‘Deur niet openzetten voor zwartwerk’

DANNY PIETERS 'De huidige regeling voor de gelijkgestelde periodes is onhoudbaar.' © ERIC HERCHAFT/REPORTERS

Danny Pieters (N-VA) is niet gewonnen voor een basispensioen. ‘In ons land betekent dat de deur openzetten voor zwartwerk.’

Danny Pieters, senator voor N-VA en professor socialezekerheidsrecht aan de KU Leuven, schreef in 2009 een lijvig boek met voorstellen om de sociale zekerheid te hervormen. Hij pleitte daarin voor een herstel van het evenwicht tussen sociale bijdragen en uitkeringen. Zijn ideeën resulteerden in enkele forse aanvaringen met Frank Vandenbroucke (SP.A), die weinig vertrouwen heeft in de financiële grondslagen van de hervormingen die Pieters nastreeft.

Pieters las intussen ook het nieuwe pensioenenrapport van zijn Leuvense collega’s Jos Berghman en Hans Peeters. Hij deelt hun mening dat er op minstens vier vlakken ingrepen noodzakelijk zijn: de overlevingspen-sioenen; de pensioenverschillen tussen werknemers, zelfstandigen en ambtenaren; de aanvullende pensioenen; de periodes van werkloosheid, ziekte en andere vormen van loopbaanonderbreking die gelijkgesteld worden met gewerkte periodes voor de pensioenberekening.

Pieters: ‘De huidige regeling voor die gelijkgestelde periodes is onhoudbaar. Dat bewijst het onderzoek van het team van professor Berghman opnieuw. Ze daarom zonder meer afschaffen, is echter geen oplossing. Ook omdat ze van groot belang zijn voor het pensioen van vrouwelijke werknemers, wil de N-VA ze handhaven. Maar dan moeten ze op het moment zelf wel gefinancierd worden. Dat kan met een soort financiële gate keeper of een apart fonds dat gevoed wordt met sociale bijdragen en overheidsmiddelen. Bij dat laatste is het bovendien perfect denkbaar dat de federale overheid en de deelstaten elk in hun bevoegdheidsdomeinen een rol opnemen. De federale overheid zou dat bijvoorbeeld kunnen doen voor de periodes van werkloosheid en ziekte, de deelstaten voor periodes van tijdskrediet dat gebruikt wordt voor bij- of herscholing.’

‘Een ander punt blijkt uit de analyse door Berghman en Peeters van de overlevingspensioenen’, aldus Pieters. ‘Het is volgens mij onaanvaardbaar dat het pensioenplaatje er bij een gelijk gezinsinkomen anders uitziet als het inkomen door één gezinslid verdiend werd dan wel door beide partners. Het model met twee verdieners wordt nu bestraft. Daarom verdedig ook ik een splittingvoorstel, zodat voor een koppel het gezamenlijke inkomen elk voor de helft wordt aangerekend op individuele pensioenrekeningen. Dat is billijk en vermijdt dat een partner, die bijvoorbeeld voor de kinderen of oudere ouders zorgt, zonder loopbaan en zonder eigen pensioenrechten achterblijft als een gezin uit elkaar spat.’

Voorts is het ook Pieters opge-vallen dat bij de groepen met hogere netto pensioeninkomens werknemers met een wettelijk én aanvullend pensioen er beter uitkomen dan ambtenaren. ‘Dat staat haaks op het vaak gehekelde pensioenvoordeel van ambtenaren. Tegelijk is het een argument om de logica van de eerste en tweede pijler ook voor ambtenaren toe te passen’, aldus de N-VA-senator. Hij wil eveneens dat er een einde wordt gemaakt aan ‘de ongefundeerde en buitensporige bevoordeling van aanvullende pensioenen die in eenmaal als kapitaal worden uitgekeerd’. Ze moeten fiscaal op dezelfde manier worden benaderd als ‘maandelijkse of periodieke rente-uitkeringen, die sociaal ook de voorkeur krijgen’.

Het idee van een basispensioen, waarvoor Berghman naar Nederland kijkt, krijgt geen steun van Pieters. ‘In de Belgische context komt dat neer op het openzetten van de deur naar zwartwerk. Mijn redenering is: wie werkt, draagt bij en moet zo een degelijk pensioen kunnen opbouwen. Is het perspectief enkel een wettelijk basispensioen, dan dreigt de motivatie te verdwijnen om in het wit te werken en correct bij te dragen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content