John Vandaele
John Vandaele Journalist MO* en auteur van 'De melkboer en de geschiedenis' (EPO)

Enkele dagen nadat Suharto als president opstapte, kwam vakbondsleider en ’s lands bekendste politieke gevangene Muchtar Pakpahan vrij. Hoe staat het met zijn land en zijn vakbond?

Het is de derde keer dat we de Indonesische advocaat Muchtar Pakpahan ontmoeten. Telkens kwam hij net uit de gevangenissen van president Suharto, of zou hij er weldra in verdwijnen. En telkens is zijn “martelaarsgehalte” iets toegenomen.

Dit voorjaar scandeerden de Indonesische studenten die Suharto van zijn troon wegjoegen “Pakpahan vrij”. De reden is dat deze leider van de tot voor kort illegale vakbond SBSI moedig is en heeft gesproken als hij vond dat hij dat moest doen. Zoals in de bewogen zomer van 1996 toen hij openlijk zijn steun uitsprak voor de populaire mevrouw Megawati Sukarnoputri. Megawati is de dochter van Suharto’s voorganger Soekarno en leek de eerste politicus in dertig jaar die president Suharto kon bedreigen. Dat Pakpahan haar steunde, werd hem niet in dank afgenomen en toen Megawati met list en geweld – er vielen doden – door Suharto op een zijspoor werd gemanoeuvreerd, verdween hij achter de tralies. Zijn steun voor Megawati heette subversie.

“Nee, ik werd niet geslagen of gemarteld tijdens mijn gevangenschap”, getuigt hij. “Maar van juli ’96 tot december ’96 werd ik in isolatie geplaatst. Per week kreeg ik vijftien minuten om mijn familie te zien. Dat was hun manier om mijn geest te breken, vermoed ik, maar men kon me natuurlijk niet eindeloos lang in de gevangenis houden zonder vorm van proces. Eenmaal dat proces begon, zag ik weer meer mensen.”

Zijn zaak liep nog altijd toen in het zog van de monetaire crisis Suharto na wekenlange protesten opstapte en vervangen werd door Bucharrudin Jusuf Habibie. Vier dagen later, op 25 mei, kwam Pakpahan vrij. “De druk op de regering was te groot: interne druk – de studenten eisten mijn vrijlating – maar ook internationale druk vanwege de Amerikaanse en de Nederlandse regering, de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO), de internationale vakbondsbeweging… Ik zal die solidariteit nooit vergeten. Trouwens: ook in 1996 kwam ik vrij dankzij internationale druk.

Sommigen beweren dat u niet meer zou leven zonder uw buitenlandse bekendheid.

Muchtar Pakpahan: Het heeft me zeker beschermd. Al werd in 1996 toch mijn huis in brand gestoken.

In juni werd uw vakbond SBSI gelegaliseerd.

Pakpahan: Het is voor mij het bewijs dat een vakbond zelfs in moeilijke omstandigheden kan slagen als hij kan rekenen op de steun van een internationaal netwerk. We zijn in 1992 in heel moeilijke omstandigheden gestart met 103 mensen. We werden voortdurend geïntimideerd. Mensen verloren hun job als ze lid werden van de SBSI, maar we zijn toch doorgegaan.

Die erkenning is een overwinning.

Pakpahan: Zeker. Al komen lokale SBSI-afdelingen nog altijd in de problemen door het optreden van lokale militairen. Positief is echter vooral dat ons land nu ook het recht van mensen om zich te verenigen in een vakbond erkent: het heeft de desbetreffende conventie 87 van de IAO geratificeerd.

Uw vakbond stelt het nu beter maar uw land niet.

Pakpahan: Mijn volk lijdt honger. Veertig miljoen mensen zijn werkloos. Het bruto nationaal product zal dit jaar met 15 procent dalen. Een kilo rijst kostte vroeger 1000 roepies, nu 3500 roepies. De prijzen van veel basisproducten zijn verdrievoudigd terwijl de lonen met 15 procent stegen. Het koopkrachtverlies is dus enorm. Politiek is de situatie ook uiterst labiel. Habibie zet het Suharto-beleid verder.

Er is toch meer vrijheid nu? U bent vrij. Het kritische blad Tempo verschijnt opnieuw.

Pakpahan: Habibie kan Tempo niet meer bannen omwille van de druk: elke dag nog eisen studenten op straat reformasi. Habibie heeft echter nog steeds niet alle politieke gevangenen vrijgelaten. Het belangrijkste is de invoering van democratie. De politieke crisis is de oorzaak van de economische crisis.

Landen als Thailand en Zuid-Korea werden toch ook zwaar getroffen?

Pakpahan: Ja, maar in Indonesië is de economische crash zoveel erger door de politieke onzekerheid. De zakenwereld heeft geen vertrouwen in het Suharto-systeem. Volgend jaar zijn er voor het eerst vrije verkiezingen. Die kunnen eindelijk echte verandering brengen.

Kunnen die verkiezingen wel een politiek alternatief aan de macht brengen? Megawati wordt verweten dat ze geen programma heeft en haar populariteit enkel dankt aan het feit ze de dochter van Soekarno is. En eerlijk gezegd: toen we haar spraken in 1996 bleek dat ook wel wat.

Pakpahan: Toen moest ze nog voorzichtig zijn. Nu kan ze wel spreken. Ze blijft voor mij een valabel presidentskandidaat.

JOHN VANDAELE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content