Franstaligen maken weinig gebruik van omzendbrief-Peeters

Bij gemiddeld vijf procent van de aanslagbiljetten voor de onroerende voorheffing wordt achteraf een Franstalig exemplaar gevraagd.

De Franstaligen in de faciliteitengemeenten maken weinig gebruik van de omzendbrief-Peeters, die hen de mogelijkheid geeft een Franstalige versie te bekomen van officiële Vlaamse documenten.

Dat blijkt uit het antwoord dat Vlaams parlementslid Eric Van Rompuy (CD&V) heeft ontvangen op een parlementaire vraag.

Volgens de omzendbrief van voormalig Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden Leo Peeters moeten de faciliteitengemeenten officiële documenten in hun gemeente in het Nederlands naar hun inwoners sturen.

De Franstaligen hebben achteraf wel de mogelijkheid om een exemplaar in hun taal aan te vragen. Van Rompuy peilde naar hoeveel Franstaligen gebruik maken van die mogelijkheid bij het aanslagbiljet voor de onroerende voorheffing.

Daaruit blijkt dat de laatste jaren gemiddeld vijf procent van de Franstaligen een aanvraag hebben ingediend om een exemplaar in hun taal te ontvangen, in vergelijking met het totaal aantal aanslagbiljetten dat werd verstuurd.

In 2007 ging het om 2.435 Franstaligen, in 2008 om 2.571 en in 2009 om 2.026 mensen. Van Rompuy noemt dat een bijzonder laag cijfer.

Hij leidt uit de cijfers af dat de Franstaligen in de faciliteitengemeenten geen moeite hebben met de toepassing van de nochtans fel gecontesteerde omzendbrief.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content