Walid Jumblatt over het vertrek van de Syrische troepen uit Libanon.

Twee dagen na het vertrek van de laatste Syrische soldaten uit Libanon was Walid Jumblatt voor de lunch te gast in de salons van Senaatsvoorzitter Anne-Marie Lizin. De bijna legendarische Druzenleider en chef van de Libanese Progressieve Socialistische Partij was in Brussel om aan het Europees parlement waarnemers te vragen voor bij de verkiezingen van 29 mei in Libanon.

De moord op de voormalige premier Rafik Hariri bracht in Libanon een dynamiek op gang die tot een akkoord tussen de Verenigde Staten en Frankrijk en het einde van de lange Syrische militaire aanwezigheid in het land leidde. De gespannen situatie maakt dat Jumblatt zich op dit moment in Libanon niet echt vrij kan bewegen: zowel zijn vader als zijn grootvader kwam bij politiek geweld om het leven.

Maar hij is niet ontevreden met de ontwikkelingen. ‘De Syriërs zijn weg en er komen verkiezingen. We moeten nu zeer goed uitkijken dat er in Libanon geen anti-Syrische coalitie aan de macht komt. Syrië is een groot buurland, waarmee we verder op goede voet moeten leven.’

Vooral de Amerikanen dringen er nu op aan dat de radicale islamitische beweging Hezbollah wordt ontwapend. Zolang dat niet gebeurt, blijft die militie een bedreiging voor de noordgrens van Israël.

WALID JUMBLATT: De Amerikanen moeten aanvaarden dat Hezbollah een grote Libanese partij is, die overigens al in het parlement zit. Dertig procent van de Libanese bevolking is sjiitisch – daar kan niemand naast kijken. De militie kan alleen door dialoog worden ontwapend. Hezbollah moet ervan worden overtuigd om verder aan het politieke leven te participeren. Wat willen de Amerikanen anders doen? De marines sturen, misschien?

Ze geloven dat die democratie kunnen brengen in het Midden-Oosten.

JUMBLATT: Dat is de logica van neoconservatieven, zoals Donald Rumsfeld en Paul Wolfowitz. Die willen ons doen geloven dat democratie uit de loop van een geweer komt. De Amerikaanse interventie in Irak is rampzalig. Ik ben een Arabier. Wij willen de kans krijgen om onze zaken onder elkaar te regelen.

Is het na de verkiezingen tijd om vrede te sluiten met Israël?

JUMBLATT: Daarvoor is het veel te vroeg. We hebben al een keer met Israël over vrede gepraat, en dat heeft ons toen veel mensenlevens gekost. Ariel Sharon praat nu over de ontruiming van de Gazastrook, maar op de Westelijke Jordaanoever en rond Jeruzalem worden de nederzettingen verder uitgebreid. Er leven nog altijd honderdduizenden Palestijnse vluchtelingen in Libanon, die de kans moeten krijgen om naar hun land terug te keren.

Welke rol wilt u zelf nog spelen in de Libanese politiek?

JUMBLATT: Ik wil werken aan een seculier Libanon. Dat is voor het land de enige weg naar de toekomst.

H.v.H.