Prioriteiten

Ik begrijp niet waarom schuldig verzuim van hulpverstrekking nog in het strafwetboek staat, als het zo wordt aangemoedigd.

Vrijdag vertrekt Tom, een vriend van me, naar wat ik de hel noem. Vrijwillig nog wel. Hij is een vrolijk, warmhartig iemand met wie je graag een glas drinkt. Daarnaast is hij verpleger. Niet het type dat zeurt na elke nachtdienst dat de patiënten hem te vaak gestoord hebben. Hij heeft hoogstens last van het gevoel hier maar wat aan te modderen terwijl hij elders in de wereld werkelijk een verschil kan maken. Daarom is hij nu drukdoende om zijn afreis naar Oost-Congo te regelen, Artsen zonder Grenzen achterna.

Het is niet zijn eerste missie, maar wel een nieuwe uitdaging. Vanuit het hoofdkwartier reist hij dieper in de zwarte buik van Afrika naar een hulppost in een gebied waar gewapende troepen lelijk huishouden en brutale verkrachtingen doodsoorzaak nummer één zijn. De angst die de slachtoffers in hun dorp gijzelt, is reëel. De kans dat een zwaar toegetakelde vrouw te voet op weg naar het hospitaaltje nog een keer verkracht wordt, helaas evenzeer. Het gaat niet alleen om volwassen jonge vrouwen, iedereen is een potentieel doelwit voor de razernij die over het land scheert. Daarom zal Tom er ‘outreaching’ werken. Naar de dorpen rijden, eerste hulp toedienen en indien nodig patiënten voor verdere verzorging meenemen naar de hulppost. Dat kan alleen overdag, want ’s nachts is het te gevaarlijk onderweg. Als hij het over EHBO heeft, mogen we ons er niets bij voorstellen wat op de handelingen lijkt die men leert tijdens goedbedoelde cursussen voor de betere scoutsleider. Eerder over ingrepen waarvoor je in ons land om een chirurg zou roepen als een verpleger aanstalten maakte om je zelf te helpen. Er is geen wonde die je met een pleister heelt. Met een streepje mercurochroom veeg je de sporen van penetratie met alles wat zo’n barbaar in handen krijgt, niet uit. Bovendien is er aids en kans op aids, en is het bezorgen van medicatie op zich al van levensbelang. Wanneer ik hem vraag of de stress hem in zulke situaties geen parten speelt, zegt Tom me dat wanneer je met essentiële dingen bezig bent er een merkwaardige kalmte over je komt. Je doet wat moet gedaan worden om iemand te redden. Punt uit.

Maar dezer dagen loopt Tom er wel gestresseerd bij. Uitgeput omdat hij de voorbije zomermaanden zowat continu nachtdiensten heeft overgenomen van collega’s. Niet alleen uit vriendelijkheid, maar ook omdat hij die uren in een regulier ziekenhuis nodig heeft, wil hij zijn pensioenrechten niet verliezen. Toch is dat dubbele werkschema niet de eerste oorzaak van zijn nervositeit. Voor Tom zich met levensbelangrijke zaken mag bezighouden, moet hij zich op de valreep focussen op het ontwarren van kafkaiaanse knopen. Krijgt hij een foutieve belastingsaanslag van 2800 euro in de bus, die slaat op een vorige periode dat hij in het buitenland werkte en te wijten blijkt aan gebrekkige communicatie tussen onze belastingdiensten en hun Afrikaanse evenknie. Bovendien moet hij plots om zijn visum te regelen niet over een ‘bewijs van goed gedrag en zeden – type 1’ dat je bij de politie haalt, beschikken, maar over type 2 dat door de burgemeester eigenhandig ondertekend moet worden. Alsof die persoonlijk garant kan staan dat Tom een goed man is, hij kent onze held niet eens. Maar laat dat het probleem niet zijn, wel het feit dat de eerstvolgende signeersessie van de burgemeester ongeveer samenvalt met die op de boekenbeurs. De ironie dat Tom zijn goede zeden moet bewijzen om de schade in een boevengebied te gaan herstellen, ontgaat de doorsneebeambte. Wat Tom werkelijk hoog zit, is dat de directie van het ziekenhuis waar hij zich het voorbije half jaar kapot werkte, en waar hij ‘vast benoemd’ is, het hem lastig maakt. Bij zijn terugkeer binnen zes maanden zal hij van de Intensieve Zorg gehaald worden. De leidinggevende arts is van mening dat wanneer je zolang ‘verlof’ neemt, je de voeling met het begrip urgentie verliest. Wanneer Tom (die overigens niet Tom heet maar uit schrik voor nog meer moeilijkheden liever niet in de pers verschijnt), oppert dat hij niet naar de Club Med gaat, wordt zijn Artsen zonder Grenzenmissie afgedaan als verspilling van krachten ‘omdat die zwarten elkaar toch blijven uitmoorden’. Je moet je prioriteiten kennen.

Ik begrijp niet waarom schuldig verzuim van hulpverstrekking nog in het strafwetboek staat, als het zo wordt aangemoedigd.

Chris Van Camp

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content