Dat bleek zondag het geval te zijn.
Federale ambtenaren die over de licentie-afgifte gingen, hebben destijds het voorstel, op aanraden van verschillende Californische waterdistricten die waarschijnlijk voor de versteviging hadden moeten betalen, naast zich neergelegd. De watercapaciteit die het noodafvoerkanaal zou moeten verwerken zou afdoende zijn in het geval van een noodgeval en zou geen schade toebrengen aan de dam zelf. Volgens de lokale krant Mercury News schreef een ingenieur die over de licentie ging destijds in een memo: “Het noodafvoerkanaal voldoet aan onze richtlijnen voor noodafvoerkanalen. De richtlijnen schrijven voor dat het in het uitzonderlijke geval van een overstroming acceptabel is dat het noodafvoerkanaal grote schade ondervindt.”
Slechte infrastructuur
De staat van de noodvoorzieningen van de Oroville-dam zijn typerend voor de staat van de infrastructuur in Californie en de rest van de VS. Er gaat te weinig geld naar grote infrastructurele projecten en dat is te zien aan de gebrekkige staat waarin veel wegen, bruggen, viaducten, vliegvelden, havens en dammen verkeren.
De ASCE, het Amerikaans genootschap voor ingenieurs, geeft elke vier jaar een rapportcijfer aan de verschillende staten en het hele land voor de staat van hun infrastructuur. In 2013 kreeg Amerika een rapportcijfer D, wat staat voor ‘slecht’. Het laatst beschikbare rapportcijfer voor Californie is uit 2012, een C, wat staat voor ‘middelmatig’. Maar dat jaar kreeg Californie een D voor alle watergerelateerde projecten. “Op dit moment schiet de financiering voor overstromingscontrolerende maatregelen tekort in de hele staat. Op basis van beschikbare begrotingen komen regionale voorzieningen alleen al 2,8 miljard dollar tekort de komende 10 jaar”, schreven de ingenieurs in 2012.
Trump’s plan
Een van de Trump’s campagnebeloften was veel geld in infrastructuur te steken. Tijdens zijn transitieperiode heeft hij beloofd 1 biljoen dollar uit te trekken voor infrastructuur. Wat hij vooral van plan is, is belastingvoordelen te bieden aan commerciele partijen die investeren in infrastructurele projecten. Het is nog maar de vraag of het verstevigen van een noodafvoerkanaal van een dam daarvan veel zal profiteren. Het is immers niet een project waar een commerciele ontwikkelaar veel geld aan kan verdienen, ondanks een belastingvoordeel. Vliegvelden, openbaar vervoersystemen of wegen zijn veel lucratiever.
De Oroville-dam staat ook niet op het verlanglijstje dat gouverneur Jerry Brown vorige week naar de federale overheid stuurde. In dat lijstje wordt de nadruk gelegd op transport, bijvoorbeeld een snelle treinverbinding tussen Los Angeles en San Francisco. Ook het uitbreiden van de tweede haven van het land in Long Beach zou federaal geld moeten krijgen, volgens Brown.
Serieus werk maken
Het opknappen van het noodafvoerkanaal van de Oroville-dam zou een fractie van de kosten met zich mee hebben gebracht van de nu verwachtte kosten voor reparatie. De evacuatie laat zien hoe belangrijk het opknappen van grote waterwerken is, zeker in een staat als Californie, waar het klimaat vrij extreem kan zijn. Jarenlang valt er amper neerslag, gevolgd door een jaar met extreme regen en sneeuw. Bovendien is de verdeling van water in Californie een nauwgezette exercitie. Op statelijk niveau wordt besloten hoeveel de verschillende gebieden, waaronder de landbouwsector in het westen en het stedelijk gebied rond Los Angeles, krijgen. Het Oroville-meer, als grootste van z’n soort in de staat, speelt daarbij een belangrijke rol.
Als president Trump of de gouverneur van Californie serieus werk wil maken van het moderniseren van de respectievelijk Amerikaanse danwel Californische infrastructuur, zullen ze ook geld moeten uittrekken voor minder winstgevende, maar even vitale infrastructuurprojecten.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
