Bert Bultinck

‘”Vrijheidskonvooi” doet denken aan indignado’s: moeilijk politiek te vertalen, afkeer van hiërarchie’

Bert Bultinck Hoofdredacteur van Knack

‘De betogers militeerden zo hard voor de “vrijheid” dat iedereen vrij bleef om voor alles, en dus ook een beetje voor niets, op straat te komen’, schrijft Knack-hoofdredacteur Bert Bultinck.

De timing is een beetje vreemd. De betoging tegen het coronabeleid is bovendien een verwaterde versie van een uit de hand gelopen Canadese actie. En de stoet van mobilhomes en bestelwagens zal per saldo weinig effect sorteren, al was het maar omdat de deelnemers het niet eens zijn over wat ze willen bereiken. Het ‘vrijheidskonvooi’ dat al sinds eind vorige week in Frankrijk protesteert, en maandagochtend ook in ons land voor gedoe zorgde, heeft niet echt een eisenpakket of een programma. De betogers militeerden zo hard voor de ‘vrijheid’ dat iedereen vrij bleef om voor alles, en dus ook een beetje voor niets, op straat te komen. De eerste krantenreportages brachten Fransen in beeld die ‘alles’ beu zijn en zich storen aan ‘alle maatregelen’. Dat kwam goed uit: we wáren namelijk al volop aan het versoepelen. Zoals een twitteraar opmerkte: ‘Héél snel nog demonstreren voor alle coronamaatregelen afgeschaft zijn.’

De politie organiseerde maandagochtend filterblokkades om en rond Brussel om betogers uit het centrum weg te houden, en enigszins ironisch had de actie alleen al daardoor toch een zeker effect. De verwachting van hinder bracht uiteindelijk ook echte hinder. Maar het was een effect van het onderste schap: een beetje aandacht. En het was dan ook nog eens aandacht voor een signaal dat zo diffuus was dat iedereen er zijn eigen conclusies aan kon verbinden. Het Nieuwsblad ving vorige week de woorden van een megafoon op: ‘We zijn een burgerbeweging. We komen in vrede. En: we hebben geen leider.’ Het vrijheidskonvooi doet denken aan de indignado’s, de protestbeweging die ontstond in 2011, toen de gevolgen van de financiële crisis zich onder meer in Spanje echt begonnen door te zetten. Ook Occupy Wall Street, het New Yorkse broertje van de indignado’s, en recenter de gele hesjes gingen prat op de afkeer van hiërarchie. En ook die acties bleken moeilijk politiek te vertalen.

‘Vrijheidskonvooi’ doet denken aan indignado’s: moeilijk politiek te vertalen, afkeer van hiërarchie.

Niet dat de demonstraties identiek zijn, en de demonstranten al helemaal niet. De gelijkenis is dat het soms zeer disparate ongenoegen moeilijk te peilen is, dat het ongenoegen bij die relatief kleine groep groot is, en dat ze veel media-aandacht krijgen. In die zin lijken de coronaprotesten een beetje op verkiezingen, en dan vooral op de oefeningen in exegese die al tientallen jaren een fenomeen als ‘de proteststem’ proberen te doorgronden. En net als pakweg sinds Zwarte Zondag in 1991, toen extreemrechts ocharme 10 procent van de stemmen wegkaapte, lijkt iedereen ervan overtuigd dat er veel op het spel staat. En weet niemand echt goed wat te doen. Zeker in het licht van ‘2024’, zo wordt dan omineus gefluisterd, met de verwachte monsterscore voor Vlaams Belang, worden naald en draad bovengehaald om het kostbare weefsel toch een beetje te herstellen.

In zijn onspectaculaire maar goed doortimmerde boek Met elkaar – voor elkaar houdt filosoof Patrick Loobuyck een pleidooi voor solidariteit tijdens en na coronatijden. Hij benadrukt het belang van koude én warme solidariteit. De koude solidariteit komt voort uit de abstracte instituties van de welvaartsstaat – die weliswaar zeer concrete voordelen opleveren. Denk aan de sociale zekerheid, die door socioloog Mark Elchardus ooit werd omschreven als ‘misschien het enige 20e-eeuwe artefact dat de vergelijking met de middeleeuwse kathedralen kan doorstaan’. De warme variant bestaat uit zeer concrete, kleine, lokale acties van geëngageerde burgers die, bijvoorbeeld, hun buren helpen. Het goede nieuws is dat in België die koude solidariteit de laatste jaren nog vrij goed overeind is gebleven, en dat ze haar nut onomstotelijk heeft bewezen in de coronacrisis. Met de warme solidariteit is het in ons land ook niet zo slecht gesteld, en niet alleen tijdens de Warmste Week.

Nu het leven hopelijk voor langere tijd weer wat makkelijker wordt, zonder ellendige coronaregels, komt er misschien ruimte om de vruchten van de solidariteit te zien, en niet alleen de belastingen. Of dat Brussel op korte termijn hindervrij zal maken, is zeer de vraag. Het zou zomaar eens kunnen dat er maandag te veel schijnwerpers werden gericht op een bende aandachtszoekers die eigenlijk niet eens zoveel recht hadden om te klagen. Maar bij ontstentenis van een heldere boodschap van de ridders van de eigen vrijheid is een pleidooi voor de dubbele solidariteit wel de beste reactie die er te verzinnen valt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content