China en Rusland verkozen in VN-Mensenrechtenraad, Saoedi-Arabië niet

De Chinese president Xi Jinping tijdens een videomeeting met onder meer Ursula von der Leyen, voorzitter van de Europese Commissie.

China en Rusland zijn, samen met dertien andere landen, verkozen voor een nieuw mandaat van drie jaar in de VN-Mensenrechtenraad. Saoedi-Arabië kon dan weer geen zitje in de Raad bemachtigen. Mensenrechtenorganisaties hadden de VN-lidstaten opgeroepen zich te verzetten tegen de kandidaturen van China, Rusland en Saoedi-Arabië.

De mensenrechtensituatie in de drie landen maakt hen ongeschikt om in het hoogste VN-orgaan voor mensenrechten te zetelen, vonden de organisaties.

In de Oost-Europese groep was er voor Rusland geen tegenstand – Oekraïne was de enige andere kandidaat voor de in totaal twee Oost-Europese zitjes. In de Aziatische groep waren er echter vijf lidstaten kandidaat voor slechts vier zitjes. Pakistan en Oezbekistan haalden allebei 169 stemmen binnen van de 193 lidstaten, Nepal 150 en China 139. Saoedi-Arabië eindigde laatste met 90 stemmen en zetelt de komende twee jaar dus niet in de raad.

Ook Cuba werd verkozen. Samen met Bolivia en Mexico was Cuba kandidaat voor de drie Zuid-Amerikaanse zitjes. In 2016, bij de vorige verkiezing van China, was het land nog goed voor 180 stemmen. Vandaag/dinsdag zijn dat er dus 41 minder.

Vorige week lieten een veertigtal landen weten “ernstige zorgen” te hebben over China’s mensenrechtensituatie. Ze verwezen onder meer naar de interneringskampen in de westelijke regio Xinjiang en de onderdrukking van de Oeigoeren, een moslimminderheid.

Het VN-orgaan telt 47 leden die verkozen worden voor een periode van drie jaar. Tot 2018 was België lid van de Raad.

Partner Content