Matthias Somers

‘Wat zou ik mij mengen in dat gekakel waar ik zo moe van word?’

Matthias Somers Wetenschappelijk medewerker van de progressieve denktank Minerva

‘Hier hoort eigenlijk een snijdende column of een meer bezadigd stuk te staan’, schrijft Matthias Somers in de tweede aflevering van het nieuwe seizoen van het Schaduwparlement. ‘Maar het hoeft nu even niet.’

Dit stuk maakt deel uit van de reeks ‘Het Schaduwparlement van Knack.be‘.

Beste lezer,

Hier hoort eigenlijk een snijdende column te staan over een of ander actueel politiek thema, een vurig betoog waarin ik de maat neem van een of andere kwiestenbiebel met een andere politieke kleur dan de mijne -en dus de foute politieke kleur (bij voorbaat verdacht! zo iemand moet wel dom zijn, of toch van slechte wil, en hoogstwaarschijnlijk nog inslecht ook)- die zichzelf in de kijker wilde plaatsen met een idiote uitspraak of een verwerpelijk voorstel. Hier hoort eigenlijk een stukje te staan waarin ik me met elke komma en elk punt meer begin op te jagen over de absolute stompzinnigheid van de huidige politieke kaste, een bijdrage waarin ik mezelf kan tonen als het baken van intelligentie en morele superioreit in dit oord van middelmatigheid en immoraliteit vol mensen die hun menselijkheid verloren zijn, gedreven als ze zijn door misbegrepen eigenbelang en misplaatste eigenwaan (alleen ik niet, oh neen, ik sta hier boven, en godgelijk aanschouw ik het gewoel onder mij, klaar om het onpartijdig en onbevooroordeeld te becommentariëren voor u, beste lezer).

‘Wat zou ik mij mengen in dat gekakel waar ik zo moe van word?’

Of een meer bezadigd stuk, dat zou hier ook kunnen staan, een column waarin ik een schromelijk vergeten thema onder de aandacht probeer te brengen van een publiek dat druk doende is zich druk te maken over het Wetstraatrelletje van de dag – waarvan een tel later niemand zich nog kan herinneren waar het nu eigenlijk om ging, maar wie maalt daar om, we hebben ons toch weer even kunnen laten gaan, nietwaar, en och, het had wel wat amusementswaarde, ook al leverde het niets meer op dan een paar schreeuwerige krantenkoppen, een resem beledigingen op twitter of facebook en in de mailbox, en wat ooggerol op de koop toe. Een meer bezadigd stuk, dus, dat u, beste lezer, even aan het denken zet over iets dat in al uw opwinding even aan uw aandacht was ontsnapt. Maar zo’n meer bezadigd stuk, kom, laten we eerlijk zijn, dat klikt toch een pak minder, en het deelt ook niet zo vlot.

Maar niets van dat alles. Terwijl ik dit schrijf klettert de regen tegen de ruiten, en ik schuif de kranten aan de kant. Het hoeft even niet. Wat zou ik mij met mijn gekakel mengen in dat gekakel waar ik zo moe van word? Neem nu die hele historie met die vluchtelingen, dat plots weer een thema is nu ze zo akelig dichtbij durven komen – veel makkelijker was het toen ze nog braaf verzopen in zee, of beter nog, ergens waar we niet eens hoefden te weten dat ze stierven, maar zelfs dat is ons niet meer gegund.

‘U leest vandaag misschien maar best iets anders’

Neem dus die historie met die vluchtelingen, en hoor dan een Gwendolyn Rutten bezig over haar blanco cheques. Terwijl ze daar haar onzin zit uit te kramen en daarbij op generlei wijze gehinderd lijkt te zijn door zoiets als liefde voor de waarheid (och, zo’n holle frase), weet je dat ze enkel denkt aan hoe dit spelen zal bij haar achterban, en die arme drommels, wat maakt het uit, niet haar probleem.

Net zomin als het mijne. Want ook als ik er iets over schrijf, zal het niemand ook maar enigszins aan zoiets als ‘een beter leven’ helpen.

Neen, het hoeft dus even niet. Laat me maar mistroostig door het raam staren, een soundtrack vol aanzwellende violen op repeat op de achtergrond, en u, beste lezer, u leest vandaag misschien maar best iets anders.

Partner Content