Leo Neels

Titeljournalisitiek

Leo Neels Advocaat en Prof. (em.) Mediarecht KULeuven en UAntwerpen

De directeur media van de VRT is “verbolgen en ontgoocheld” over de titel die DM boven zijn interview (DM 22 jan.) had afgedrukt: “Uitspraak van de minister is een ongeziene politieke bemoeienis”. Zijn lezersbrief (DM 23 jan.) luidt: “Dergelijke zwaarwichtige kretologie is niet aan mij besteed en heb ik ook niet uitgesproken tijdens het interview”. De minzame Leo Hellemans raakt hier een delicaat punt: krantentitels.

De directeur media van de VRT is “verbolgen en ontgoocheld” over de titel die DM boven zijn interview (DM 22 jan.) had afgedrukt: “Uitspraak van de minister is een ongeziene politieke bemoeienis”. Zijn lezersbrief (DM 23 jan.) luidt: “Dergelijke zwaarwichtige kretologie is niet aan mij besteed en heb ik ook niet uitgesproken tijdens het interview”. De minzame Leo Hellemans raakt hier een delicaat punt: krantentitels.

Titels worden vandaag vaak autonoom geproduceerd, in een redactioneel titelfabriekje op het niveau van de eindredactie. Redacteurs en redactrices die interviews doen of andere stukken schrijven, hebben daar vaak geen zeggenschap meer over, en lezen de titel boven “hun” stuk ’s anderendaags. Ook als het stuk ondertekend blijft met hun naam, en ze even verrast zijn door de titel als de persoon die ze interviewden over “zijn” of “haar” uitspraken.

Zo krijg je dus “zwaarwichtige kretologie”. De eindredactie zoekt de additionele “pointe” en tracht de aandacht van lezers te lokken met een her-taling. De nuance is, letterlijk, voor de kleine lettertjes, voor het redactioneel stuk zelf. Dat is doorzichtig en wekt grote ergernis bij lezers en lezeressen, toch gaan redacties ermee door. Het is een kwalijke praktijk, die de standaard lijkt geworden bij zowat alle redacties.

Vandaag (24 jan.) nog, in DM : “Populair maagmedicijn is voortaan voorschriftplichtig”, of in DT: “Enkel op voorschrift”. In de tekst zelf staat dat niet. Daarin staat dat, omwille van mogelijke bijwerkingen, het Geneesmiddelenagetschap een voorstel overmaakte aan het labo om het vrij verkrijgbaar geneesmiddel voorschriftplichtig te maken, zover zijn we evenwel niet. Het labo beschikt over een termijn om zijn standpunt te ontwikkelen, andere oplossingen, zoals wijziging van de bijsluiter of extra advies van de apotheker bij aflevering, zijn niet uitgesloten. Toch: een stellige titel, kranten die pronken met een alsof-waarheid.

Zo gaat al langer een kwakkel mee, die aan de heer Bertrand, de beminnelijke topman van Ackermans & Van Haaren, de uitspraak toeschrijft dat de regering-De Rupo “marxistisch” zou zijn. Wie Luc Bertrand kent, de meester van de nuance, weet dat het uiterst onwaarschijnlijk is dat hij zich zo zou hebben uitgedrukt. “Ce n’est pas du socialisme, c’est du marxisme”, zo stond het nochtans in L’Echo en DT (22 sept. 2012). De rest is geschiedenis: “Luc Bertrand zegt wat andere ondernemers denken”, en een heuse polemiek. Eerder peptalk van journalisten die forser formuleren dan nodig of wenselijk, op zoek naar het incident, en dat was er dan ook, tot minzame verwondering van Luc Bertrand zelf.

Toen, recent, in het eindejaarsnummer van Knack (26 dec.), Luc Bertrand een fors mildere analyse maakte van het huidig beleid van de regering Di Rupo, kwam het autonome titelmannetje toch weer eigengereid tussen, en haalde die het “marxisme-“woord achteloos uit het archief. Het paste niet bij het interview, maar wie maalt daar om?

Nog vanavond kwam er een pijnlijke herinnering aan in Terzake, waarin Lieven Verstraete dhr. Bertrand vanuit Davos interviewde. Uiteraard herinnerde Verstraete de heer Bertrand aan “zijn” uitspraak. Gentleman die hij is, maakte Luc Bertrand een verwijzing naar de US Treasury Secretary, wiens feitelijke vaststelling dat er minder vrouwelijke dan mannelijke ingenieurs zijn, door de U.S.-media werd opgeklopt tot een anti-feministische betekenis. Zouden Verstraete en zijn kompanen, hebben begrepen dat men de man nu niet meer moet vervelen met de marxisme-kwakkel? Zouden redacties nu een grote voetnoot plaatsen in hun e-archief, en hergebruik van de kwalijke “quote” ontraden? Of blijft, in het “cut & paste”-tijdperk, een kwakkel een eeuwige kwakkel?

Leo NEELS Media- en Communicatierecht KULeuven en UAntwerpen

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content