Adam Hochschild over ‘pacifistische’ Eerste Wereldoorlog

In ‘Verzet en eendracht’ vertelt Adam Hochschild de geschiedenis van WO I vanuit een meer pacifistische ooghoek.

Sommige Britse bevelhebbers vonden dat er te weinig militairen sneuvelden in gevechten tijdens de Grote Oorlog. De Amerikaan Adam Hochschild schreef een bijzonder toegankelijke geschiedenis van de Eerste Wereldoorlog. Hij legt daarin het accent op de toenmalige pacifisten.

‘Waaraan dient een mens het meest loyaal te zijn? Zijn vaderland? Zijn militaire plicht? Of het ideaal van internationale broederschap? En wat gebeurt er met loyaliteit binnen een familie als sommige familieleden meevechten terwijl een broer, een zuster of een zoon zich tegen de oorlog verzet en door de publieke opinie wordt gezien als een lafaard of een crimineel?’ Adam Hochschild stelt pregnante vragen in ‘Verzet en eendracht’ en dat maakt van zijn jongste boek niet het zoveelste verhaal van de Eerste Wereldoorlog. De Amerikaanse historicus is vooral bekend van ‘Bevrijd de slaven’ en ‘De geest van koning Leopold II en de plundering van de Congo’ waarin Hochschild telkens geschiedenis schrijft met veel empathie voor het standpunt van de slachtoffers.

20,5 miljoen slachtoffersEn slachtoffers waren er genoeg. Voorzichtige ramingen spreken van 12 miljoen burgerdoden en 8,5 miljoen militairen aan alle fronten samen. Pervers genoeg vonden Britse bevelhebbers als Douglas Haig en Henry Rawlinson dat er soms te weinig Britten sneuvelden. Het aantal slachtoffers bij een of andere veldslag werd vaak als graadmeter van het succes beschouwd. Veel van wat Hochschild schrijft is bekend. De felverspreide opvatting van het Britse bevel dat de cavalerie de oorlog zou winnen. Nota bene gewapend met een lans. De luxe waarin de hogere officieren leefden. Ze brachten soms hun eigen paard en auto mee naar het Westelijk Front. De idiote bevelen die de soldaten kregen waardoor ze letterlijk neergemaaid werden met nieuwe wapens als machinegeweren en gifgas. Het ongeloof in de macht van tanks. Terecht heeft dat allemaal de aandacht van Hochschild.

Misschien wel het boeiendste van zijn geschiedschrijving is zijn onderzoek naar het conflict tussen haviken en duiven. Naar diegenen die de oorlog als een soort gerechtvaardigde kruisvaart beschouwden en anderen die hem pure waanzin noemden. In Engeland waren er zo’n 20.000 dienstweigeraars, mannen die eens opgeroepen weigerden naar het leger te gaan, aan het front met ziekenwagens te rijden, in de oorlogsindustrie te werken. Meer dan 6000 onder hen belandden in de cel waar ze dwangarbeid moesten verrichten. Ze riskeerden de doodstraf, maar die werd meestal omgezet in een jaar of tien gevangenis. Het aantal pacifisten was veel groter dan 20.000. De bekendste was de latere Nobelprijswinnaar Bertrand Russell die al begin veertig was toen de oorlog uitbrak. Hij noemde het argument dat Frankrijk en Groot-Brittannië vochten voor de democratie bespottelijk. Hun bondgenoot, de Russische tsaar, was immers een dictatoriaal monarch.

AntioorlogsactivismeHet zijn fascinerende personages waaraan Hochschild zijn geschiedenis van de pacifistische beweging tijdens WOI ophangt. Emmeline Pankhurst, een van de belangrijkste suffragettes – verdedigers van het algemeen kiesrecht – was tegen de oorlog. Ze bekogelde Downing Street 10, de ambtswoning van de premier, zelfs met stenen. Later verdedigde ze samen met haar dochter Christabel wel het engagement van de Britten. En dat leidde tot een hevig conflict met Sylvia, een andere dochter die jarenlang een geheime affaire had met Keir Hardy. Nog als kind werkte de jonge Schot al tien uur per dag ondergronds in de kolenmijnen, trachtte ondertussen ook te studeren en werd uiteindelijk leider van de Independent Labour Party, de voorloper van de huidige socialistische partij. Samen met Sylvia was hij een van de hardste tegenstanders van de oorlog. Zijn zwakke mijnlongen en zijn compromisloos engagement als antioorlogsactivist zorgden voor een vroege dood.

Een ander opmerkelijke figuur was de opperbevelhebber van het Britse Expeditieleger John French, 1st Earl of Ypres. Een hevige havik, verdediger van de cavalerie, een eeuwige schuldenmaker en liefhebber van vrouwelijk gezelschap. Een generaal zou de veldmaarschalk in 1915 verwijten dat er rond zijn hoofdkwartier in Montreuil te veel hoeren rondliepen. Douglas Haig zou French opvolgen en die belandde uiteindelijk in Ierland waar hij als opperbevelhebber van het leger het IRA moest bestrijden. Heel zijn leven lang had hij Charlotte Despard tegen zich. Een vurige suffragette, hevige pacifiste en fervent voorstander van een onafhankelijk Ierland. Charlotte was acht jaar ouder dan Sir John French, ze leerde hem lezen, betaalde zijn schulden. De twee zagen elkaar ook geregeld, ze waren broer en zus.

Frappante details
De boeiende familieverhalen maken van Hochschilds boek een pageturner. Ook de soms wel heel frappante details. Zo had het Britse leger bij het begin van de oorlog een groot gebrek aan optische instrumenten zoals verrekijkers en telescopische viziers. Het Duitse Zeiss had er in voorraad en leverde de Britse miljoenenbestelling via Zwitserland. Een van Hochschilds belangrijkste vragen is of WOI zin had. Zijn antwoord is duidelijk neen. Het was geen oorlog om grote principes, er waren wat strubbelingen en allianties maar geen echt opvallende grensgeschillen. De moord op Aartshertog Franz Ferdinand van Oostenrijk in Sarajevo was meer de aanleiding voor een kettingreactie die in anderhalve maand tijd Europa in vuur en vlam zette. De pacifisten konden dat niet belemmeren. Maar het zou verkeerd zijn, aldus Hochschild, om alleen maar het verhaal van overwinnende partijen te vertellen.

Wraak
‘To End All Wars’ luidt de originele titel van Adam Hochschilds aangrijpende geschiedenis van de Eerste Wereldoorlog. Die verwijst naar een uitspraak van de Amerikaanse president Woodrow Wilson dat dit de oorlog was ‘die een einde moest maken aan alle oorlogen’. Wat Alfred Milner, het belangrijkste lid van het Britse oorlogskabinet, verwijzend naar het Verdrag van Versailles deed zeggen dat ‘dit een vrede was om een einde te maken aan de vrede’. 20 jaar later kreeg hij gelijk.

En nog geen vier jaar na de wapenstilstand fulmineerde Hitler: ‘We mogen niet accepteren dat twee miljoen Duitsers vergeefs zijn gesneuveld. (…) Neen, wij vergeven niets, wij eisen wraak!’

Fred Braeckman

Adam Hochschild, Verzet en eendracht – De Grote Oorlog, 1914-1918, Meulenhoff, 463p., 29,95 euro, ISBN 978 90 290 8781 0

Partner Content