Margaret Atwood aanvaardt gecontesteerde prijs

De Canadese auteur, essayist en dichter Margaret Atwood heeft maandag de Israëlische Dan David Prize aanvaard en schopt daarmee tegen de schenen van de eigen achterban.

Mensenrechtenverenigingen en in het bijzonder de verdedigers van de Palestijnse zaak hadden bij Atwood vooraf gepleit om de prijs te weigeren, vanwege de Israëlische politiek in de Gazastrook en de houding van de Israëlische staat tegenover Palestijnse intellectuelen.

Dat Atwood als vicevoorzitter van de mensenrechtenorganisatie International PEN deze prestigieuze prijs van de universiteit van Tel Aviv toch in ontvangst heeft genomen, kan dan ook op weinig bijval rekenen vanuit de eigen gelederen. De kritiek op haar optreden is nog steeds niet verstomd.

In een interview met het zakenmagazine Bloomberg, aan de vooravond van de prijsuitreiking, verdedigde Atwood zich door te stellen dat, mocht ze de prijs geweigerd hebben, ze ‘wereldwijd duizenden schrijvers afvallig zou zijn die gevangen zitten, gecensureerd worden, in ballingschap leven en vermoord worden om wat ze hebben gepubliceerd.’

Deze polemiek beroert Atwood trouwens maar matig. Het is immers niet de eerste keer dat ze onderwerp van discussie is. In de jaren 70 werd haar al verweten dat ze als feministische schrijfster een carrière bouwde op afgehakte mannenhoofden. Het heeft haar niet tegengehouden in later werk nog gevoelige thema’s aan te snijden of vurige politieke en maatschappijkritische essays te schrijven. Immers, ‘schrijvers die hun mond opendoen, krijgen altijd wel problemen met iemand’, aldus de laconieke Margaret Atwood.

Atwood brak in 1969 door met haar romandebuut ‘The Edible Woman’ en won in 2000 de Man Booker Prize voor ‘The Blind Assassin’. Het zijn echter haar dystopische, speculatieve romans ‘The Handmaid’s Tale’ (1985), ‘Oryx and Crake’ (2003) en het recente ‘Year of the Flood’ (2009), die het best haar favoriete thema’s illustreren: religieus fanatisme en de precaire leefbaarheid van de aarde. In ‘Year of the Flood ‘vind je ze allebei, want centraal staan God’s Gardeners, een sektarische gemeenschap die een wereldwijde milieuramp heeft overleefd.

Het winnen van de Dan David Prize is voor een politiek geëngageerd auteur als Atwood, ondanks de kritiek, het hoogtepunt van haar carrière. Net omdat het geen literaire prijs is. De universiteit van Tel Aviv, die de prijs sinds 2002 uitreikt, selecteert haar laureaten namelijk over de grenzen van wetenschappelijke en culturele disciplines heen. Ze beloont ze voor het werk dat ze verricht hebben in het verleden, voor hun belang vandaag, maar ook voor het potentieel van hun werk in de toekomst. De prijscategorieën Past, Present en Future weerspiegelen die filosofie. Dit jaar kreeg de categorie Present een literaire invulling en deelt Atwood de eer en het prijsgeld (1 miljoen dollar) met de Indisch-Bengaalse auteur Amitav Gosh.

Jeroen Bert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content