Montasser AlDe'emeh en Natascha van Weezel

‘Alstublieft, denk na voordat u stelling neemt in een uiterst gecompliceerd conflict’

De Belgische Palestijn Montasser AlDe’emeh en de Nederlands-joodse Natascha van Weezel slaan de handen in elkaar en doen een oproep: ‘Leer op een andere manier naar “de ander” kijken.’

Vorig jaar juni vond tijdens een literaire avond in Amsterdam een bijzondere ontmoeting plaats. De Belgische Palestijn Montasser AlDe’emeh glimlachte naar de Nederlands-joodse Natascha van Weezel. Ze schudden elkaar de hand. Op dat moment deden ze iets, dat een aantal jaar daarvoor ondenkbaar had geleken. Montasser was namelijk voorstander van een Palestijnse volksopstand en wilde voor die zaak zelfs een vrijheidsstrijder worden. Israëli’s zag hij daarbij als legitiem doelwit, of ze nou soldaat waren of niet. Natascha ging als tiener iedere zomer naar haar familie in Tel Aviv. Ze noemde zichzelf een fervent zionist, vond dat de Palestijnen eens moesten ophouden met zagen en flirtte met de soldaten, die Montasser liever dood dan levend zag. In dat Amsterdamse debatcentrum maakten mensen om hen heen foto’s van die kleine uiting van respect: ze vonden het bijzonder dat deze gedoodverfde vijanden sympathie voor elkaar toonden.

Een aantal afspraken volgden in Brussel en langzaam maar zeker groeide een vriendschap tussen hen. De Vlaming en de Nederlandse, met achtergronden die oppervlakkig gezien niet verder uit elkaar konden liggen, herkenden iets in elkaar. Toen Montasser klein was, werd hij geïnjecteerd met haat voor Israël. De afschuwelijke beelden van het onrecht dat zijn Palestijnse broeders in de bezette gebieden werd aangedaan, kwamen via televisiezenders als Al Manar (het kanaal van Hezbollah) rechtstreeks zijn huiskamer binnen. Tegelijkertijd zag kleuter Natascha via haar tv-scherm afgereten lichaamsdelen van Israëlische burgers, na de zoveelste aanslag door de Palestijnse Hamas. Nadat het ijs gebroken was vertelde Montasser over zijn ongelooflijke eenzaamheid als Palestijns kind in het vervreemdende Baardegem, iets waar Natascha zich op een totaal andere manier mee identificeerde: als kleinkind van vier Holocaustoverlevenden kende ze dat gevoel van alleen zijn maar al te goed. Geregeld vertelden klasgenoten haar dat ze die oorlog nou eindelijk eens los moest laten, het was immers al zo lang geleden.

Dyab Abou Jahjah
Dyab Abou Jahjah© Belga

Afgelopen zondag reed een 28-jarige Palestijn met zijn vrachtwagen in op een groep Israëlische militairen in Jeruzalem. Vier van hen kwamen daarbij om het leven. Het waren nog maar kinderen, nauwelijks 22 jaar oud. Dyab Abou Jahjah was er als de kippen bij om via Facebook te reageren: “By any means necessary! #FreePalestine”. Dit bericht werd even later gevolg door de koele mededeling dat een aanval op soldaten in bezet gebied geen terrorisme was, maar een verzetsdaad. Voor zijn ‘heldere boodschap’ kreeg de activist veel bijval en werd hem door sommigen zelfs een heldenstatus toegedicht. Alsof dat nog niet erg genoeg was, mengden ook politici en opiniemakers zich in de gepolariseerde discussie door tegenreacties te Tweeten.

Energie verspild

De gebeurtenissen van de laatste paar dagen zorgen ervoor dat wij, Montasser en Natascha, niet langer zwijgend willen toekijken. Wij keuren zowel de smakeloze Facebook-post van Abou Jahjah, als het laffe politieke spel dat politici over de rug van de slachtoffers proberen te spelen, ten zeerste af. Lang genoeg hebben wij ons tegen elkaar uit laten spelen als weerloze pionnen, lang genoeg zijn we geïndoctrineerd met vuile leugens, en lang genoeg is namens ons de slachtofferkaart getrokken. Dit ging zelfs zo ver dat ook wíj ons lieten verblinden door haat voor ‘de ander’. Zodra we ons echter begonnen te verdiepen in wie die ander nou eigenlijk was, bleek dat niet alleen onzinnig, maar vooral destructief te zijn. Wij hebben spijt van al die jaren en al die energie die we daaraan hebben verspild en weigeren om ons nog langer te laten misbruiken voor het gewin van activisten en politici. We vinden het dan ook bijzonder jammer dat mensen de Palestijnen en Israëli’s nog verder willen verdelen.

Natuurlijk discussiëren wij ook wel eens: heeft Israël een leger nodig om zich te kunnen verdedigen? Kunnen de Palestijnen afzien van iedere vorm van geweld? Het zijn belangrijke vragen, maar elk debat daarover is zinloos zonder dat begrippen als vergiffenis, liefde en empathie op de voorgrond staan. Die missen we nu al te vaak. Wij huilen om het lijden, de pijn van onze medemens. Daarvoor maakt het niet uit in welk land hun wieg stond. Als de kaarten net wat anders waren geschud, dan was Natascha misschien in een Palestijns vluchtelingenkamp in Jordanië ter wereld gekomen en Montasser als jood in Amsterdam. We kunnen niet veranderen wie wij zijn, maar we kunnen wél aandacht besteden aan hoe we elkaar tegemoet treden. Wij haten elkaar niet. Integendeel.

Alstublieft, denk na voordat u stelling neemt in dit uiterst gecompliceerde conflict. Het heeft geen zin om zomaar uw frustraties op tafel te gooien en zo te zorgen voor nog meer polarisatie. De enige duurzame oplossing is wanneer de leiders aldaar elkaar de hand schudden en Palestijnen en Israëli’s op een andere manier naar ‘de ander’ leren te kijken, net zoals wij dat hebben gedaan. Ze moeten elkaar in de eerste plaats niet zien als jood, niet als zionist, niet als Palestijn, niet als moslim, niet als christen, maar gewoon als mens. Want alleen op die manier zal er vrede komen. En vrede, dat willen we uiteindelijk toch allemaal?

Montasser AlDe’emeh (1989) is een Belgisch-Palestijns onderzoeker, jihaddeskundige, islamoloog en radicaliseringsexpert. Hij schreef samen met Pieter Stockmans De Jihadkaravaan, een boek over zijn eigen radicalisering en hoe hij daarna de weg van radicale verzoening is ingeslagen.

Natascha van Weezel (1986) debuteerde op 20-jarige leeftijd met het boek Magere Jaren. In 2012 studeerde ze af aan de Nederlandse Film en Televisie Academie. Twee jaar later regisseerde ze haar eerste documentaire Elke dag 4 mei. Deze non-fictie film gaat over kleinkinderen van Holocaustoverlevenden. Over datzelfde onderwerp publiceerde ze in 2015 het boek De Derde Generatie. Momenteel legt van Weezel de laatste hand aan Thuis bij de vijand, waarvoor ze ook Montasser AlDe’emeh interviewde. In dit boek onderzoekt ze de relatie tussen joden en moslims in Nederland en Vlaanderen,

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content