Waar verloren we de aandacht voor elkaar?

‘De hand moet onvoorwaardelijk blijven reiken naar een doorgedraaide buur of depressieve klasgenoot die -wie weet- op het punt staat een aanslag op zichzelf te plegen of diens omgeving zijn zieke les te leren.’

In een tijd waarin angst en terreur de krantenkoppen bepalen en politici en experten vertellen dat we ons meer moeten ‘wapenen’ tegen extreem geweld, worden we overspoeld door repressieve voorstellen en maatregelen. Maar willen we een écht veilige samenleving – in elke betekenis van het woord – dan moeten we ook samen, van onderuit veiligheid opbouwen.

Dat angst goed in de markt ligt, dat moet je terroristen, politici en pers niet meer vertellen. In een poging om zowat elke geweldpleging met religieus terrorisme te linken, haasten zowel regeringsleiders, kranten als IS zich om aanwijzingen in die richting te zoeken. Als een cascade waarin georganiseerde angst gecultiveerd wordt, brengt het steeds meer slachtoffers en daders voort. Het lijkt wel een sneeuwbaleffect dat mensen op de rand een duwtje in de rug geeft, dat ruimte en vrijheid schept om wanen te versterken of te bevestigen met (meer) tragische gebeurtenissen tot gevolg.

Uitzichtloosheid

Waar verloren we de aandacht voor elkaar?

Natuurlijk moeten we niet blind zijn voor de dreiging van terrorisme. Het spreekt voor zich dat we moeten nadenken over de juiste maatregelen om onze veiligheid te garanderen. Maar al te vaak blijven die maatregelen steken in stoere taal en repressieve maatregelen die vanuit een beperkte kijk problemen van bovenaf willen aanpakken. We lijken volledig afgestapt van een betrokken en bezorgde kijk op onze omgeving. Iedere op hol geslagen geest heeft toch een buur, ouders, vrienden of kennissen, (ex-)leerkrachten of verzorgers? Gek of geradicaliseerd word je toch niet op één-twee-drie?

Om meer betrokkenheid en verbondenheid te creëren hebben we naast een Homeland Securtity nood aan investeringen op alle verschillende niveaus: onderwijs, tewerkstelling, gezondheidszorg, kinderopvang, familiale hulp, sportclubs, wijkpolitie, enzovoort. Alleen zo kunnen we een netwerk blijven bouwen van gezins-, welzijns- en politionele werkers om samen gezinnen te sterken, deuren te openen en kansen te blijven bieden om bij de samenleving te horen. Want het is de isolatie, de uitzichtloosheid die niet kan rekenen op begrip en steun die de hoop op vooruitgang doet verliezen.

Het uitzichtloze besef dat omstandigheden niet of zeer moeilijk veranderen, dat ondanks hard werk het leven toch altijd een overleven blijft: dat is moeilijk om dragen. Dat besef zoekt uitwegen. Vandalisme, geweld tegen zichzelf of, nog erger, tegenover anderen in of buiten het gezin – het zijn al te vaak vormen van radeloosheid.

En de realiteit?

En dan komt steeds het argument dat links de ogen wil sluiten voor ‘de realiteit’, dat het de dader wil goedpraten. Maar is net die houding niet de ogen sluiten voor een realiteit die men niet wil zien? Door enkel zichzelf als individuele norm te nemen en elke maatschappelijke verantwoordelijkheid weg te honen, ontdoet men zich van een ongemakkelijke waarheid: we falen als maatschappij.

Depressies, burnouts en opkomend geweld in de meest extreme vormen kiemen vaak in dat verlies van hoop op vooruitgang. Daar ligt, in onze zoektocht naar veiligheid en zekerheid, evenzeer een taak. Daar moeten we perspectief blijven bieden, eerlijk durven zijn en iedere vorm van ongelijkheid proberen terug te dringen. Onrecht en slachtoffers die voortkomen uit kwetsbare situaties mogen we niet tolereren. Daar moeten we collectieve antwoorden op blijven formuleren. Bij voorkeur antwoorden waar we ook effectief iets mee kúnnen. Zoals historicus Rutger Bregman onlangs schreef voor De Correspondent: “Het gaat er niet alleen om of een verklaring klopt, het gaat er ook om welke verklaring ons verder helpt. (…) Ongelijkheid kun je verminderen, het bankwezen kun je reguleren, het onderwijs kun je verbeteren.”

Collectieve verantwoordelijkheid

De hand moet onvoorwaardelijk blijven reiken naar een doorgedraaide buur of depressieve klasgenoot die -wie weet- op het punt staat een aanslag op zichzelf te plegen of diens omgeving zijn zieke les te leren.

We moeten dus investeren in kaders van betrokkenheid – een alomvattende keuze voor een eerlijke en sterkere samenleving. Het is dat of inderdaad steeds meer uitgeven aan veiligheid en justitie. In zijn 11 juli-rede, die in het teken stond van Utopia, zei rector Rik Torfs dat we verkeren in een samenleving waarin het slachtoffer alles is en de dader onvoldoende respect krijgt. Hij verwoordde het nog straffer en had het over een commerciële cultus van het slachtoffer die de ogen sluit voor de – vaak – verpletterende collectieve verantwoordelijkheid van een dader.

Of het nu gaat over de recente gebeurtenissen in Nice of München, telkens zie je dat achter het dadersprofiel een zeer zwak en kwetsbaar persoon schuilgaat die door opgekropte woede, angst of verdriet een totaal verstoorde perceptie van mens en maatschappij heeft. De dader is veelal een kruitvat van heel wat ziektebeelden: van depressie tot psychose, van angststoornis tot borderline. Allemaal problematieken die vanuit eenkwetsbaarheid problematisch gedrag kunnen voortbrengen.

Dodelijke factor

Heel wat tendensen binnen de huidige politieke cultuur zetten de individuele verantwoordelijkheid voorop. Gek ben je en word je niet. Toch zei psychiater Inez Myin-Germeysi in de Campuskrant nog: “We moeten de zwarte doos van het leven durven openen. De grootste risicofactoren voor een psychose komen niet uit de patiënt zelf, maar uit zijn omgeving: leven in een grote stad, gepest worden, …” Sociaal onrecht is in die zin een dodelijke factor in onze samenleving.

Het antwoord op die problematiek is bij de vele hervormingen en besparingen van deze huidige regering ver zoek. Het huidige beleidinvesteert nauwelijks in het algemeen welzijn. Het pompt geld in schijnveiligheid: de toeters en bellen van politionele snufjes en in een politiek van opzichters in plaats van betrokken toezichters. Dat zo de veiligheid van de staat ondergraven wordt en dat we angstiger gemaakt worden, werkt polarisatie en geweld in de hand. Moedige politieke keuzes liggen in het investeren in brugfiguren en in een antwoord op extreme armoede. Een realistische optie die écht een verschil kan maken. Door toegankelijke en betaalbare voorzieningen voor iederéén.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content