Bert Bultinck
‘Als Barack Obama het goed meent met zijn land, dan gaat hij snel achter Harris staan’
En plots zitten de Amerikaanse Democraten weer in de race. Toen president Joe Biden afgelopen weekend liet weten dat hij niet langer kandidaat was voor de presidentsverkiezingen in november was dat de zoveelste grote verrassing van deze campagne. De aankondiging van zondag was ook het eerste positieve nieuws voor de Democraten in weken. Dat Biden in één moeite zijn vicepresident Kamala Harris als vervanger naar voren schoof, zorgde alleen maar voor meer optimisme in het blauwe kamp.
En dan was er nog de manier waarop Harris zelf reageerde: elegant maar beslist, strijdvaardig maar niet zegezeker – denk aan de beheerste toon waarop ze reageerde op de zwakke prestatie van Biden in zijn debat met Trump een paar weken terug. Haar tussenkomst was vele malen beter dan de reactie van Biden zelf, de president die pas afstand deed van zijn ambities toen hem het mes op de keel werd gezet, door grote geldschieters van zijn partij, door een hele reeks partijkopstukken, en door de lamentabele peilingen.
Zondag gaf Harris op een soortgelijk besliste toon te kennen dat ze de nominatie wil ‘verdienen’. Dat relatief bescheiden statement maakte het moeilijk om haar van voortvarendheid te beschuldigen, waardoor er geen tegenkandidaten in het veld werden gestuurd – of toch niet meteen. En er valt meer goeds te vertellen over haar. Nog voor Biden zijn terugtreden bekendmaakte, wees The New York Times-columnist Ezra Klein in zijn podcast erop dat Harris de laatste weken niet op het minste foutje te betrappen was. Ten slotte is het dramaturgisch niet verkeerd dat Harris – een voormalige procureur – nu tegen een veroordeelde – Donald Trump – zou kunnen komen te staan. Er zit weer leven in de Amerikaanse Democraten.
Niet alleen hebben de Democraten met Harris opnieuw een kans om te winnen, maar ook de Verenigde Staten zelf.
Dat optimisme is begrijpelijk, maar ook een tikje riskant. Het was het Britse blad The Economist dat als eerste grote titel pleitte voor een competitie onder verschillende Democratische kandidaten – en dus niet zomaar achter Kamala Harris ging staan. Harris zou een kandidaat van het establishment zijn, een carrièredemocrate die gemakkelijk van links naar het centrum schuift en weer terug, onder meer als het gaat over de doodstraf, of over haar controversiële antispijbelbeleid als procureur in Californië, inclusief gevangenisstraffen voor de ouders van de meest weerbarstige jongeren.
In debatten kan Harris scherp zijn, maar als ze spontaan een langer verhaal moet brengen scoort ze minder goed. Ook dat, zo zeggen kwatongen in haar eigen partij, zou aan haar beperkte beginselvastheid liggen. Maar het grootste risico is nog iets anders. Harris is een vrouw van Afrikaans-Aziatische afkomst, en noch haar geslacht noch haar achtergrond is in de Verenigde Staten doorgaans een voordeel, om het zacht uit te drukken. In de peilingen scoort ze niet veel beter dan Biden zelf, die het de laatste maanden erg moeilijk had om zijn palmares te verdedigen tegen de aanvallen van Trump. Als Harris de nominatie binnenhaalt, zal zij die erfenis moeten verdedigen. Dat wordt zo mogelijk nog lastiger.
Toch is het duidelijk wat de Democraten nu moeten doen: zo snel mogelijk massaal achter Harris gaan staan. Biden wordt nu alom geprezen vanwege zijn beslissing, maar het finale oordeel over hem – is hij er moedig uitgestapt, of heeft hij juist veel te lang gewacht? – komt pas over vele jaren, en al helemaal niet voor 5 november. In alle geval is het getalm van Biden niet half zo destructief als een slopend gevecht zou zijn binnen de Democratische clan. Een aanslepende ruzie zou alle voordelen weer tenietdoen. Op sociale media laten de Republikeinen de popcorn al aanrukken.
Belangrijke leden van de Democratische Partij lijken dat gevaar te beseffen. Na Biden spraken onder meer ook voormalige president Bill Clinton en zijn vrouw Hillary Clinton hun steun uit, naast een rist prominenten uit het Huis van Afgevaardigden en de Senaat. Voormalig president Barack Obama houdt het voorlopig op een strategisch zwijgen. Als hij het goed meent met zijn land, dan gaat hij snel achter Harris staan.
De beslissing van Biden van dit weekend geeft hoop. Niet alleen hebben de Democraten met Harris opnieuw een kans om te winnen, maar ook de Verenigde Staten zelf. Nu Biden is vertrokken, is het beeld van Amerika als sterfhuisdemocratie ook weg. Als er straks een vrouw met Jamaicaans-Indiase wortels op het stembiljet prijkt, dan kan het weer een land van de toekomst worden, in plaats van een reservaat van het verleden.