Burgerrechtenactiviste Monika Triest: ‘Als ik morgen de loterij win, verhuis ik meteen weer naar de VS’

Monika Triest: ‘De meeste Amerikanen zijn zo overtuigd van de superioriteit van de VS dat ze haast alles goedpraten.’ © Károly Effenberger
Ann Peuteman

Al zestig jaar voert Monika Triest actie tegen discriminatie, racisme en uitbuiting. Zowel in België als in de Verenigde Staten. ‘Sociale media hebben een enorm potentieel, maar vanachter je computer kun je de wereld niet veranderen.’

Dat er vandaag zo veel Amerikanen op straat komen om te protesteren tegen het abortusverbod dat in steeds meer staten wordt ingevoerd, is allesbehalve nieuw’, zegt Monika Triest. ‘De Verenigde Staten kennen een heel lange en sterke traditie van links verzet, maar daar is veel minder aandacht voor dan voor het conservatieve Amerika. Ook in de media.’

In de jaren zestig en zeventig woonde de onderzoekster en burgerrechtenactiviste zelf lange tijd in de VS. Terwijl ze lesgaf aan het progressieve Antioch College in Yellow Springs, een stadje in het zuidwesten van de staat Ohio, was ze ook actief in de burgerrechtenbeweging. Ze verdiepte zich in de mechanismen van racisme, discriminatie en uitsluiting, kwam op straat voor vrouwenrechten en liep mee in de marsen tegen de oorlog in Vietnam. Ook toen ze al naar België was teruggekeerd, bleef Triest de gebeurtenissen in de VS op de voet volgen. ‘Ik heb het land nog vaak bezocht en ondertussen bleef ik contact houden met mijn vrienden en collega’s van toen’, zegt ze. ‘Ook van mijn zoon, die in Californië woont en Amerikaan is, leer ik nog elke dag iets bij over de Amerikaanse samenleving.’ Kort voor de pandemie de wereld lamlegde, trok Triest opnieuw naar de VS om er haar medestanders uit de burgerrechtenbeweging weer op te zoeken. Op basis van die gesprekken en haar eigen ervaringen en onderzoekswerk schreef ze Het andere Amerika – in de schaduw van Trump. Ondertussen werkt ze aan een podcastreeks waarin ze de temperatuur in progressief Amerika opmeet nu Donald Trump – voorlopig toch – van het toneel is verdwenen.

Als het Hooggerechtshof zich de komende jaren moet uitspreken over homorechten of anticonceptie, dan laat de uitkomst zich al raden.

Alsof we het erom hebben gedaan, vindt het interview op 4 juli plaats. Independence Day in de Verenigde Staten. Op dat moment hebben we nog geen idee dat de festiviteiten in Chicago in een bloedbad zullen eindigen wanneer een jonge man er op de menigte begint te schieten. ‘Overal in Amerika vinden er nu uitbarstingen van opgefokt nationalisme plaats. Met parades, vuurwerk en grote toespraken’, zegt Triest. ‘Zelf deed ik daar niet aan mee. Never. Daarvoor heb ik het te moeilijk met de achterliggende boodschap. The 4th of July draait om het diepe geloof dat de VS het allerbeste land ter wereld is. Nog altijd is een vierde van de Amerikanen daarvan overtuigd terwijl de helft denkt dat het minstens een van de beste landen is. Die vaderlandsliefde heeft een enorme impact op alle facetten van de Amerikaanse samenleving.’

Op welke manier?

Monika Triest: Wat er ook gebeurt, welke beslissingen ook worden genomen, de meeste Amerikanen blijven onvoorwaardelijk in hun land geloven. Ze zijn zo overtuigd van de superioriteit van de VS dat ze haast alles goedpraten. Dat was ook al zo toen ik er destijds woonde. Als mijn toenmalige man (filosoof Ludo Abicht, nvdr) en ik de Amerikaanse politiek of samenleving durfden te bekritiseren, kregen we steevast te horen dat we dan maar naar België terug moesten keren. If you don’t like it, leave it. Zelfs nu de VS zulke woelige tijden doormaken, gelooft de helft van de Amerikanen nog altijd rotsvast in het huidige systeem, inclusief de rol van het Hooggerechtshof. Het is dat gevoel waarop Donald Trump heel goed heeft weten in te spelen. Omdat hij in de ogen van al die vaderlandslievende mensen een sterk Amerika verpersoonlijkte, kon hij voor hen niets verkeerds doen. Dus mocht hij liegen en bedriegen zoveel hij wilde. Ze bleven hem steunen onder het credo my country right or wrong, it is my country.

Denkt u dat Trump nog naar het Witte Huis terugkeert?

Triest: Hij kan de presidentsverkiezingen in elk geval opnieuw winnen. Achter de schermen is hij alles al in gereedheid aan het brengen. Op dit moment laat hij op alle bestuursniveaus medestanders benoemen. Dat doet hij door mensen te beloven dat hij hun carrière een flinke duw in de rug zal geven of dat hij hun belangen zal behartigen zodra hij weer in het Witte Huis zit. Zo heeft hij het de eerste keer ook gedaan. Plots was hij tegen abortus, terwijl hij jarenlang het omgekeerde had beweerd. Dat deed hij in de eerste plaats om de kerkgemeenschappen aan zijn kant te krijgen, want die zijn in de VS ontzettend machtig.

Hoe komt dat?

Triest: Doordat heel veel Amerikanen tot de een of andere meestal protestantse kerk behoren. Die kerk heeft impact op alle domeinen van hun leven. Ze gaan er naar de mis, maken er vrienden, gaan er naar barbecues en evenementen. Hun hele sociale leven speelt zich binnen die geloofsgemeenschap af. Vergeet ook niet dat je in de VS nergens terechtkunt als je in de problemen zit. Een echt OCMW zoals in België hebben ze er niet. Wie ziek wordt, zijn werk verliest of om een andere reden in geldnood raakt, kan vaak alleen op zijn kerkgroep terugvallen. Het gevolg is dat veel Amerikanen helemaal zijn aangewezen op een gemeenschap van gelijkgestemden, die elkaars overtuigingen keer op keer bevestigen. Voor een politicus als Trump is het natuurlijk heel interessant om de dominees, die een grote invloed op al die gelovigen uitoefenen, aan zijn kant hebben.

Als je voor vrouwenrechten opkomt, moet je ook actievoeren tegen armoede. Want wie lijdt het meest onder seksueel geweld? Kansarme vrouwen.

Met de Amerikaanse vrouwenbeweging hebt u destijds voor het recht op abortus gestreden. Bent u geschrokken van de uitspraak van het Hooggerechtshof waardoor elke staat abortus weer helemaal mag verbieden?

Triest: Dat kon je van ver zien aankomen. Zo’n dossier belandt niet zomaar uit het niets op de tafel van het Hooggerechtshof. Daar gaat een jarenlange weg langs lagere rechtbanken aan vooraf. Maar dat maakt het natuurlijk niet minder dramatisch. Ik woonde nog in de VS toen het Hooggerechtshof het befaamde arrest in de zaak Roe vs. Wade uitsprak. Daardoor mochten staten abortus niet langer verbieden. Natuurlijk voelde dat als een enorme overwinning. Jarenlang hadden we met de actiegroepen van Women’s Liberation strijd gevoerd voor het recht op abortus. Sinds het Hooggerechtshof dat arrest weer ongedaan heeft gemaakt, zie ik dezelfde slogans van toen weer opduiken. I am me. My body is mine. Nieuw is wel dat nu ook homo- en transgenderactivisten het recht op hun eigen lichaam opeisen. Ze zijn bang dat ook hun rechten zullen worden aangetast. Niet onterecht. Ondertussen staat ook het homohuwelijk al ter discussie. Het zou me helemaal niet verbazen als ook dat recht op termijn wordt teruggedraaid.

Vanwege de samenstelling van het Hooggerechtshof?

Triest: Inderdaad. Vandaag zitten daar drie progressieve en zes conservatieve rechters. Allemaal zijn ze voor het leven benoemd. Als het Hooggerechtshof zich de komende jaren moet uitspreken over een zaak in verband met bijvoorbeeld homorechten of anticonceptie, dan laat de uitkomst zich al raden. In de verwerping van de zaak Roe vs. Wade uit 1973 heeft het hof geoordeeld dat het niet bevoegd is om over het recht op abortus te oordelen. Daardoor verschuift de beslissingsmacht naar de staten en die zijn vandaag dus overwegend Republikeins. Hetzelfde kan gebeuren in rechtszaken over andere ethische thema’s. We kunnen dus maar beter hopen dat geen enkele zaak over pakweg homorechten het Hooggerechtshof haalt zolang de meerderheid van de rechters conservatief is.

‘Niemand maakt zich de illusie dat er in de VS ooit een wapenverbod zal worden ingevoerd.’ © Károly Effenberger

Geldt dat ook voor pogingen om het wapenbezit via de juridische weg aan banden te leggen?

Triest: Niemand maakt zich de illusie dat er in de VS ooit een verbod op het dragen van een wapen zal worden ingevoerd. Het recht om zichzelf te verdedigen is iets waar veel Amerikanen hun leven voor zouden geven. Het enige wat mijn progressieve Amerikaanse vrienden kunnen hopen, is dat er op een dag voorwaarden aan dat wapenbezit worden gekoppeld. Dat is ook waar president Joe Biden voor ijvert. Vandaag kan letterlijk iedereen een wapen kopen. Ik heb dat zelf nog getest. Toen ik in Ohio woonde, ben ik eens een wapenwinkel binnengestapt. De verkoper, tegen wie ik eerlijk had gezegd dat ik er niets van afwist, begon me meteen de voor- en nadelen van de verschillende wapens uit te leggen. Ik had zo met een pistool naar buiten kunnen stappen. Zonder dat iemand me vroeg waar ik dat voor nodig had. Dat is vandaag nog altijd zo. Wie een wapen koopt, wordt niet gescreend. Daarom zouden progressieve Amerikanen graag zien dat psychisch zieken, criminelen en mensen die veroordeeld zijn voor huiselijk geweld er geen meer mogen kopen. Om dat te bereiken moet er nog een lange juridische weg worden afgelegd en de kans is groot dat die uiteindelijk doodloopt bij het Hooggerechtshof.

In Europa wordt vaak nogal meewarig gedaan over de conservatieve inborst van veel Amerikanen. Zeker nu ze het recht op abortus, dat bij ons verworven recht lijkt, hebben teruggedraaid.

Triest: Veel mensen lijken inderdaad te denken dat zoiets bij ons onmogelijk kan gebeuren. Nochtans worden de voorwaarden voor abortus in sommige Europese landen, zoals Polen, ook strenger. In de VS werden er in sommige staten steeds meer restricties ingevoerd tot abortus er uiteindelijk helemaal kon worden verboden. Al wil ik zeker geen paniek zaaien. In België hebben we een heel goede, progressieve abortuswet waar de publieke opinie ook achterstaat. Maar abortus maakt natuurlijk deel uit van een geheel van vrouwenrechten en dat brokkelt wel steeds verder af. Alleen wordt daar veel minder lawaai over gemaakt.

Wat ziet u precies afbrokkelen?

Triest: Heel wat maatregelen die voor de hele bevolking gelden, hebben een veel grotere impact op vrouwen dan op mannen. Neem de activering van langdurig werklozen, waar vandaag zo sterk op wordt ingezet. Jobs die worden geprivatiseerd of geautomatiseerd, worden veel vaker door vrouwen gedaan. Daardoor komen zij sneller in de werkloosheid terecht en hebben ze het veel moeilijker om een nieuwe job te vinden. Zelfs in een tijd dat zo veel vacatures maar niet ingevuld raken. Als de overheid strenge maatregelen neemt, zoals de beperking van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd, dan zijn vrouwen daar dus het grootste slachtoffer van.

Wat zou vandaag dé prioriteit van de vrouwenbeweging moeten zijn?

Triest:Geweld tegen vrouwen. Zonder twijfel. Nog altijd ligt de nadruk te veel op verkrachting terwijl er ook veel andere vormen van geweld bestaan die ook levens kunnen verwoesten. In de VS waren we ons daar in de jaren zeventig al van bewust. Terug in België wilde ik ook hier acties opzetten om geweld tegen vrouwen aan te klagen, maar veel bijval kreeg ik niet. De meeste Belgische vrouwenrechtenactivisten deden dat als een Amerikaans fenomeen af. Ze geloofden simpelweg niet dat geweld tegen vrouwen ook bij ons op zo’n grote schaal voorkwam. Wel waren er een paar kleinere groepen die weerbaarheidstrainingen voor vrouwen organiseerden. In de loop der jaren hebben die prachtig werk geleverd en heel veel ervaring opgedaan. Daarom erger ik me er zo aan dat de vrouwenbeweging vandaag doet alsof dat allemaal nieuw is. De huidige generatie zou veel kunnen leren uit ons onderzoek en onze ervaringen. Jammer genoeg hebben ze soms weinig historisch besef.

Trump kan de presidentsverkiezingen opnieuw winnen. Achter de schermen brengt hij alles in gereedheid.

Hoe kijkt u naar de #Metoo-beweging?

Triest: Het is een heel goede zaak dat er nu overal vrouwen opstaan die openlijk vertellen wat hen is overkomen. Ook als de dader een publiek figuur is. Daardoor kan niemand nog ontkennen dat grensoverschrijdend gedrag tegenover vrouwen overal is: in de media, in de sport, in het theater. Dat was tot voor kort wel anders. Jaren geleden vroeg een vrouw die bij een overheidsdienst werkte me om hulp. Haar directeur viel haar lastig en ze wist niet wat ze moest doen. Uiteindelijk heeft ze dat grensoverschrijdende gedrag toch gemeld. Weet je wat het gevolg was? Hij mocht blijven zitten en zij werd overgeplaatst. En dan had ze nog geluk dat ze niet werd ontslagen. Vandaag zou dat niet zo snel meer gebeuren, want vrouwen worden eindelijk meer geloofd. Daar hebben al die getuigen die in de rechtbank, op tv of in de krant hun verhaal hebben gedaan aan bijgedragen. Heel veel mensen weten nu dat zulke dingen gebeuren. Daardoor zullen ook gewone vrouwen die psychisch, fysiek of seksueel worden belaagd door hun baas, collega of partner sneller geneigd zijn om actie te ondernemen. Niet zozeer door de dader te confronteren, maar door steun te zoeken bij andere vrouwen die hetzelfde hebben meegemaakt. Als de ambtenaar die destijds bij mij aanklopte het gedrag van haar baas samen met een paar andere slachtoffers had kunnen aanklagen, dan was het wellicht anders gelopen.

De voorbije zestig jaar voerde u niet alleen actie voor vrouwenrechten, maar ook tegen racisme en uitbuiting. Beschouwt u dat als één strijd?

Triest: Natuurlijk. Wil je voor vrouwenrechten opkomen, dan moet je ook actie voeren tegen armoede en discriminatie van mensen van kleur. Wie lijdt het meest onder seksueel geweld? Kansarme vrouwen, natuurlijk. Dat was net het mooie van The Movement, waar ik in de VS deel van uitmaakte. In die beweging kwamen de sociale strijd, de vrouwenbeweging en de burgerrechtenbeweging samen. Vandaag is het meer versnipperd. Dat komt voor een stuk door de opkomst van de sociale media. Die hebben een enorm potentieel en kunnen heel veel mensen mobiliseren, maar het is altijd weer kortstondig en gaat doorgaans over één thema. Elke keer weer zijn het andere mensen die de krachten bundelen rond een ander strijdpunt. Bij The Movement was dat anders. Wij kwamen vaak samen, deden ook plezierige dingen en werden op den duur vrienden. Die samenhorigheid was de kracht van onze beweging. Ik besef dus wel dat sociale media een grote invloed kunnen hebben, maar de wereld verander je niet vanachter je computer. Daarvoor moet je op straat blijven komen. Ook ik blijf dat doen.

Waar komt die drang om te betogen vandaan?

Triest: Op de een of andere manier zit dat me in het bloed. De allereerste keer dat ik naar een manifestatie ging, was nochtans dik tegen mijn zin. Dat was in volle schoolstrijd. Van de directie van de katholieke school waar ik toen les volgde, moesten alle leerlingen meestappen in een betoging. ‘Weg met Collard’ (Léo Collard, socialistische minister van Onderwijs van 1954 tot 1958, nvdr) was onze slogan. Ik snapte amper waar het over ging. Die hele schoolstrijd was ook mijn gevecht niet. Ik heb de smaak pas te pakken gekregen toen ik in de jaren zestig naar de grote ‘anti-atoommarsen’ in Brussel ging. In het college in Blankenberge waar mijn toenmalige man en ik lesgaven, vonden ze dat engagement van ons maar niets. We werden allebei aan de deur gezet. Maar dat schrikte me niet af. Integendeel, het sterkte me nog meer in mijn overtuiging. Daarna zijn we aan de universiteit van New Brunswick in Canada terechtgekomen, waar we tegen de discriminatie van mensen van kleur en tegen de Vietnamoorlog betoogden. Ook daar kregen ze genoeg van wat ze onze ‘politieke agitatie’ noemden. Uiteindelijk belandden we in Yellow Springs, waar we pas echt actie begonnen te voeren. (lacht)

Zou u vandaag nog in de VS willen wonen?

Triest: Zeker. Zonder twijfel.

Ook nu de uitspraak over Roe vs. Wade zo veel rechten op de helling dreigt te zeggen?

Triest: Dat maakt het voor mij alleen maar aantrekkelijker. Mocht ik nu in de VS wonen, ik zou meteen op zoek gaan naar manieren om me daartegen te verzetten. Wellicht zou ik binnen de kortste keren weer gaan betogen. (lacht) Wat ik zo mooi vind aan Amerika is dat het een heel dynamische samenleving is. Helemaal anders dan hier. Europeanen vinden het verschrikkelijk dat de Amerikaanse overheid haar burgers amper een vangnet biedt, maar dat zorgt er ook voor dat mensen het heft veel meer in eigen handen nemen. Als je in België langdurig werkloos bent, val je buiten de samenleving en verlies je al snel je zelfvertrouwen. In de VS is dat helemaal anders. Gaat jouw zaak daar morgen failliet, dan zal ik je de raad geven om vooral niet op te geven, een bank te zoeken die je geld wil lenen en te herbeginnen. Je moet jezelf wel weer opkrikken, want er is geen alternatief. De overheid zal je in elk geval niet beschermen. Dat is meteen de reden waarom het op mijn leeftijd niet realistisch is om weer in de VS te gaan wonen. Dat is gewoon geen goed land om oud of ziek te zijn, want gezondheidszorg is er zo goed als onbetaalbaar. Aangezien ik niet zo jong meer ben en ook al gezondheidsproblemen heb gehad, blijf ik dus beter in België. Maar als ik morgen de loterij win en me kan veroorloven om in Amerika ziek te worden, verhuis ik meteen. Zonder aarzelen.

Monika Triest

— 1941: geboren in Aalst

— Doctor in de sociale wetenschappen

— 1965-1968: lesgever aan de University of New Brunswick (Canada)

— 1968-1977: lesgever aan het Antioch College in Yellow Springs (VS)

— 1981-1983: voorzitster van het Vrouwen Overleg Komitee

— 1985-1988: eerste leerstoel vrouwenstudies aan de Universiteit van Amsterdam

— 1988-2008: directiefuncties in het provinciaal onderwijs

— Auteur van onder meer Wat zoudt gij zonder ’t vrouwvolk zijn? en Het andere Amerika.

Partner Content