‘Vrouwen op alle niveaus in de kerk’

In een kerstinterview met Knack spreekt Johan Bonny, bisschop van Antwerpen, zich opmerkelijk uit over de zaak-Vangheluwe en het priesterschap.

Monseigneur, was u blij met uw benoeming tot bisschop?

Johan Bonny: Die vraag kan ik niet met een eenvoudig ja of nee beantwoorden. Het is alvast eerlijker de plaatselijke zorgen van een kerkgemeenschap te delen dan van een veilige afstand in een makkelijke positie naar de situatie te kijken.

U kwam al snel in woelig water terecht. De affaire-Vangheluwe en de pedofiliekwesties hebben het imago van de kerk veel schade toegebracht.

Bonny: De meeste slachtoffers die ik ontmoet zijn intussen de 60 voorbij. Juridisch kan voor hen maar weinig meer gebeuren. Toch moeten we als kerk nagaan wat we nog voor hen kunnen doen. We moeten bereikbaar zijn, ook voor slachtoffers van verjaarde feiten. Voorts moeten we er alles aan doen om dergelijke feiten in de toekomst te voorkomen. Als bisschop heb ik tegen drie priesters preventieve maatregelen genomen, die nog steeds van kracht zijn. Het ging telkens om verjaarde feiten die al door het gerecht behandeld waren, maar ik vond het toch noodzakelijk om preventief op te treden. Enkele weken na mijn benoeming tot bisschop werd een priester veroordeeld tot een lange gevangenisstraf. Bij elke klacht moeten de gerechtelijke instanties ingelicht worden.

Wat zijn de grootste moeilijkheden waarmee u in Antwerpen te kampen hebt?

Bonny: Er zijn beduidend minder priesters, diakens en religieuzen dan elders in Vlaanderen. De gemiddelde leeftijd van de actieve priester in het bisdom Antwerpen ligt momenteel tussen de 75 en de 80 jaar. Ik heb heel erg met die mensen te doen. Het is mijn grote zorg hoe we aan nieuwe priesters kunnen komen. We moeten meer kandidaten vinden voor het diaconaat. Maar ook en vooral moeten we trachten leken aan te spreken. We moeten hen degelijk vormen en hen meer taken durven toevertrouwen.

De beweging Gelovigen nemen het woord wil dat de kerk het priesterschap voor gehuwde mannen en vrouwen openstelt.

Bonny: Ik heb er alle begrip voor. De kerk mag het debat over de wijdingscriteria niet uit de weg gaan. Persoonlijk geloof ik sterk in de waarde van het ongehuwde priesterschap en een volledige beschikbaarheid voor Christus en de kerkgemeenschap. Daarnaast meen ik dat de wijding van een aantal gehuwde mannen of diakens tot priester een verrijking voor de kerk kan zijn. In de oosters-katholieke kerken zijn gehuwde priesters veeleer regel dan uitzondering. Dat gegeven is dus voor de katholieke kerk niet onbekend. De wijding van vrouwen tot priester ligt theologisch veel moeilijker. In het Westen leeft die verzuchting in brede lagen van de bevolking, maar wereldwijd is het draagvlak daarvoor uiterst klein. Toch vind ik dat over de plaats en de rol van de vrouw in de kerk verder moet worden gesproken. Vrouwen moeten in de kerk verantwoordelijke taken kunnen opnemen, op alle niveaus.

Bart Demyttenaere

Partner Content