In De Zevende Dag gingen de Vlaamse parlementsleden Matthias Diependaele (N-VA) en Hermes Sanctorum (Groen) in debat over Uplace. ‘Iedereen die recht in zijn schoenen staat, zou een parlementaire onderzoekscommissie moeten ondersteunen.’
Groen vraagt een parlementaire onderzoekscommissie naar de komst van Uplace. ‘Die zou de waarheid naar boven moeten spitten’, stak Hermes Sanctorum van wal in De Zevende Dag. ‘Er zijn op zijn minst aanwijzingen dat Uplace een voorkeursbehandeling heeft gekregen van de Vlaamse regering. De Raad van State heeft de vorige milieuvergunning vernietigd omwille van partijdigheid.’
De afgelopen weken kwamen er opnieuw veel reacties op de komst van Uplace. De Vlaamse regering heeft het licht op groen gezet voor de bouw van het belevingscentrum in de schaduw van het viaduct van Vilvoorde. Er worden vragen gesteld bij de manier waarop het dossier rond is geraakt, en de impact op het milieu.
‘Sfeer van belangenvermening’
Matthias Diependaele is niet opgezet met de uitpsraken en de insinuatie van vriendjespolitiek. ‘Dit is een typische Vladimir Poetin-techniek’, stelt hij. ‘U maakt iedereen die het niet met u eens is verdacht, en creëert een sfeer van belangenvermening.’
‘Ja, er zijn in het verleden procedurefouten gemaakt. Maar u stelt het hier voor alsof er met enveloppen onder tafel is geschoven. Wat zijn de aanwijzingen die u daarvoor heeft?’
Volgens Diependaele is een parlementaire onderzoekscommissie het zwaarste instrument dat het parlement ter beschikking heeft, en daar wordt best niet lichtzinnig mee omgesprongen.
Sanctorum draait die redenering om: ‘Het is in ieders belang dat zo’n commissie wordt opgericht. Iedereen die recht in zijn schoenen staat, zou dat moeten ondersteunen. U zou dat eigenlijk mee moeten ondersteunen’, werpt hij Diependaele voor de voeten. ‘Want zo lang de sfeer van partijdigheid en belangenvermening blijft bestaan, blijft dit dossier vergiftigd. De Vlaamse regering is rechter en partij tegelijk.’
‘Geen voorkeursbehandeling voor projectontwikkelaars’
Ondernemer Bart Verhaeghe, een van de gezichten van Uplace, zei eerder deze week dat hij blij was dat de Vlaamse regering woord had gehouden.
Dat is tekenend, vindt Sanctorum. ‘Een overheid mag geen woord geven of een garantie krijgen dat alles in orde komt: we mogen geen voorkeursbehandeling geven aan projectontwikkelaars.’
‘Ik heb geen uitstaans met mijnheer Verhaeghe. Dit is een dossier dat wij geërfd hebben’, verdedigt Diependaele zich. ‘De vraag die we ons in Vlaanderen moeten stellen is of we er nog in slagen om twee stenen op elkaar te leggen zonder dat we zeven keer naar de Raad van State moeten. Afspraken moeten nageleefd worden, zonder dat de overheid vervalt in kontendraaierijpolitiek.’
Het feit dat de vorige milieuvergunning is geschrapt, vindt hij het mooiste bewijs dat er helemaal geen sprake is van belangenvermenging.
‘Niemand heeft een alternatief voor Uplace’
Ook van de mogelijke negatieve effecten van Uplace op het verkeer op de Brusselse Ring is Diependaele niet overtuigd. ‘De problemen die er al zijn op de hoofdwegen, zullen maar beperkt verslechteren door Uplace. En dat is het gevolg van de flankerende maatregelen’, meent Diependaele.
Hij haalt ook aan dat er geen enkele partij is die een alternatief heeft voor Uplace.
(JH)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier