Afwijken van de mensenrechten, hoe doe je dat?

Recep Tayyip Erdogan, president van Turkije, en Francois Hollande, president van Frankrijk. © REUTERS

Frankrijk en Turkije mogen op dit moment afwijken van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Niet zo slecht, zeggen sommige mensenrechtenexperts, al is het in België onmogelijk volgens de grondwet. ‘Beter een tijdelijke afwijking dan een permanente verlaging van de mensenrechtenstandaard.’

In de nasleep van de aanslagen in Parijs kondigde de Franse president François Hollande de noodtoestand af. In dit geval betekent dat ook dat de Franse uitvoerende macht maatregelen kan nemen die indruisen tegen het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. De Turkse president Recep Tayyip Erdogan volgde Hollandes voorbeeld na de mislukte staatsgreep in Turkije.

Verschillende media spraken in dat kader de afgelopen weken over een opschorting van de mensenrechten. Dat is niet het juiste woord, zegt Stefan Sottiaux, mensenrechtenprofessor aan de KU Leuven. ‘Het is fout om van een opschorting van mensenrechten te spreken. In zowel Frankrijk als Turkije blijven alle artikelen van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens in beginsel gelden’, verzekert hij.

‘Het gaat over het afwegen van de individuele grondrechten tegenover het algemeen belang’

Paul Lemmens, rechter Europees Hof voor de Rechten van de Mens

Net zoals zijn collega Paul Lemmens, naast professor ook rechter in het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, spreekt Sottiaux van een ‘bijzondere afwijking’. Er is zelfs een bepaling in het Verdrag die zo’n afwijking toelaat en reguleert, artikel 15. Dat stelt dat ieder land van het EVRM afwijkende maatregelen kan nemen in oorlogstijd of een andere ‘noodtoestand die het bestaan van het land bedreigt’. ‘Het gaat over het afwegen van de individuele grondrechten tegenover het algemeen belang’, zegt Lemmens.

De noodtoestand geeft een land geen vrijgeleide en moet voldoen aan enkele voorwaarden. Om te beginnen moet het land het begin van de noodtoestand melden aan Thorbjørn Jagland, de secretaris-generaal van de Raad van Europa. Het land moet Jagland ook op de hoogte brengen van het einde van de noodtoestand.

Vier, zes of veertien dagen

Op bepaalde rechten valt, zelfs in noodtoestand, niets af te dingen. Het recht op leven blijft pal overeind staan, net zoals het folterverbod en het ‘geen straf zonder wet’-principe. Verder moeten de afwijkingen proportioneel zijn ten opzichte van de bedreiging.

Zo kreeg Frankrijk in februari nog kritiek van Amnesty International en Human Rights Watch. Het land mag nu weliswaar huiszoekingen uitvoeren zonder gerechtelijke tussenkomst, maar de ngo’s stelden vast dat tijdens die acties, dikwijls ’s avonds laat of ’s nachts, bewoners van het huis onder vuur gehouden werden of werden geboeid. Bovendien kregen de betrokkenen vaak slechts een vage uitleg voor de reden van de huiszoekingen, die zelden leiden tot verder strafrechtelijk onderzoek.

Op bepaalde rechten valt, zelfs in noodtoestand, niets af te dingen. Het recht op leven blijft pal overeind staan, net zoals het folterverbod en het ‘geen straf zonder wet’-principe.

Sottiaux geeft nog een ander voorbeeld van proportionaliteit rond de maximale duur van voorhechtenis zonder dat de verdachte een advocaat of een rechter ziet. Als die normaal twee dagen is, kun je die uitbreiden naar bijvoorbeeld vier of zes dagen, maar niet naar veertien dagen. In dat laatste geval zal het Europees Hof wellicht vaststellen dat de maatregel niet in verhouding is met de dreiging. Je kan niet in het oneindige afwijken.’

‘Landen beslissen zelf’

Ook de duur van de noodtoestand moet proportioneel zijn. ‘Als er bijvoorbeeld al twee jaar een bijzondere afwijking geldt zonder dat er een concrete dreiging is, zal het Hof veel strenger oordelen over klachten die tegen het land worden ingediend.’ Lemmens benadrukt wel dat het in de eerste plaats de nationale overheden zijn die beslissen of de afkondiging van een noodtoestand nodig is.. ‘Het Hof laat dat over aan diensten die in op nationaal niveau de dreiging meten, zoals het OCAD (Orgaan voor de Coördinatie en de Analyse van de Dreiging, nvdr) in België’, zegt Lemmens. ‘Wat het Hof doet, is achteraf de maatregelen toetsen die onder die noodtoestand genomen worden en die betwist worden in Straatsburg om te zien of het land in kwestie niet té ver is afgeweken.’

‘Onze grondwet verbiedt simpelweg om van de normale grondrechtenbescherming af te wijken’

Stefan Sottiaux, professor mensenrechten (KU Leuven)

In de geschiedenis hebben vijf landen zo’n afwijking aangevraagd. Turkije deed dat in de strijd tegen de PKK, het Verenigd Koninkrijk om de Ierse afscheidingsbeweging IRA het hoofd te bieden. Frankrijk doet het nu, net als Turkije en Oekraïne, omwille van de spanningen in het oosten van het land. ‘Griekenland heeft dat ook gedaan onder het kolonelsregime van de jaren 60 en 70, waardoor dat een bijzonder geval is’, zegt Sottiaux.

Guantanamo, omzeiling van de grondwet

Had België dan ook kunnen afwijken van de mensenrechten na de aanslagen van 22 maart? ‘Een beroep op artikel 15 is theoretisch mogelijk. Maar onze eigen Belgische grondwet is strenger dat het Europees Verdrag’, zegt Sottiaux. ‘Onze grondwet verbiedt simpelweg om van de normale grondrechtenbescherming af te wijken.’ Dat is niet uitzonderlijk. Ook in de grondwet van de Verenigde Staten staat dat een uitzondering op de mensenrechten onmogelijk is, al gebeurt het in de praktijk toch. ‘Guantanamo ligt bijvoorbeeld buiten de Amerikaanse grenzen. Op die manier omzeilen de Amerikanen hun eigen grondwet.’

‘In de strijd tegen terrorisme is het parlement van plan om de Grondwet te wijzigen en zo de voorlopige hechtenis voor terroristen te verlengen. De kans dat dat wordt teruggedraaid, eens de dreiging is geweken, is klein’

Stefan Sottiaux, professor mensenrechten (KU Leuven)

Het gebrek aan afwijkmogelijkheden kan paradoxaal genoeg zwaardere gevolgen hebben voor het mensenrechtenniveau dan een situatie zoals in Frankrijk. Sottiaux haalt het voorbeeld aan van artikel 12 van de Belgische grondwet. ‘In de strijd tegen terrorisme is het parlement van plan om de Grondwet te wijzigen, zodat de voorlopige hechtenis voor terroristen nu maximaal 48 of zelfs 72 uur kan duren in plaats van 24 uur. De kans dat dat wordt teruggedraaid, eens de dreiging is geweken, is klein’, zegt Sottiaux. ‘Daarvoor is de procedure om de grondwet aan te passen te complex en zal wellicht geen politieke wil bestaan.’

Opvallend is dat er in de situaties van Frankrijk en Turkije enkel wordt gesproken over het Europees Verdrag en niet de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens. ‘Een verklaring is niet juridisch bindend, een verdrag wel’, verklaart Sottiaux eenvoudig. ‘Daarnaast komen beide teksten grotendeels overeen. Wie van het Verdrag afwijkt, wijkt dus ook af van de Verklaring, alleen hoef je dat laatste nergens te melden.’ (JVL)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content